Buitenzwemmen is een recht. Daarom wil Kirsten van Santen, schrijfster van de eerste Nederlandse zwembiografie, overal in Nederland zwemtrapjes en water van goede kwaliteit. Zwemmen maakt mensen sterker, gezonder en verbindt hen met de natuur. ‘Wie zwemt, wordt lichter’.
Tekst Corien Lambregtse
‘Water pakken’ is de titel van de net verschenen ‘zwemgeschiedenis’ van Kirsten van Santen, cultuurjournalist, cultureel antropoloog en schrijfster. Het boek is een reis langs 57 zwemplekken in Nederland. Twintig zwembaden, 24 zoet-waterplekken en 23 zout-waterplekken. Ze ontmoette zwemtrainers, badmeesters en heel veel openwaterzwemmers. Ze vond hen in vele app- en Facebookgroepjes en zwom een stukje met hen mee.
Ze zwom in plassen, petgaten, kolken, kanalen, rivieren, de Noordzee en eindigde met een monstertocht van Terschelling naar Ameland, begeleid door een bootje van de KNRM. Dwars door het Amelander gat. “Ik wilde zwemmen waar nog nooit, of in ieder geval bijna nooit, iemand had gezwommen.”