In het dijkversterkingsproject Sterke Lekdijk wordt een nieuwe innovatie getest: de Mixed-in-Place freesmethode. De techniek versterkt de dijk op twee manieren, het voorkomt piping en stabiliseert de dijk. De proef is nu zover gevorderd dat drie aangemaakte proefwanden in de dijk worden uitgegraven om ze te beoordelen op hun geschiktheid.
De test is de vrucht van het ‘Innovatiepartnerschap’, de vernieuwende aanbestedingsvorm die het Waterschap De Stichtse Rijnlanden toepast bij de versterking van de Lekdijk tussen Amerongen en Schoonhoven. De dijk is afgekeurd op piping, macrostabiliteit en bekleding van het buitentalud en het doel is om bij de versterking verschillende innovaties te testen en door te ontwikkelen.
Dat gebeurt met 3 ‘innovatiepartners’: Van Oord, Mourik Infra en de combinatie Heijmans Infra, GMB Civiel, de Vries & van de Wiel (Lek Ensemble). In het deeltraject Salmsteke past Mourik Infra het Prolock Filterscherm inmiddels toe als nieuwe techniek tegen piping. In het dijkdeel Culemborgse Veer- Beatrixsluis wordt nu de MIP-freesmethode getest, met Van Oord als innovatiepartner.
Aan de proef in de Lekdijk gingen laboratoriumtesten, bureaustudies en een pilot in Duitsland vooraf, schrijft Van Oord, dat voor de verdere ontwikkeling van de MIP-freesmethode een samenwerking is aangegaan met HITEC Road, specialist in grondstabilisatie.
Mixed-in-place (MIP) is een grondverbeteringstechniek. In de proef op de Lekdijk wordt een freesmachine ingezet waarmee een wand wordt gemaakt in de dijk, tot op een diepte van 15 meter. Tijdens dit proces wordt de wand versterkt met een mengsel van bestaande grond en bindmiddel, zoals cement en water, waardoor deze uithardt en de dijk versterkt.
De wand heeft twee functies: het voorkomt piping en stabiliseert de grond, waardoor verschuivingen worden voorkomen. In vergelijking met traditionele methoden zoals damwanden is MIP efficiënter, duurzamer en sneller, claimen de ontwikkelaars. Dit betekent minder overlast (trillings- en zettingvrij, geluidsarm), lagere kosten en een kortere bouwtijd. Voor de techniek is bovendien geen extra ruimte nodig zodat dijken niet verhoogd of verbreed hoeven te worden. Daardoor is ze geschikt voor dijkversterkingsprojecten in gebieden met beperkte ruimte.
In het Lekdijk-project zijn in totaal 3 wanden getest met bindmiddel van uiteenlopende samenstellingen, waaronder één met olifantsgras, schrijft het waterschap. De test moet ook uitwijzen of en in hoeverre de wanden waterdicht zijn. “Nu de wanden goed zijn gedroogd en gehard, wordt het tijd om de wanden uit te graven.” Komende week gebeurt dat in het bijzijn van genodigden en pers.
Op basis van de resultaten wordt een ontwerprichtlijn opgesteld, zodat de techniek effectief kan worden toegepast en onderhouden. Bij succes wordt de MIP-methode toegepast tussen de Beatrixsluis en de A27. Het uiteindelijke doel is om de methode ook toe te passen bij andere dijkversterkingen in het kader van het Hoogwaterbeschermingsprogramma.