Het demissionaire kabinet heeft besloten ruim 41 miljoen euro te investeren de veiligheid op de Noordzee. Mark Harbers, de minister van Infrastructuur en Waterstaat, schreef dit in een brief aan de Tweede Kamer.
In de Kamberbrief schrijft minister Harbers dat de Noordzee, als EU-buitengrens en vanwege de economische belangen, belangrijk is voor de nationale veiligheid. Dit belang stijgt nog omdat de Noordzee belangrijk is voor de energietransitie. Harbers geeft aan dat dat voorbereidingshandelingen voor verstoring en sabotage van onderzeese kabels en leidingen al eerder zijn vastgesteld.
De minister schrijft verder dat Russische entiteiten de Noordzee infrastructuur in kaart brengen en activiteiten ondernemen die duiden op spionage. ‘Zou bijvoorbeeld een aanzienlijk deel van de infrastructuur voor aardgas of windmolenparken worden gesaboteerd, dan kan dit negatieve effecten hebben voor de voorzieningszekerheid van energie en grote kosten met zich mee brengen.’
Daarom investeert het kabinet de komende twee jaar ruim 41 miljoen euro in de veiligheid op de Noordzee. Harbers onderscheidt daarbij maatregelen in drie sporen: om ongeregeldheden te voorkomen, op het spoor te komen en op ongeregeldheden reageren.
De eerste aandacht gaat daarbij uit naar het plaatsen van meer sensoren en de inzet van radar en satellieten. Het uiteindelijke doel is volgens Harbers toe te werken naar een systeem dat de Noordzee voortdurend kan monitoren, maar dat zal met deze investering niet worden bereikt. Deze is bedoeld voor de komende anderhalf jaar. Harbers: ‘Besluitvorming over verdere investeringen is aan een volgend kabinet.’
Omdat veiligheid op de Noordzee niet een zaak van Nederland alleen is, noemt de minister samenwerking met andere Noordzee-landen essentieel. In dat kader is daarom in april een overeenkomst gesloten met België, het Verenigd Koninkrijk, Duitsland, Noorwegen en Denemarken om informatie en goede voorbeelden te delen en gezamenlijk te werken aan crisisbeheersing.