OPINIE - Met het zout houden van de Grevelingen en het verzilten van het Volkerak wordt de algehele verziltingdreiging bewust genegeerd en vergroot. Dit is een enorme beleidsblunder.
door Wil Lases
De druk om almaar te verzilten komt vanuit een ecologische stroming. Men denkt daar alleen aan ‘aaibare’ levende natuur, niet aan echte ecosystemen, die zich ontwikkelen met de fysische natuur als basis.
Bovendien wordt er eenzijdig vanuit de hype van nog meer zout water en getij gekeken (2/3 aardoppervlakte) en is het respect verdwenen voor het door de natuur gevormde land en het schaarse zoete water. Dit streven komt voort uit een ecologische tunnelvisie met een gebrek aan kennis van de waterhuishouding, geringe historische kennis en weinig oog voor klimaatbestendigheid.
Zuinig met zoet
Minder dan een tienduizendste van al het water op aarde is zoet oppervlaktewater. Gezien de mondiale schaarste, de toenemende verzilting en de klimaatverandering is het van groot belang zuinig om te gaan met het zoete water. Veel leven en welvaart is hiervan afhankelijk. Zoet water is kwetsbaar. Een geringe toename van het zoutgehalte maakt het onbruikbaar voor consumptie en landbouw. We worden bovendien geconfronteerd met grotere droogteperioden.
Er wordt intussen in Nederland oneindig veel zoet water verspild met een open Nieuwe Waterweg en onder meer aan het gebied van Midden-West Holland, liggend beneden de zeespiegel, omdat daar niet de tering naar de nering wordt gezet.
De zeegaten hebben zich de afgelopen eeuwen sterk verdiept. Daarmee kwam de verzilting landinwaarts en werd steeds sterker. Het Deltaplan gaf een bruikbaar antwoord. Door af te wijken van het oorspronkelijke Deltaplan dat zoete Zeeuwse wateren nastreefde, is de verzilting toegenomen en zijn de Oosterschelde en het Grevelingenmeer, in plaats van zoet, nog zouter geworden dan voor de Deltawerken.
Verziltingsdruk
De verziltingsdruk neemt verder toe door het stijgen van de zeespiegel. Het landelijk waterbeleid dient er op gericht te zijn om het zout met het zoete water zo dicht mogelijk naar de kust te drukken om zo lang en goed als mogelijk de achterliggende buffering aan zoetwater in de bodem te beschermen. Dit is op natuurlijke wijze met de huidige infrastructuur mogelijk met minimale energiekosten.
Het Grevelingenmeer, aangelegd met de bestemming van zoet meer, is nu een zout, diep, getijloos meer, waar onderin een zuurstofarm milieu is, dat in diepte varieert met de weersomstandigheden.
In juli is een motie aangenomen in de Tweede Kamer om op de Grevelingen met een doorlaatmiddel in de Brouwersdam beperkt getijde te creëren. Het geld hiervoor is bijeengebracht en de euforie bij de zoutlobby is groot. Er lag al 30 miljoen euro, het Rijk doet er nu ineens 75 miljoen bij en Zuid-Holland, Zeeland en de gemeenten Goeree-Overflakkee en Schouwen-Duiveland voegen er ten nadele van zichzelf respectievelijk 10, 2,5, 1 en 1 miljoen aan toe.
Beperkt effect
Het effect van de beoogde openingen aan de noordzijde van de Brouwersdam bij de minst diepe geul op de zuurstofloosheid in de lagere delen van de Grevelingen is beperkt. Rond de openingen stroming, uitdempend naar binnen toe en niet tot grote diepte. Het zuurstofloze deel zorgt voor minder stikstof en beperkt de algenbloei. De zee heeft veel meer stikstof. Waarom gebeurt dit dan? Voor een onrendabele getijdencentrale? Voor een onstabiel milieu? Voor verdere verzilting?
Zeker nu men het milieu van de Grevelingen als minder dan ooit ervaart, wordt het tijd voor een geleidelijke verzoeting. In plaats van te concluderen dat dit experiment mislukt, weet men niet van ophouden. Onder de Brabantse wal was het indertijd brak. Nu wil het kabinet het Volkerak echt zout gaan maken. De zoetwaterproblematiek door verzilt grondwater wordt voor de eilanden nu echt nijpender. Alternatieve aanvoer van zoet water met persleidingen kost veel onnodige energie. De eilanden komen zo aan het zoetwaterinfuus te liggen.
Rijkste natuurgebied
Het zoete Volkerak-Zoommeer is uitgegroeid tot een van de rijkste natuurgebieden van Nederland. Toen de Stadsraad Steenbergen in 2016 alsnog een bijeenkomst organiseerde over wel of niet verzilten, konden de aanwezige projectdirecteuren Grevelingen en Volkerak-Zoommeer en de vertegenwoordiging van Rijkswaterstaat de plannen met geen enkel steekhoudend argument onderbouwen. De zaal vol belanghebbenden, geïnteresseerden en deskundigen koos na alle informatie vrijwel unaniem voor een zoet meer.
Er is dus geenszins sprake van een door de regio gedragen keuze voor verzilting.Onder het mom van ‘robuustheid’ wordt dit door de overheidsinstanties alsnog doorgedrukt. Men graaft zich in. Aan het delen van kennis heeft men geen boodschap.Vol ongeloof zal men zich later afvragen wat de Nederlanders bezield heeft om loze plannen voor transitie van een zoet naar een zoutwatersysteem te ontwikkelen ten koste van recreatie, natuur, veiligheid en leefbaarheid. Deze planvorming kent alleen verliezers.
KRW
In Nederland voldoen slechts enkele wateren aan de eisen voor een goede ecologische toestand zoals die zijn gesteld in de Kaderrichtlijn Water (KRW). Dat blijkt uit het rapport ‘State of Water’ dat het Europese milieuagentschap (EEA) dinsdag 3 juli 2018 publiceerde.
Gebruik de gemeenschapsgelden om de waterkwaliteit met de toevoer van zoet water te verbeteren. Echte doorspoeling kan alleen met zoet water.
Gezien de noodzakelijke kustlijnverkorting vanwege de zeespiegelstijging, wordt de Grevelingen nooit meer een zeegat. Ze kan beter functioneren als onderdeel van een nationale noodberging voor rivierwater, als zoetwatervoorraad, als buffer tegen verzilting en als mogelijk onderdeel van een estuarium. Dan draagt de Grevelingen bij aan de eco-economie en een klimaatbestendig land.
Wil Lases is waterbouwkundige