secundair logo knw 1

Juli 2021: wateroverlast in Limburg

Vergroot het waterbewustzijn, verbeter de kwaliteit van monitoring en voorspelling van neerslag en rivierafvoeren, houd bij beheer en onderhoud meer rekening met de kans op hoogwaterperiodes in de zomer, werk aan een robuust hoofdwatersysteem en regionale systemen, houd bij de ruimtelijke inrichting van Nederland rekening met de kans op extreme neerslagsituaties en benut bestaande en toekomstige internationale samenwerking.

Dat zijn in hoofdlijnen de aanbevelingen van de Beleidstafel wateroverlast en hoogwater in haar eerste advies. De beleidstafel is door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat ingesteld na de extreme wateroverlast vorig jaar juli in Limburg. De denktank moet lessen trekken uit de crisis in Limburg en met aanbevelingen komen om beter voorbereid te zijn op de gevolgen van extreme neerslag in andere regio’s in Nederland. De verwachting is dat deze weersextremiteiten steeds vaker voor gaan komen.

“Gebleken is dat de watersystemen, ruimtelijke inrichting en crisisbeheersing niet zijn berekend op een situatie van deze omvang”, schrijft minister Mark Harbers van Infrastructuur en Waterstaat in een begeleidende brief aan de Tweede Kamer. “De beleidstafel constateert dat het nu en in de toekomst niet mogelijk zal zijn om alle schade volledig te voorkomen.”

Twee keer advies
Aan de beleidstafel zitten het Rijk, koepelorganisaties van decentrale overheden, Limburgse overheden en de Deltacommissaris. Ze brengt twee keer advies uit: nu en in het najaar van 2022 (eindadvies).

In het eerste advies staan 25 aanbevelingen, verdeeld in 'operationele en strategische aanbevelingen'. Ze zijn gericht op ‘het verhogen van het bewustzijn en het verbeteren van informatie, op watersystemen die om kunnen gaan met de gevolgen van klimaatverandering en op een slimmere ruimtelijke inrichting, gericht op gevolgbeperking van klimaatextremen’.

De 25 aanbevelingen zijn verdeeld over 6 hoofdlijnen:

1. Vergroot het waterbewustzijn van burgers, bedrijven en overheden door goede, transparante en eenduidige informatievoorziening te faciliteren.
2. Verbeter de kwaliteit van monitoring en voorspelling van neerslag en rivierafvoeren. Diverse verbeteringen zijn mogelijk in het voorspellen van extreme neerslag en hoogwaterafvoer en de monitoring hiervan.
3. Houd bij beheer en onderhoud meer rekening met de kans op voorkomen van hoogwaterperiodes in de zomer. Informeer elkaar over en weer over groot onderhoud aan de waterinfrastructuur, ook grensoverschrijdend, en stel protocollen op voor beheer en onderhoud in het zomerseizoen.
4. Werk aan een robuust hoofdwatersysteem en regionale systemen.
5. Houd bij de ruimtelijke inrichting van Nederland beter rekening met de kans op voorkomen en de gevolgen van extreme neerslagsituaties. Bodem en water zullen een meer sturend karakter moeten krijgen in de ruimtelijke ordening en inrichting om beter toegerust te zijn voor klimaatextremen. De water- en bodemopgave is overigens niet los te zien van andere grote opgaven, zoals de landbouwtransitie, de woningbouwopgave, de stikstofproblematiek en de energietransitie, schrijft de beleidstafel.
6. Benut bestaande en toekomstige internationale samenwerking in het verbeteren van de klimaatrobuustheid van de stroomgebieden van de Maas en de Rijn.

Bewustzijn
De beleidstafel staat eerst stil bij het bewustzijn dat extreme neerslag tot grote schades kunnen leiden. De ‘risicoperceptie’ bij overheden, burgers en ondernemers is laag, stelt de beleidstafel vast. “Mede doordat Nederlanders een zeer positief beeld hebben van ons waterbeheer, is er een bepaalde vanzelfsprekendheid ontstaan dat onze voeten ook tijdens extreme omstandigheden droog blijven.” Dat beeld moet worden bijgesteld: “Beter voorbereid zijn op extreme neerslag begint bij het bewustzijn van de risico’s van extreme neerslag.”

De beleidstafel heeft met Limburg als casus een inventarisatie van waterbewustzijn en risicocommunicatie gemaakt en trekt 5 conclusies. Zo wordt onder meer vastgesteld dat er tijdens crisis vooral behoefte is aan feitelijke informatie in duidelijke taal, aan een ‘kwetsbare, open en realistische manier van communiceren’, aan een menselijk gezicht met een persoonlijke boodschap, en aan bewonersbijeenkomsten met buurtgerichte handelingsperspectieven voor herstel na de ramp.

Flash-floods
In Limburg trad afgelopen zomer een voor Nederland nieuw verschijnsel op: water dat in korte tijd snel afstroomt. Deze zogeheten flash-floods komen in andere landen veel voor en zijn zeer destructief. “De waarschuwingssystemen in Nederland zijn hier niet op voorbereid”, aldus de beleidstafel, die adviseert om zo’n systeem voor flash-floods te ontwikkelen.

Ook de hoogwaterverwachting voor Sint Pieter, het punt waar de Maas Nederland binnenkomt, moet beter. Gedurende het hoogwater van juli 2021 zijn afwijkingen geconstateerd tussen de verwachte en opgetreden waterstanden, aldus het rapport. De beleidstafel adviseert om met voorstellen te komen om verwachtingen te verbeteren. Ook de kwaliteit van hoogwatermetingen moet beter, want door beperkingen en uitval van meetapparatuur is het meetnetwerk niet toereikend om de hoogwatergolf goed te kunnen volgen.

Watersystemen
Ander aandachtspunt zijn de watersystemen. Een goed functionerend watersysteem als een klimaatrobuust ingerichte fysieke leefomgeving en adequate crisisbeheersing is van belang, aldus het advies. “Een slimmere ruimtelijke inrichting is een belangrijke sleutel voor het beperken van gevolgen van klimaatextremen en het voorkomen van maatschappelijke ontwrichting.”

Concreet stelt beleidstafel onder meer voor om bij herstel van schade aan watersystemen rekening te houden met de steeds extremere weersomstandigheden, het zogeheten ‘building back better’-principe. “Maatregelen in het rond het watersysteem die het meest in het oog springen zijn het terugbouwen van bruggen, wegen, nutsvoorzieningen en meet- en monitoringsapparatuur op een dusdanige wijze dat ze bestand zijn tegen extreme omstandigheden.”

Buitendijkse gebied
Nu de Limburgse wateroverlast heeft aangetoond dat hoogwater in buitendijks gebied ook in de zomer voorkomt, is het zaak de risico’s voor buitendijkse activiteiten als recreatie (campings) en landbouw (teelt van gewassen) in kaart te brengen, aldus de beleidstafel. Waterbeheerders krijgen het advies om protocollen voor beheer en onderhoud te ontwikkelen om in het zomerseizoen snel te kunnen handelen en het watersysteem in gereedheid te kunnen brengen bij (on)verwacht hoogwater.

Bij het uitvoeren van watersysteemtoetsen voor regionale watersystemen wordt nog niet standaard uitgegaan van het toekomstige klimaat, schrijft de beleidstafel. Ze adviseert de toepassing normering wateroverlast uit regionale watersystemen te verbeteren door onder meer waterschappen en provincies te laten verkennen hoe de regionale watersystemen meer aan het toekomstig klimaat kunnen worden getoetst.

Speerpunt
In de Limburgse aanpak moet het vasthouden van water op de hellingen een speerpunt worden, aldus de beleidstafel. Verder wordt geadviseerd om naast de statische watersituatie (waterhoogte) ook de dynamische watersituatie (hoogte en snelheid) in beeld te brengen. “Betrek bij dit onderzoek ervaringen uit het buitenland, zoals de risicomatrix uit Zwitserland”, staat geschreven.

De Maas is door de combinatie van dijken en voldoende ruimte goeddeels in staat gebleken om de extreme neerslag van juli op te vangen, schrijft de beleidstafel. Maar er waren ook zwakke plekken. Die concentreren zich rond de projecten die onderdeel zijn van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP), aangevuld met de stedelijke gebieden van Maastricht, Roermond, Venlo en Gennep/ Heijen, aldus het rapport.

En met het oog op klimaatverandering en de verwachte toename van extremiteiten, is het de vraag of het hoofdwatersysteem in de toekomst in staat blijft om hogere rivierafvoeren, extreme neerslag en droogte op te vangen. Het antwoord daarop is niet ‘ja’ en daarom is het essentieel dat langs rivieren rekening gehouden wordt met een toenemende waterstandsdynamiek en dat bij toekomstige keuzes het water- en bodemsysteem als leidend principe geldt.

Stresstesten
Een inventarisatie van de stresstesten die lokale overheden houden om klimaatrisico's in kaart te brengen, leert dat er geen zicht is op de voortgang: alle overheden hebben stresstesten uitgevoerd, maar er is geen overzicht in hoeverre de testen zijn omgezet in uitvoeringsprogramma’s. Ook ontbreekt uniformiteit in de aanpak. “Door het ontbreken van een totaalbeeld is er geen zicht op de mate van klimaatbestendigheid van Nederland en de vorderingen die daarin worden gemaakt”, schrijft de beleidstafel. De aanbeveling luidt hier: zorg voor uniforme uitgangspunten voor stresstesten.

De beleidstafel stelt tevens vast dat de gevolgen van extreme buien zoals in Limburg in de huidige stresstesten niet naar voren komen. In ‘een verdiepingsslag’ met regionale en kennispartijen moet de impact van zeer extreme neerslag worden opgenomen in de inschatting van waterrisico’s. De beleidstafel roept daarbij op om de recent gepubliceerde Deltares-studie ‘Wat als de ‘waterbom’ elders in Nederland was gevallen’ als ‘vertrekpunt’ te nemen.

Informatie uitwisseling
De beleidstafel adviseert om de internationale uitwisseling van data en informatie voor het regionaal systeem te verbeteren. In Limburg is er behoefte aan meer neerslag-, afvoer- en waterstandsdata, ook uit België en Duitsland, voor een betere hoogwaterverwachting in het regionaal systeem, schrijft de beleidstafel. “In Zuid-Limburg is voor Valkenburg een grensoverschrijdende aanpak van de regionale systemen zoals de Geul en Gulp een belangrijke meerwaarde.”


EXTREME NEERSLAGGEBEURTENISSEN

De opgetreden neerslag in juli 2021 was exceptioneel door de omvang van het getroffen gebied, maar extreme neerslaggebeurtenissen met wateroverlast zijn in de afgelopen 10 jaar regelmatig voorgekomen. De beleidstafel zet ze op een rij:

• Noord-Brabant: juli 2021, juni 2020, juni 2016 en augustus 2015;
• Friesland: juli 2021;
• Noord-Holland: clusterbuien in juni 2021;
• Limburg: juli 2021, juni 2021, juni 2016, juli 2014 en juli 2012;
• Provincie Utrecht: juli 2014 (Kockengen);
• Provincie Zuid-Holland: oktober 2013 (Goeree-Overflakkee);
• Provincie Gelderland: augustus 2010 (de Achterhoek).

 

MEER INFORMATIE
Kamerbrief en eerste advies beleidstafel 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Prachtplan Jos ! Nog een argument voor: grondwater is minder kwetsbaar dan oppervlaktewater in tijden van oorlogsdreiging. 
Plan B ja de Haakse zeedijk voor de kust van Nederland maar zelfs ook Belgie en Denemarken!
De grootste veroorzaker van de kostenstijgingen op water, energie en brandstof is de Rijksoverheid. De aandacht kan beter daar op gevestigd worden. De verhoging door de investeringen voor de drinkwaterleidingen is marginaal. Wel een verdiept in de belasting op leidingwater (voor kleingebruikers tot 300m3) van 0,5 EURO per m3? 
Om het helemaal compleet te maken neem ik aan dat beide heren met een zeilboot uit 1624 naar Nederland zijn gekomen om de CO2 voetprint niet teveel te verhogen.