Van de overheid wordt een actieve houding verwacht in het beschikbaar stellen van haar data. Het (open) beschikbaar stellen van waterbeheergegevens staat echter nog in de kinderschoenen. Daarbij komt dat deze gegevens vaak niet eenvoudig te interpreteren zijn. Waternet wil zijn waterbeheergegevens graag online beschikbaar stellen. Maar wélke gegevens moet Waternet toegankelijk maken en hóe? Zit de burger hier wel op te wachten? Wat is zijn behoefte eigenlijk? Genoeg vragen voor Waternet om te onderzoeken in het project ‘Open waterbeheer polders Waternet’.
Download hier een pdf van dit artikel.
Binnen Waternet is het thema ‘Informatie creëren & delen’ als ontwikkelpunt benoemd (zie kader). Het delen van informatie voorkomt dat (mondige) burgers of bedrijven eigen data online zetten, waarmee Waternet geen controle heeft over de kwaliteit van de data.
Onder het genoemde thema valt het project ‘Open boezem open data’. Waternet is initiator van dit project, waarin het samen met Rijkswaterstaat en de hoogheemraadschappen Hollands Noorderkwartier, Rijnland en De Stichtse Rijnlanden werkt aan het (open) beschikbaar stellen van waterbeheergegevens. Hoe kunnen we gegevens het beste ontsluiten en welke randvoorwaarden gelden daarvoor?
Het project heeft twee deelprojecten ‘Open waterbeheer Rijn-West’ (data delen met derden) en ‘Open waterbeheer polders Waternet’ (data open voor klanten).
In het deelproject ‘Open waterbeheer Rijn-West’ ontwikkelen de waterbeheerders samen een informatiescherm waarmee het operationeel beheer in de vijf beheergebieden kan worden geëvalueerd en geoptimaliseerd.
Met het tweede deelproject, ‘Open waterbeheer polders Waternet’, wil Waternet het lokale waterbeheer verbeteren door meer gebruik te maken van de informatie en kennis van de burgers in de polder. Het project moet een informatiestroom in twee richtingen op gang brengen. Een belangrijk vertrekpunt bij de informatie-uitwisseling is de behoefte aan waterbeheergegevens. Daarom heeft HydroLogic in opdracht van Waternet geïnventariseerd wat de informatiebehoefte is van burgers in een geselecteerde voorbeeldpolder, de polder Aetsveld Oost.
De hoofdvragen van dit deelonderzoek waren:
• Is er behoefte aan waterbeheerinformatie?
• Welke waterbeheergegevens vindt de burger interessant?
• Wat is het beste communicatiekanaal voor het leveren van de informatie?
Onderzoeksgebied
Als onderzoeksgebied is gekozen voor de polder Aetsveld Oost, een waterrijke polder ten zuiden van de stad Weesp, tussen het Amsterdams-Rijnkanaal en de Vecht (afbeelding 1). Het is een kwelpolder met hoge ecologische waarde. Het gebied kenmerkt zich door hoogteverschillen, waardoor bij hevige neerslag wateroverlast kan ontstaan in de lager gelegen delen. Het schone kwelwater maakt goede natuurontwikkeling mogelijk.
Afbeelding 1. Het onderzoeksgebied: de zeer waterrijke polder Aetsveld Oost
(Bron: Waternet)
Van belang hierbij is goed inlaatbeheer, zodat in de polder zoveel mogelijk gebiedseigen water van hoge kwaliteit behouden blijft. Aetsveld Oost heeft 4.035 inwoners (CBS, 2013) en twee stedelijke kernen: Weesp en Nigtevecht.
Tabel 1 toont de waterbeheergegevens die beschikbaar zijn bij Waternet.
Tabel 1 Waterbeheergegevens waarover Waternet beschikt voor de polder Aetsveld Oost
Onderzoeksmethode
Voor de inventarisatie van de informatiebehoefte bij de ingelanden zijn twee doelgroepen gedefinieerd: de ‘algemene inwoner’, wonend in de stadskernen van Weesp en Nigtevecht, en de ‘agrariër’. Voor de groep ‘algemene inwoner’ zijn enquêtes opgesteld. Voor de agrariërs is een topic-list samengesteld, die werd gebruikt tijdens semi-gestructureerde interviews. Beide groepen kregen vragen over de belangstelling voor het waterbeheer en de behoefte aan waterbeheergegevens.
De selectie van burgers verliep op basis van de random walk methode: in april 2014 werd huis-aan-huis overdag aangebeld met de vraag aan de bewoner of hij het komende uur 5 minuten tijd had om de enquête in te vullen. Elke burger in de stadskernen Weesp en Nigtevecht had zo de kans om deel te nemen. Vrijwel overal waar we hebben aangebeld was de bewoner bereid om de enquête in te vullen.
Later zijn de enquetes weer opgehaald.
Interesse in waterbeheer is selectief
In totaal hebben 159 burgers de enquête ingevuld en zijn bij 9 (van de 13) agrariërs semigestructureerde interviews afgenomen.
In het onderzoek werd de inwoners en de agrariërs een aantal vragen gesteld over hun betrokkenheid bij het waterbeheer in de polder. Circa 10% van de burger-respondenten voelt zich met name betrokken bij het waterbeheer als het hen persoonlijk raakt, bijvoorbeeld via de directe leefomgeving (zwemwater) of bij een calamiteit (wateroverlast). Het overgrote deel is wel bekend met de organisatie Waternet, maar is zich niet bewust van hetgeen op het gebied van waterbeheer in hun directe omgeving speelt. Deze resultaten komen overeen met de conclusies van het OESO-rapport (1) dat dit voorjaar is verschenen.
Quote agrariër: “Het is essentieel dat Waternet het peil goed beheert en dat doen ze over het algemeen ook goed.”
De geïnterviewde agrariërs zijn voornamelijk geïnteresseerd in het waterbeheer vanuit hun eigen bedrijfsbelang. Zij regelen het lokale waterpeil van hun percelen het liefst zelf, met behulp van een particuliere inlaat of een stuw. Bij het inlaten van water houden de agrariërs weinig rekening met het waterbeheer binnen de gehele polder. Het eigen belang staat voorop.
Quote agrariër: ”‘Voor de doorstroming van de sloten en het reguleren van ons lokale waterpeil zijn we vooral afhankelijk van onze eigen inlaat. We hebben Waternet hier niet bij nodig.”
Behoefte aan informatie over de leefomgeving
Het waterbewustzijn van de gemiddelde Nederlander is laag (1). Voorafgaand aan het onderzoek werd daarom ook verwacht dat een inwoner van het stedelijk gebied geen behoefte heeft aan waterbeheerinformatie. De resultaten geven echter een ander beeld.
Hoewel de burger-respondenten niet actief betrokken zijn bij het waterbeheer – bijvoorbeeld door Waternet te benaderen bij kroosvorming of door het bijwonen van informatieavonden – heeft het merendeel van hen (65%) wel behoefte aan waterbeheergegevens. Er is vooral behoefte aan informatie over de eigen leefomgeving. Typerende vragen die leven bij de inwoners zijn: Welke werkzaamheden vinden plaats in mijn buurt en waarom? Wat is de waterstand van de Vecht? Wat is de kans op wateroverlast? Hoe is de zwemwaterkwaliteit? (afbeelding 2). Burgers willen maandelijks of bij een calamiteit de voor hen relevante informatie eenvoudig kunnen opvragen en/of bekijken via een e-mail, een website of een mobiele applicatie. Een huis-aan-huisfolder met algemene informatie over de lokale leefomgeving is ook een optie.
Afbeelding 2. Type informatiebehoefte bij burger-respondenten in de stadskernen Weesp en Nigtevecht (meerdere antwoorden waren mogelijk)
De geïnterviewde agrariërs hebben behoefte aan gegevens die betrekking hebben op hun eigen percelen en hun eigen bedrijfsvoering. Er is behoefte aan neerslaginformatie, waterkwaliteitsdata (drinkwater voor het vee) en informatie over de planning van werkzaamheden. De agrariërs willen de voor hen relevante informatie eenvoudig kunnen bekijken op een website of mobiele applicatie, of de informatie ontvangen via de e-mail. Wanneer wateroverlast optreedt of werkzaamheden moeten plaatsvinden op particulier terrein willen de agrariërs persoonlijk worden benaderd of contact kunnen opnemen met een aanspreekpunt van Waternet.
Betrokkenheid bij planvorming in het gebied
De resultaten van dit onderzoek neemt Waternet mee in het komende watergebiedsplan voor de polder Aetsveld Oost en de bewonersavond die daarvoor wordt georganiseerd. Uit de interviews bleek dat de agrariërs actief hebben meegedacht in de planvormingsfase van het vorige watergebiedsplan. De agrariërs zijn tevreden over het feit dat ze oplossingen kunnen aandragen voor beter waterbeheer. Het was hen echter niet goed duidelijk wat er met de door hen aangedragen kennis en maatregelen is gedaan. Persoonlijke aandacht en terugkoppeling na een contactmoment is essentieel om betrokkenheid met het waterbeheer te creëren en vast te houden. Daarnaast is het belangrijk dat er een contactpersoon is die bekend is met het gebied.
Quote agrariër: “De een-op-een-keukentafelgesprekken vind ik erg prettig.”
Quote agrariër: “De mensen op kantoor kennen de praktijk niet. Ik bel bij voorkeur de peilbeheerder.”
Conclusies
Voorafgaand aan het onderzoek was de verwachting dat de behoefte aan waterbeheerdata bij de burger niet groot zou zijn. De resultaten van het project ‘Open waterbeheer polders Waternet’ duiden er echter op dat hieraan wel degelijk behoefte is. Alle geïnterviewde agrariërs en het merendeel van de burger-respondenten (65%) hebben behoefte aan informatie over het waterbeheer. De behoefte ligt daarbij vooral in gegevens en informatie en minder in (ruwe) data. Dit was ook de verwachting, want (ruwe) data zijn moeilijk te interpreteren zonder de juiste kennis.
Beide doelgroepen benadrukken dat zij voornamelijk behoefte hebben aan lokale informatie over (grond)waterstanden, werkzaamheden, waterkwaliteit (zwemwater, veedrenking) en gevallen neerslag. Deze gegevens moeten op een eenvoudige manier bereikbaar zijn of kunnen worden opgevraagd, bijvoorbeeld via e-mail, website of mobiele applicatie.
Een aandachtspunt is de betrokkenheid bij het waterbeheer. De burgers en agrariërs voelen zich vooral betrokken als het hen persoonlijk raakt en als er terugkoppeling is vanuit het waterschap.
Vervolg - Het op maat aanbieden van informatie
Het gegeven dat er behoefte is aan informatie over het lokale waterbeheer biedt een mooie basis voor het vervolg van het project ‘Open waterbeheer polders Waternet”: het beschikbaar stellen van de gewenste gegevens. Waternet gaat hiervoor de volgende vragen beantwoorden:
• Op welke manier stellen we de informatie beschikbaar?
• Hoe brengen we een informatiestroom in twee richtingen tot stand?
Samen met een geselecteerde groep inwoners en agrariërs gaat Waternet deze vragen beantwoorden. De gegevens en de functionaliteit om deze beschikbaar te stellen zullen stap voor stap in gezamenlijk overleg worden ingericht en getest. Het streven is om in het najaar van 2014 een eerste versie van de functionaliteit operationeel te hebben en voor te leggen aan de geselecteerde groep inwoners en agrariërs. Als de reacties positief zijn, wordt de functionaliteit voor de inwoners van de proefpolder toegankelijk gemaakt.
Vervolg – Uitbreiden en opschalen van het project
Waternet stelt zich ten doel de inwoners in zijn beheergebied actief te betrekken bij de hele watercyclus. Het plan is om een vergelijkbaar onderzoek te doen in een grote stedelijke kern van Amsterdam, waar mogelijk andere gegevens interessant zijn voor de inwoners. Met dit vervolg sluit Waternet aan bij gerelateerde projecten zoals SmartCity en Amsterdam Rainproof.
Literatuur
1. OECD (2014). Water Governance in the Netherlands: Fit for the Future?, OECD Studies
on Water, OECD Publishing.