secundair logo knw 1

Walcheren is 1 van de 3 rioolwaterzuiveringen waar bronnenonderzoek de hoogste prioriteit heeft I Foto: Waterschap Scheldestromen

In het gezuiverde afvalwater van alle 15 rioolwaterzuiveringsinstallaties van waterschap Scheldestromen blijken volgens onderzoek per- en polyfluoralkylstoffen (PFAS) aanwezig te zijn. De rwzi’s worden aangemerkt als ‘matig belast’. Gezien de PFAS-concentraties moet er sprake zijn specifieke bronnen. Het waterschap wil dat gaan onderzoeken.

Van de 30 onderzochte PFAS zijn er 20 minstens eenmaal aangetroffen in het effluent van een rioolwaterzuivering. Dit blijkt uit metingen die in 2023 een week lang dagelijks zijn verricht bij de Zeeuwse rioolwaterzuiveringen. Gisteren is het rapport verschenen van het door AD eco advies uitgevoerde onderzoek.

Voor opdrachtgever Scheldestromen had het onderzoek geen verplicht karakter, zegt dagelijks bestuurder Marianne Poissonnier. “Het was voor ons vooral bedoeld om meer kennis en inzicht te krijgen over de aanwezigheid van PFAS in het gezuiverde rioolwater. De enige manier om PFAS aan te pakken is aanpak aan de bron. Dus bij de producent, vanuit de gedachte ‘wat er niet in komt, hoeft er ook niet uit’.”

Vooral PFOA en PFOS aangetroffen
PFAS is de verzamelnaam voor een omvangrijke groep van door de mens gemaakte chemische stoffen die zeer slecht afbreken en wijdverspreid zijn. Zij kunnen schade opleveren voor het milieu en de gezondheid. In het rapport wordt gewezen op studies waaruit blijkt dat PFAS niet of nauwelijks worden verwijderd door rioolwaterzuiveringsinstallaties. 

In het effluent van de Zeeuwse rwzi’s zijn vooral stabiele PFAS met kortere koolstofketens uit de ‘PFOA-groep’ (perfluoroctaanzuur) en de ‘PFOS-groep’ (perfluoroctaansulfonzuur) gevonden. Daarnaast zijn met enige regelmaat enkele PFAS-precursors (PFAS-verbindingen waarbij niet alle beschikbare bindingsplekken zijn bezet door fluoratomen) gemeten. Deze resultaten worden conform verwachting genoemd. PFOA en PFOS behoren tot de ‘zeer zorgwekkende stoffen’.

PFAS in alle monsters
Er waren PFAS aanwezig in alle geanalyseerde monsters. Het aantal individuele stoffen varieert van 3 tot 15 per monster, met 9 als gemiddelde. De totaal concentraties PFAS in effluent verschillen per dag en per rioolwaterzuivering. Zij lopen uiteen van 12,3 tot 229 nanogram PFAS totaal per liter. Dat valt binnen normale waarden die bij andere rioolwaterzuiveringsinstallaties in Nederland zijn geconstateerd.

De hoge concentraties betreffen uitschieters, vooral bij rwzi Willem Annapolder. Bij 95 procent van de meetresultaten liggen de totaal concentraties onder de 100 nanogram per liter. De aangetroffen concentraties overschrijden normen en risicogrenswaarden voor PFOS, PFOA en PFAS totaal in oppervlaktewater, wordt opgemerkt in het rapport.

Sprake van specifieke bronnen
Rioolwaterzuiveringen kunnen op basis van de emissiefactoren worden ingedeeld in hoog, matig en laag belast met PFAS. De 15 rwzi’s van Scheldestromen vallen allemaal in de categorie van ‘matig belast’ (emissiefactor van 3,2 tot 8,5 mg PFAS totaal per inwonerequivalent per jaar). Er moet sprake zijn van specifieke bronnen, omdat de mate van belasting uitkomt boven het achtergrondniveau vanuit huishoudens.

Bij de resultaten wordt de kanttekening geplaatst dat zij gebaseerd zijn op de groep van 30 geanalyseerde PFAS. Omdat er vele duizenden PFAS zijn, liggen onder meer de totaal concentraties en de mate van belasting vanuit de riolering in werkelijkheid hoger.

Aanknopingspunten voor bronnenonderzoek
In het rapport zijn diverse mogelijke bronnen en routes van PFAS via de riolering naar de rioolwaterzuivering onder de loep genomen. Dat biedt aanknopingspunten voor het opsporen van bronnen. 

Waterschap Scheldestromen gaat verkennen of er een vervolgonderzoek kan worden vormgegeven. Daarvoor wordt de samenwerking gezocht met andere overheden, zoals Provincie Zeeland, Samenwerking Afvalwaterketen Zeeland, Regionale Uitvoeringsdienst Zeeland en DCMR.

Drie rwzi’s met hoogste prioriteit
In het rapport wordt aanbevolen om de hoogste prioriteit te geven aan een bronnenonderzoek bij drie rioolwaterzuiveringsinstallaties: Willem Annapolder, Walcheren en Mastgat. Ook bij de rwzi’s Waarde, Westerschouwen, Sint Maartensdijk, Tholen, Breskens, Oostburg en Kloosterzande zijn op basis van het verontreinigingspatroon specifieke bronnen waarschijnlijk. Hier krijgt het onderzoek naar bronnen van PFAS echter een lagere prioriteit.

Het advies is om voor deze rwzi’s de ligging van mogelijke locaties waar PFAS kunnen vrijkomen, in beeld te brengen. Genoemd worden terreinen waar PFAS-houdend blusschuim is toegepast (zoals brandweerterreinen, vliegvelden en chemische industrieterreinen), stortplaatsen (vooral waar bedrijfsafval is gestort) en locaties waar afval wordt verwerkt.

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte redactie, ik ben verheugd dat eindelijk het besef is dat het klepelbeleid nu ter discussie is gesteld. Ik heb bij waterschap Hollandse delta al jaren als bestuurslid aangedrongen om het klepelen alleen als noodzaak te gebruiken. Ook heb ik div gesprekken gehad met SBB mbt klepelen in de duinen van Ouddorp waarbij de structuur volledig werd vernield. Dit jaar is eindelijk door beherende organisatie alleen maar gemaaid en wel in oktober waar mi de hele natuur in dit duingebied mee is geholpen. Het waterschap heeft nu ook bepaald dat klepelbeleid op de schop moet en in de toekomst alleen maar met maaibeleid mag worden uitgevoerd. Dus goed resultaat waar ik blij mee ben. Dit is natuurbehoud zoals het moet.
@JWBoehmerSommige desinformatie is te simplistisch om op te reageren. Zelfs citeren van een nieuwsbericht blijkt lastig (aanpak van dijken is lang niet altijd verhogen). Instabiliteit en kans op zettingsvloeiing worden ook aangepakt. Daarmee wordt ook de invloed van zee en maan beperkt, maar dan wel op basis van logische en bewezen relaties ipv dubieuze, onwaarschijnlijke en onbewezen hypotheses. Oei, toch gereageerd. Dom van me. Ik kan dit beter negeren.
Het zou me niet verbazen als ze me een keer komen halen omdat ik de verkeerde dingen beweer  - volgens de VLOEK van ZEE en MAAN en Jan Willem Boehmer..auteur Jongedijk Bijv.  op pag 5 over “Het ophogen van dijken (€15mln/km over 800 km vlgs HWBP) vergroot alleen maar het gevaar: Hoe hoger de dijk hoe groter het aantal slachtoffers”. Voor het uitdiepen van vaarwegen (meer Ruimte voor de Rivier) geldt hetzelfde: Hoe groter, (dieper én breder) de badkuip hoe groter het overstromings gevaar en hoe groter ook hierbij het aantal slachtoffers”. Ik vrees dat ik daarmee het gezag erger heb geïrriteerd dan Zwagerman deed met haar verkeerde opmerking over “de kerf”. Ik heb nooit gedacht dat het zou gebeuren: Nou zijn we klaar met je”
Even terug denken in de tijd: waarvoor waren dijken ook al weer uitgevonden? Dat was -vroeger- om ons tegen het water te beschermen. Nu gaan we buitendijks bouwen, dus is de vraag:  is dat water dan weg? Nee, dat moet juist nog komen , en,  als dat echt komt -misschien pas volgende eeuw- dan helpt dat dijkje toch ook niet meer, alle inspanningen van dijkversterkingen ten spijt.
Een goede actie van de UvW. Logisch zou nu ook zijn om een vergelijkbare brief naar de regering te sturen ten aanzien van het verbieden van bestrijdingsmiddelen en te veel aan mest.