Hein Pieper werd onlangs benoemd tot voorzitter van EUWMA, de Europese koepelorganisatie van regionale en lokale waterbeheerders. Eerder zat hij al in de instantie die de Europese Commissie adviseert over de besteding van onderzoeksgelden op het gebied van klimaatverandering. De dijkgraaf van waterschap Rijn en IJssel over de internationale kant van water en klimaat.
Door Dorine van Kesteren
Hein Pieper zegt het een paar keer: weersextremen houden zich niet aan de landsgrenzen. “In Nederland krijgen we ons water voor een groot deel uit België, Duitsland en Frankrijk. Ook die landen worden beïnvloed door het veranderende klimaat, met lage of juist hoge rivierstanden en een afnemende waterkwaliteit. Alle maatregelen die zij nemen, hebben directe gevolgen voor ons land. En dit geldt niet alleen voor Nederland, maar voor bijna alle lidstaten. Het zou dus buitengewoon onverstandig zijn als zij de klimaatproblematiek ieder voor zich aanpakken.”
Plannen om de klimaatverandering tegen te gaan en ons beter te wapenen tegen de gevolgen ervan, moeten op Europees niveau tot stand komen, benadrukt hij. “Klimaatmitigatie is heel belangrijk: de kraan proberen dicht te draaien. Maar omdat de kraan nu eenmaal loopt, moeten we ook dweilen: klimaatadaptatie. Europa moet de lidstaten achter de broek zitten om op beide fronten in actie te komen. Daarnaast is Europa nodig voor een goede afstemming. Dat voorkomt bijvoorbeeld dat Duitsland zoveel mogelijk water gaat vasthouden, waardoor Nederland te weinig krijgt. Of andersom: de sluizen openzet als er veel neerslag is gevallen, zodat wij worden overspoeld.”