• Colors: Blue Color

Van de klimaatdoelen die de waterschappen zich hebben gesteld, komt energieneutraliteit in zicht, blijkt uit de toelichting op de Klimaatmonitor in H2O november. Het energieverbruik van de waterschappen daalde in een jaar tijd met 3,5 procent, terwijl het opwekken van duurzame energie uit bijvoorbeeld rioolwater aanzienlijk steeg. “Energie hebben we nu in de vingers”, zegt Hielke van der Spoel, senior beleidsadviseur waterketen bij Waterschap Rivierenland. Ergo: In 2025 zijn de waterschappen energieneutraal.

De kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater is niet goed. De doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) worden niet gehaald, de drinkwaterbedrijven moeten steeds meer zuiveren en we vinden regelmatig 'nieuwe', opkomende stoffen zoals Per- en polyfluoralkylstoffen (PFAS). Om dit probleem op te lossen moet er een aantal (Europese) regels worden aangepast. Door internationale onderzoeksinstellingen, universiteiten en drinkwaterbedrijven wordt al enige jaren gepleit voor een aantal verbeteringen. Dit artikel beschrijft welke aanpassingen in regelgeving nodig zijn en hoe er aan gewerkt wordt om dit te bereiken.

Als je als onderzoeker veel bezig bent met klimaatverandering heb je niet altijd een blijde boodschap te verkondigen, vooral als het gaat over de klimaatgevolgen en de noodzaak en mogelijkheden voor aanpassen (klimaatadaptatie). Tegelijkertijd weten we, onder andere uit het recente IPCC-assessment, dat adaptatie al plaatsvindt en ook zin heeft. De snelheid en schaal waarmee dit gebeurt, loopt echter achter bij de snelheid van de klimaatverandering.

De waterschappen voelden zich bij de verkiezingen in maart dit jaar een beetje tweederangs ten opzichte van de provincies. In een evaluatie noemden ze daarvoor vooral praktische punten zoals het telproces, de communicatie met de Kiesraad en verouderde software. Valt er ook meer inhoudelijk wat te zeggen over de waterschapsverkiezingen? Manita Koop, werkzaam voor Delfland, en Hans Vollaard, politicoloog aan de Universiteit Utrecht, signaleren beiden de rol van gebrek aan kennis en interesse bij kiezers. Hoe dat op te lossen?

In deze studie is een synthese gemaakt van onderzoeken naar organische microverontreinigingen in rwzi-effluent. Naast geneesmiddelen en gewasbeschermingsmiddelen zijn er tal van opkomende stoffen die aandacht vragen. De Werkgroep Aanpak Opkomende Stoffen gaat de resultaten onder de aandacht brengen van relevante (beleids)kaders.

Op het jubileumsymposium ter gelegenheid van 15 jaar Deltares brak algemeen directeur Annemieke Nijhof een lans voor meer samenwerking tussen instituten en het professioneel en maatschappelijk veld om te komen tot betere oplossingen voor allerlei watergerelateerde problemen. Hierover gaat het gesprek met haar en met Stephanie Janssen expert nature-based solutions en sociale inclusiviteit. 

In deze H2O oktober zegt Annemieke Nijhof van kennisinstituut Deltares: “De complexe integrale vragen laten zich niet beantwoorden met gestapelde deelonderzoeken met een nietje erdoor.” De algemeen directeur bepleit dat de onderzoeks- en kennisinstituten Deltares, TNO, KWR, Wetsus en universiteiten als Wageningen, TU Delft en andere, hun kennis meer samenbrengen rond maatschappelijke opgaven, die almaar ingewikkelder worden. 

De frequentie en duur van droge zomerperiodes groeit en dat geeft problemen: tekorten aan (schoon) oppervlaktewater en grondwater voor natuur, landbouw, drinkwatervoorziening en industrie, en in laag Nederland verzilting. Deltares verkende samen met de WUR de problemen in een ‘Integrale grondwaterstudie Nederland’.
De Adviescommissie Droogte adviseerde de Brabantse grondwaterpartners met ‘Zonder water, geen later’ over de broodnodige structurele aanpassingen in inrichting, beheer en gebruik van het (grond)water. En deze zomer voerden twee Brabantse waterschappen een meld- en vergunningplicht in voor kleine grondwaterputten. Hoe kijkt Dimmie Hendriks, expert grondwater en droogte bij Deltares, naar de laatste ontwikkelingen?

De uitvinding van het allereerste meetinstrument om stromingen in de Nederlandse rivieren te meten uit 1792, was een verstrengeling van unieke wetenschap met een politiek-bestuurlijke agenda. Dat betoogt hoogleraar Maarten Kleinhans na een grondige studie van het instrument dat was ontworpen door Christiaan Brunings (1736-1805), oprichter van Rijkswaterstaat. Hij publiceerde afgelopen maand een wetenschappelijk artikel over de uitvinding.

U leest in deze H2O over de supersnelkookpan van Torwash die slibverwerking op een andere leest schoeit, over de Ultieme Waterfabriek waarmee gezuiverd rioolwater omgezet kan gaan worden in drinkwater, over het succes van Nereda, de geprezen aerobe korrelslibtechnologie die wereldwijd als zuiveringstechniek wordt omarmd, en over een goed gevulde gereedschapskist met nieuwe zuiveringstechnieken om organische microverontreinigingen in het rioolwater te verwijderen.

De Europese Commissie heeft Nederland verschillende malen aangesproken op (mogelijke) niet-naleving van de Kaderrichtlijn Water (KRW). In dit artikel worden de procedures besproken die de Europese Commissie tussen 2000 en 2020 tegen Nederland heeft gestart, en wordt gekeken wat daarvan kan worden geleerd. "Bij het publieke debat over de inzet van Nederland op het doelbereik van de KRW in 2027 doet de minister er goed aan de onderliggende afwegingen en keuzes transparant te maken."

Een verdere ontwikkeling, verdieping en uitrol van bodemdalingmaatregelen is niet alleen relevant voor bodemdaling zelf, maar kan ook goed als vliegwiel functioneren voor andere opgaven in het veenweidegebied zoals de regionale uitwerkingen van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG), stelt Rienk Schaafsma. "De praktijkgerichte aanpak van bodemdaling en CO2-emissie kan het proces van NPLG in de regio versnellen en verbeteren. De ervaring leert dat een concrete aanpak van bodemdaling tot constructieve samenwerking en daarmee ook tot meer verbinding van belanghebbenden kan leiden."

Dit voorjaar presenteerden de ministers Hugo de Jonge, Mark Harbers en Christianne van der Wal-Zeggelink de Klimaatlat Bouwen. De Klimaatlat definieert wat klimaatadaptief bouwen en inrichten is, en bevat voor nieuwbouwprojecten kwalitatieve doelen, kwantitatieve prestatie-eisen en richtlijnen voor de thema’s overstromingen, wateroverlast, droogte, hitte, biodiversiteit en bodemdaling. Is dit een nuttig en praktisch instrument dat de bouwpraktijk gaat veranderen? Ria Löschner (adviseur klimaatadaptie voor gemeenten) en Alexander Hoff (adviseur watersysteemanalyses voor waterschappen en provincies), beiden werkzaam bij adviesbureau Nelen & Schuurmans, delen hun kijk op deze vraag.