Om de ecologische en chemische staat van beken en rivieren te verbeteren, proberen waterschappen de waterwegen in historische staat te herstellen. Daarbij wordt vooral gekeken naar de historische vorm, maar niet naar het geomorfologische proces dat de loop van een beek bepaalt. Dat stelt Jasper Candel, die morgen promoveert op een onderzoek naar de mogelijkheid om de loop van een beek te voorspellen.
De afgelopen eeuwen zijn veel rivieren gekanaliseerd. Sinds enkele decennia wint het besef dat kanalisatie grote negatieve consequenties heeft terrein. Kanalisatie verlaagt de ecologische waarde van watersystemen en hoge piekafvoeren kunnen leiden tot overstromingen. Om rivieren te herstellen, wordt vaak gekozen voor het ‘hermeanderen’ van de geul. Dat betekent dat beken op basis van historisch kaartmateriaal weer slingerend aangelegd worden.
Bodemsamenstelling
“Voor mijn onderzoek heb ik gekeken hoe rivieren met weinig energie nu eigenlijk hun kronkelende loop vormen,” vertelt Candel. “Daarbij blijkt dat het slingerende patroon weinig te maken heeft met het klassieke meanderen zoals we dat kennen uit de schoolboeken, maar dat de bodemsamenstelling bepalend is voor het slingerende patroon van een beek of rivier. Veen en klei zijn veel minder erodeerbaar dan zand. Bij beekherstel zou je dus niet zozeer naar de oude kaarten moeten kijken, maar naar de samenstelling van de bodem. Anders ben je bezig met de vorm, maar niet met de processen die leiden tot het ontstaan van het rivierpatroon, terwijl het juist die processen zijn die leiden tot ecologisch herstel”.
Scherpere inschatting kosten
Voor zijn onderzoek, waarop Candel promoveert aan de Wageningse universiteit, bracht hij de loop van de Dommel, de Drentsche Aa en de Overijsselse Vecht in kaart. Hij analyseerde de geologische levensloop en ontwikkelde een model om de loop van een beek per bodemtype te voorspellen. “Beekherstel kost nu heel veel geld, voornamelijk door de aankoop van land langs de waterwegen. Als je beter weet waar een beek zelf zijn bochten wil maken, kun je dan ook een scherpere inschatting van de kosten maken”.
Scherpere bochten
Volgens Candel wordt er bij de huidige vorm van beekherstel vaak gekozen voor een lieflijke waterweg met flauwe bochten. Terwijl het mogelijk juist de scherpe bochten zijn die zorgen voor een grotere biodiversiteit in het water. “Scherpe bochten zorgen voor snelstromend water, terugstroming en zones waar het water rustig stroomt. Deze afwisseling van zones zorgt voor interessantere natuur en een hogere ecologische waarde”.
-advertentie-