Nederlandse, Britse en Amerikaanse wetenschappers ontwikkelden een nieuwe methode voor het achteraf bepalen van het wereldwijde zeespiegelniveau in het verre verleden. In tegenstelling tot eerdere onderzoeken hiernaar, betrokken de wetenschappers nu ook de invloed van het landijs, en niet alleen informatie over platentektoniek, bij hun onderzoek.
Douwe van der Meer is de drijvende kracht achter het onderzoek en gastonderzoeker bij de Universiteit Utrecht. Volgens hem is met de methode die hij - met enkele collega’s - ontwikkelde nu mogelijk om tot 540 miljoen jaar terug in de tijd te kijken. “Het is belangrijk om te weten hoe de zeespiegel veranderde op natuurlijke wijze vóór de komst van de mens.”
Bij eerdere onderzoeken werd het zeeniveau in het verleden met name geschat door te kijken naar sedimenten op de randen van continenten en met modellen voor platentektoniek. Platentektoniek bepaalt de diepte van de oceaan en daarmee voor een groot deel de zeespiegel. In dit onderzoek bestudeerde Van der Meer ook de dikte van ijs op de landmassa’s, die zeewater onttrekken van de oceaan.
Dat deed hij aan de hand van een recente reconstructie van het klimaat van de aarde door de tijd heen, en de positie van de continenten ten opzichte van de polen. “Dat was echt nog een missend stukje van de puzzel, want de hoeveelheid ijs op het land is deels bepalend voor de hoeveelheid water in de oceanen.”
Ondiepere oceaanbodems en smeltend landijs hebben in het verleden voor enorme schommelingen in de zeespiegel gezorgd. “In het Krijt, zeg 66 tot 145 miljoen jaar geleden, was het zeeniveau meer dan 200 meter hoger dan nu. Dat is het hoogste niveau dat we hebben kunnen vaststellen. Logischerwijs zorgt een dusdanige zeespiegelstijging er ook voor dat er veel minder land was. Feitelijk stond heel noordwest Europa onder water. Maar in andere periodes, bijvoorbeeld het Carboon, was er juist weer heel veel ijs en diepe oceaanbodems en daarom was de zeespiegel net zo laag als nu.”
Niet verder terug
De klimaatreconstructie die Van der Meer in zijn onderzoek gebruikte om ijsreconstructies te berekenen, gaan niet verder terug in de tijd dan 540 miljoen jaar. Daarom kan hij op dit moment ook maximaal 540 miljoen jaar terugkijken. “Voor die reconstructies is gebruikt gemaakt van fossielen die vanaf die periode ontstonden. Over eerdere tijden hebben we simpelweg te weinig informatie op dit moment. Terwijl ik het maar wat graag zou doen. Al was het maar om de theorie te testen dat de wereld 700 miljoen jaar geleden volledig met ijs en sneeuw bedekt was.”
Van der Meer bekeek voor zijn onderzoek tijdschalen van miljoenen jaren. “Cycli van natuurlijke klimaatverandering nemen veel meer tijd in beslag dan klimaatverandering door de mens. Dus in die zin heeft dit onderzoek geen voorspellende waarde over korte tijdschalen in de toekomst. Het laat wel zien dat op geologische tijdschalen extreme zeespiegelstijgingen al eerder zijn gebeurd.”