Het Rijnsysteem lijkt een kantelpunt bereikt te hebben. Vanaf het splitsingspunt Pannerdense Kop, net over de Nederlandse grens, stroomt er steeds meer water naar de Waal en minder naar de Nederrijn-Lek en IJssel. Dat blijkt uit onderzoek van onder andere de TU Delft.
De onderzoekers combineerden historische waarnemingen met modelberekeningen en komen tot een opvallende conclusie. De extreme rivierafvoeren in de jaren negentig van de vorige eeuw hebben geleid tot plotselinge veranderingen in het Rijnsysteem rond Pannerdense Kop. Sindsdien stroomt er vanaf daar geleidelijk steeds meer water via de Waal, en dat gaat ten koste van de noordelijke tak.
Daarmee lijkt er sprake van een kantelpunt, maar de onderzoekers houden nog een slag om de arm. "De rivier is immers geen stroomgoot in een laboratorium waarin we het effect van een enkele aangepaste conditie kunnen onderzoeken", zegt onderzoeker Astrid Blom in een toelichting op de website van de TU Delft.
"Toch vinden we het belangrijk om hier nu aandacht voor te vragen. Deze plotselinge veranderingen kunnen namelijk gevolgen hebben voor zowel de waterveiligheid als de scheepvaart."
Sediment
Net nadat de Rijn de grens tussen Nederland en Duitsland passeert, splitst de rivier zich op in de Waal en het Pannerdensch Kanaal. Die laatste, noordelijke tak splitst zich vervolgens weer op in de Nederrijn-Lek en de IJssel.
Door de extreme rivierafvoeren in 1993, 1995 en mogelijk 1998 is veel zand en grind over de rivierbodem aangevoerd. In het Pannerdensch Kanaal werd bijna een halve meter sediment afgezet, waardoor de afvoer via de andere tak, de Waal, geleidelijk ging toenemen. "Daardoor erodeert de Waal verder", aldus Blom.
Die plotselinge veranderingen zetten een langduriger proces van aanpassing in gang, zo blijkt uit het onderzoek. Inmiddels lijkt het systeem op weg naar een nieuwe stabiele situatie, waarbij een steeds groter deel van de rivierafvoer via de Waal stroomt.
Zoetwatervoorziening
Volgens de onderzoekers is het cruciaal dat waterbeheerders deze herverdeling van het rivierwater nauwlettend in de gaten houden en meenemen in de toekomstplannen die Nederland veilig moeten houden en de rivierbodem moeten stabiliseren, zoals het Programma Ruimte voor de Rivier 2.0.
Daarbij gaat het niet alleen om hoogwater, waarschuwt Blom. Doordat er sprake is van een verminderde afvoer via het Pannerdensch Kanaal en uiteindelijk de IJssel, kan de zoetwatervoorziening naar het IJsselmeer onder druk komen te staan. "We moeten voorkomen dat we worden verrast en het systeem tijdig voorbereiden op deze veranderingen."