secundair logo knw 1

Klimaatverandering zorgt steeds vaker voor wateroverlast én watertekorten. De vraag rijst: kun je in hetzelfde gebied piekafvoeren tijdelijk bergen én neerslagoverschot vasthouden? En kun je de kwaliteit van het retentiewater verbeteren om mogelijkheden voor hergebruik te garanderen en daaraan ook nog andere functies verbinden, zoals hergebruik van nutriënten, duurzame energie en natuur?

Download hier de pdf van dit artikel.

RWWsamenv

In de Betuwe – tussen Arnhem en Nijmegen – wordt Park Lingezegen ingericht voor recreatie, natuur en waterberging. Dit laatste ter voorkoming van wateroverlast in de aangrenzende bebouwing van Arnhem-Zuid en het glastuinbouwcomplex Bergerden. Waterschap Rivierenland zoekt in deze regio ook naar ruimte om water langer vast te houden om het in droge tijden te kunnen benutten voor functies als fruitteelt en natuur. Hiervoor moet het water dan wel zo schoon mogelijk zijn.

In het kader van het project RichWaterWorld [1] wordt onderzocht of en hoe je binnen Park Lingezegen tijdelijke berging van hoogwaterpieken (waterberging) kunt combineren met het vasthouden van neerslagoverschot (waterretentie) en met waterzuivering. Het doel is om te komen tot optimale benutting van water, grondstoffen en duurzame energie binnen de regio.

Waterbalans actueel en verwacht

Alterra Wageningen UR, MeteoGroup en Eijkelkamp BV werken in het kader van RichWaterWorld samen aan oplossingen voor de regionale opgaven op het gebied van waterkwantiteit. Een regionale bodemkundige en hydrologische systeemanalyse van Park Lingezegen en omgeving verschaft inzicht in de patronen en processen in bodem en water in het onderzoeksgebied.

Op basis van bestaande informatie [2] zijn voor dit deel van de Betuwe met het grondwatermodel MORIA van het waterschap Rivierenland diverse scenario’s voor klimaat en waterbeheersmaatregelen doorgerekend. Aan het model is daarvoor een oppervlaktewatermodule toegevoegd. Zo zijn de effecten van klimaatverandering, weersverandering en de invloed van de Rijn op het watersysteem en de waterbalans bepaald op regionale en lokale schaal.

Om de resultaten van het hydrologisch model te valideren zijn veldmetingen uitgevoerd in een proefveld van twee hectare, dat voor dit project is aangelegd bij het waterinlaatpunt van een groot rietmoeras. Sensoren registreren de grondwaterstanden, oppervlaktewaterpeilen en het bodemvocht. Deze informatie is via telemetrie direct online beschikbaar. Een deel van de waarnemingen vormt, samen met het peil van de Rijn bij Lobith, input voor het hydrologisch model. De sensorgegevens worden regelmatig gecheckt aan de hand van visuele waarnemingen.

Meteorologische waarnemingen in het proefveld geven actuele informatie over de hoeveelheid neerslag en data om het verdampingsverlies te kunnen afleiden. Gegevens uit radarbeelden en weermodellen vormen hierbij een waardevolle aanvulling voor het opstellen van meerdaagse weersverwachtingen. Deze informatie over het actuele en verwachte weer wordt geautomatiseerd ingevoerd in het hydrologisch model om de gevolgen van weersverandering te simuleren voor de hydrologie, bijvoorbeeld voor waterstanden en de waterbalans voor de komende vijftien dagen.

Instrument voor adaptief waterbeheer

De meetgegevens afkomstig van de sensoren en meteoapparatuur leveren, samen met de data uit de radarbeelden en weermodellen, een enorme hoeveelheid informatie op. Die brij aan gegevens is onbruikbaar als deze niet in samenhang en op een toegankelijke manier wordt ontsloten voor de gebruiker. De gegevens uit de diverse weermodellen worden daarom geclusterd in scenario’s met bijbehorende kans van optreden, op basis waarvan diverse maatregelen kunnen worden genomen. In RichWaterWorld is een webapplicatie ontwikkeld waarmee dagelijks voor vijftien dagen vooruit de waterhuishouding wordt berekend. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de weersverwachtingen en van de actuele hydrologisch situatie, die via sensormetingen wordt gevolgd.

Als uitkomst levert de webapplicatie voor de verschillende weerscenario’s (van erg droog tot erg nat) verwachte waterbalansen en waterstanden, en daarvan afgeleid de nog beschikbare waterbergingscapaciteit. Aan de hand daarvan kan de waterbeheerder beslissen om al dan niet preventief water in te laten (als de beschikbaarheid van water gevaar loopt) of juist af te voeren (als er piekneerslag wordt verwacht).

De webapplicatie voorziet in een adviesfunctie, waarbij rekening wordt gehouden met het landgebruik en bijbehorende risico’s van nat- en droogteschade.

Biocascade waterzuivering

Waterretentiegebieden worden vaak ontwikkeld in (voormalige) landbouwgebieden waar doelstellingen voor waterkwaliteit en natuur niet worden gehaald. Als oplossing hebben de Radboud Universiteit Nijmegen en B-Ware Research Centre een biocascade-waterzuivering ontwikkeld.

Anders dan de bekende helofytenfilters en waterharmonica’s is de biocascade-waterzuivering ontwikkeld als een regeneratief systeem. Hierin wordt voorkomen dat nutriënten blijvend ophopen door slim gebruik te maken van bodemprocessen bij vernatting en verdroging, en van specifieke waterplanten als bio-engineers, waarvan de biomassa weer als grondstof kan dienen voor biobased producten. De biocascade wordt op maat ingericht.

In de proefveldlocatie in Park Lingezegen ligt de nadruk op zuivering van stikstof (N), in proefsloten bij de Radboud Universiteit (RU) op de zuivering van fosfaat (P). Afbeelding 1 toont de resultaten uit het proefslotenonderzoek. Deze laten zien dat in elk seizoen de waterkwaliteit in de biocascade verbetert dankzij de combinatie van biologische en chemische zuivering. Hoewel chemische zuivering in de winter langzamer verloopt gaat deze wel het hele jaar door.

Uitspraken over verblijftijden en zuiveringsrendement volgen eind 2015, zodra de waterbalans van het systeem is opgesteld en de laatste data zijn geanalyseerd. Ditzelfde geldt voor het proefveldonderzoek in Park Lingezegen.

RWWafb1

Afbeelding 1. Sinds de realisatie van de biocascade in de zomer van 2014 neemt de totaalconcentratie fosfaat (P) in het water af van gemiddeld twee keer de norm van de Europese Kaderrichtlijn Water (0,3 milligram per liter) in het ingelaten water naar minder dan 0,05 milligram per liter) na passeren van het ijzerzand.  Deze resultaten worden bereikt bij het doorlopen van de verschillende compartimenten van de bioscascade. De norm van de kaderrichtlijn voor fosfaat staat aangegeven met de grijze stippellijn

Oplaadfase

Algemeen bestaat het systeem uit een serie geschakelde waterbekkens. In de veldproef in Park Lingezegen stroomt het inlaatwater eerst in een bezinkbassin, waar de aan slib gebonden nutriënten kunnen bezinken. In de proefsloten bij de RU infiltreert het inlaatwater in een ijzerrijke bodem met veldrusplaggen. Vervolgens stroomt het water door naar waterbekkens met riet, lisdodde of gele lis, waar vooral verwijdering van stikstofverbindingen optreedt door de koppeling van nitrificatie- en denitrificatieprocessen. De helofyten pompen via hun stengels en wortels zuurstof in de zuurstofarme bodem, waardoor deze twee microbiële processen naast elkaar kunnen plaatsvinden en stikstofgas uit het systeem verdwijnt naar de atmosfeer. Daarna stroomt het water voor nazuivering door naar een bassin met ondergedoken waterplanten (Aarvederkruid).

Omdat de zuivering in Park Lingezegen zich vooral richt op de verwijdering van stikstof is nazuivering hier tevens de laatste stap. De proefsloten bij de RU zijn vooral gericht op de verwijdering van fosfaat. Daarom gaat het water daar als laatste stap nog door een ijzerzand filter voor binding van de laatste resten fosfor (afbeelding 2).

Ontlaadfase

Wanneer de bodem in de biocascade volledig is opgeladen, wat in het lopend onderzoek nog niet het geval is geweest, zal deze geen fosfor meer verwijderen uit het water. Wanneer metingen aan bodem en water dit in praktijk laten zien, zal het systeem volledig geïnundeerd worden met oppervlaktewater waardoor het systeem door de aanwezigheid van reactief organisch materiaal op de bodem snel anaeroob wordt.

Onder deze gereduceerde omstandigheden wordt het in de bodem geaccumuleerde fosfor gemobiliseerd, waarna het via diffusie in de waterlaag terecht komt. Drijvende waterplanten bevorderen dit proces. Ze sluiten het wateroppervlak af, waardoor het water zuurstofarm blijft en de nalevering van P blijft doorgaan. Vervolgens kunnen de waterplanten het fosfaat uit het water opnemen. Door regelmatig te oogsten wordt het fosfor uit het systeem verwijderd. De bodem wordt op deze wijze weer ontladen waarna deze na droogval weer in staat is om fosfaat te binden uit het infiltrerend water. Zo ontstaat een regeneratief systeem dat via beheerbare veranderingen in redoxpotentiaal, en daaraan gekoppelde nutriëntenconversies, kan worden opgeladen en ontladen (afbeelding 2).

RWWafb2

Afbeelding 2. Een visualisatie van het concept van de biocascade waterzuivering. Op basis van systeemkennis wordt gestuurd op bodemprocessen bij vernatting en verdroging en er wordt gebruik gemaakt van waterplanten als bio-engineers. Zo wordt een procesgestuurde biogeochemische waterzuivering gerealiseerd waarin nutriënten kunnen worden omgezet in biomassa. Hierdoor ontstaat een regeneratief en dus duurzaam systeem

Het biocascadesysteem produceert een hoeveelheid biomassa. In dit onderzoek is een eerste verkenning uitgevoerd naar de mogelijke toepassing ervan voor biobased producten. Een deel kan worden benut door de voedingsmiddelenindustrie (bijvoorbeeld als vleesvervangers) of bij de productie van lijm en groene mest. De rest kan door vergisting worden omgezet in energie en warmte. In afbeelding 3 is te zien dat de methaanopbrengst van onder andere waterpest niet onderdoet voor meer conventionele biogasgewassen als snijmaïs.

RWWafb3

Afbeelding 3. De totale methaanproductie afgezet tegen de snelheid waarmee het plantmateriaal vergist wordt. Te zien is dat waterplanten als grote egelskop, groot nimfkruid en waterpest een hoog biogaspotentieel hebben, vergelijkbaar met dat van snijmaïs

Conclusies

RichWaterWorld laat zien dat het mogelijk is om water bij neerslagoverschot langer vast te houden in een retentiegebied, dat tevens benut kan worden voor het tijdelijk bergen van piekafvoeren. In het proefgebied maakt de geohydrologische opbouw, in combinatie met de dynamiek van de rivierpeilen, dat de capaciteit voor berging en retentie niet altijd volledig beschikbaar is. Met behulp van een gebruikersvriendelijke webapplicatie, die in dit project is ontwikkeld, krijgt de waterbeheerder advies voor het inlaten of juist afvoeren van water in en uit het retentiegebied, om zo te kunnen anticiperen op weersveranderingen.

Bovendien biedt het langer vasthouden van water goede kansen voor biogeochemische zuivering van dit water met een biocascade systeem. De nutriënten in het water worden in de periode van waterretentie deels vastgelegd in de bodem en deels door waterplanten opgenomen. Door regelmatig in te grijpen in de hydrologie van het systeem en frequent de planten te oogsten worden N en P nagenoeg geheel verwijderd. De regelmatige oogst van de biomassa levert bovendien mogelijkheden voor onder andere het terugwinnen van eiwitten en duurzame energie door biovergisting.

De samenstelling van het consortium van RichWaterWorld (publieke en private partijen en kennisinstellingen) heeft bevorderd dat het project zowel publieke doelen dient als ook commerciële producten oplevert, zoals een adviesinstrument voor adaptief waterbeheer en een goed functionerende biocascade waterzuivering. De ontwikkelde kennis en producten zijn niet alleen toepasbaar in de regio Arnhem/Nijmegen, maar kunnen ook worden toegesneden op andere delen van Nederland en deltagebieden elders in de wereld.

RichWaterWorld wordt uitgevoerd door een consortium van de kennisinstellingen Radboud Universiteit Nijmegen en Alterra Wageningen UR, de bedrijven MeteoGroup, Eijkelkamp Soil & Water, B-Ware Research Centre en Alliander, en Park Lingezegen. Projectleider is Thea van Kemenade, Radboud Universiteit Nijmegen.

Dit artikel is ook gepubliceerd in Water Matters van oktober 2015.

Water Matters is het halfjaarlijkse kenniskatern van H2O.

Referenties

 1. www.richwaterworld.com

 2. Massop H. Th. L., 2014. Watersysteembeschrijving Overbetuwe. Alterra-rapport 2531. Wageningen. Slimme oplossing voor te weinig, te veel en te vuil water

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Prachtplan Jos ! Nog een argument voor: grondwater is minder kwetsbaar dan oppervlaktewater in tijden van oorlogsdreiging. 
Plan B ja de Haakse zeedijk voor de kust van Nederland maar zelfs ook Belgie en Denemarken!
De grootste veroorzaker van de kostenstijgingen op water, energie en brandstof is de Rijksoverheid. De aandacht kan beter daar op gevestigd worden. De verhoging door de investeringen voor de drinkwaterleidingen is marginaal. Wel een verdiept in de belasting op leidingwater (voor kleingebruikers tot 300m3) van 0,5 EURO per m3? 
Om het helemaal compleet te maken neem ik aan dat beide heren met een zeilboot uit 1624 naar Nederland zijn gekomen om de CO2 voetprint niet teveel te verhogen.