Is Rotterdam in 2100 een groene koele waterstad waarin een deel van het vastgoed drijft en de Nieuwe Waterweg niet langer door zeeschepen wordt bevaren? Moet er op termijn brak water de stad in om perioden van droogte te overbruggen? Hoe kan er veilig gewoond blijven worden in buitendijks gebied? In diepe polders? Het boek Weer verandert alles (2022) werpt een panoramische blik op de toekomst van de metropool in het licht van klimaatverandering.
Tekst Eric Burgers
“Alles wat we nu doen zonder na te denken over de lange termijn verergert op den duur de problematiek.” Emiel Arends is stedenbouwkundige bij gemeente Rotterdam en docent Watermanagement aan de Hogeschool Rotterdam. Hoewel al het nodige gebeurt om de stad klimaatbestendig te maken, acht hij een grondiger inzet op basis van pittige keuzen onvermijdelijk. “In de ruimtelijke ontwikkeling en nieuwbouwplannen wordt klimaatadaptatie op kavelniveau bedreven, daarmee hebben we nog niet het hele systeem te pakken. Dit boek is een uitnodiging aan alle betrokkenen om een gesprek te voeren over de volgende grote gebiedsontwikkelingen. Welke koers gaan we varen?”
Volgens collega John Jacobs, strategisch adviseur water bij gemeente Rotterdam, is het “leerzaam om te beschrijven wat er gebeurt als we geen fundamentele keuzen maken.” Het is nodig, zegt hij, klimaatadaptatie te agenderen in de wetenschap dat zonder die keuzen de houdbaarheidsdatum van grote delen van de stad in zicht komt. “Het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard zet nu het waterpeil in een deel van de Zuidplaspolder vast, in plaats van het verder te verlagen. Dat mag je gerust revolutionair noemen.”