secundair logo knw 1

De grote problemen zijn voorbij, maar het volledige herstel van de watersystemen na de droogte gaat nog een tijd duren. Vooral in het midden, oosten en zuiden van het land is het neerslagtekort erg groot en dat is problematisch op hoge gronden. De grondwaterstanden zijn zeer laag voor de tijd van het jaar, maar ze stijgen wel.

Dit blijkt uit de droogtemonitor die de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW) vorige week donderdag publiceerde. Het is de laatste droogtemonitor van 2018, tenzij er nog een speciale aanleiding is om er eentje te publiceren. De situatie verbetert langzaam door de maatregelen die waterbeheerders hebben genomen en de regen die na half augustus is gevallen. Daardoor kon twee weken geleden al worden afgeschaald van niveau 2 (feitelijk watertekort) naar niveau 1 (dreigend watertekort). Ook hoeft het Managementteam Watertekorten niet meer bij elkaar te komen.

Neerslagtekort nog erg groot
Toch kleurt de kaart van Nederland grotendeels rood, als het gaat om het neerslagtekort. Het landelijke gemiddelde was 302 millimeter op 10 oktober, net iets onder het tekort op hetzelfde moment in het recordjaar 1976. Het neerslagtekort is met name in een gebied in Midden-Nederland en in grote delen van het oosten en zuiden nog erg groot.

Het volledige herstel van de watersystemen gaat volgens de LCW waarschijnlijk maanden duren. Dit herstel kan regionaal sterk verschillen. Het neerslagtekort is vooral een probleem op hoge gronden waar geen water kan worden aangevoerd. In enkele gebieden in het oosten en zuiden gelden nog steeds beregeningsverboden voor grond- en/of oppervlaktewater. Het aantal beregeningsverboden neemt geleidelijk af. In gebieden in Nederland waar wel water kan worden aangevoerd voor onder meer landbouw en natuur, is voldoende water beschikbaar.

Verziltingsproblematiek aan kust stabiel
De afvoer van de Rijn en Maas blijft laag. Hierdoor moeten waterschappen aan de kust ook nu extra zoet water inlaten om zoutindringing vanuit de Noordzee tegen te gaan. De LCW betitelt de verziltingsproblematiek in de kustgebieden als stabiel. De maatregelen die in het IJsselmeer zijn genomen om verzilting te bestrijden, worden voortgezet. De commissie verwacht dat het chloridegehalte van het IJsselmeer de komende maanden geleidelijk daalt.

De watertemperatuur van de grote rivieren ligt rond 15 graden Celsius en dat is normaal voor oktober. Omdat de waterkwaliteit gestaag verbetert, neemt het aantal meldingen over blauwalg en botulisme in wateren af. De grondwaterstanden zijn zeer laag voor de tijd van het jaar. Volgens recente waarnemingen stijgen deze standen licht.

Aanhoudende beperkingen voor binnenvaart
De LCW wijst erop dat de lage waterstanden van de Lek, IJssel en Waal aanhoudend zorgen voor beperkingen voor de binnenvaart. De Nederlandse Vereniging van Leveranciers van Bouwgrondstoffen (NVLB) luidde vandaag de noodklok. De aanvoer van bouwgrondstoffen via de Rijn en de IJssel kan de komende weken mogelijk geheel stil komen te vallen door de extreem lage waterstand van de Rijn, waardoor minder grind- en zandvaart enkele ondiepe plekken in de rivier in Duitsland kan passeren. De bouwindustrie moet er volgens de NLVB rekening mee houden dat de continuïteit van het bouwproces op korte termijn ernstig in gevaar kan komen.

Meer informatie

Droogtemonitor van 10 oktober

Bericht van Unie van Waterschappen

Bericht over droogtemonitor van 27-9

 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte redactie, ik ben verheugd dat eindelijk het besef is dat het klepelbeleid nu ter discussie is gesteld. Ik heb bij waterschap Hollandse delta al jaren als bestuurslid aangedrongen om het klepelen alleen als noodzaak te gebruiken. Ook heb ik div gesprekken gehad met SBB mbt klepelen in de duinen van Ouddorp waarbij de structuur volledig werd vernield. Dit jaar is eindelijk door beherende organisatie alleen maar gemaaid en wel in oktober waar mi de hele natuur in dit duingebied mee is geholpen. Het waterschap heeft nu ook bepaald dat klepelbeleid op de schop moet en in de toekomst alleen maar met maaibeleid mag worden uitgevoerd. Dus goed resultaat waar ik blij mee ben. Dit is natuurbehoud zoals het moet.
@JWBoehmerSommige desinformatie is te simplistisch om op te reageren. Zelfs citeren van een nieuwsbericht blijkt lastig (aanpak van dijken is lang niet altijd verhogen). Instabiliteit en kans op zettingsvloeiing worden ook aangepakt. Daarmee wordt ook de invloed van zee en maan beperkt, maar dan wel op basis van logische en bewezen relaties ipv dubieuze, onwaarschijnlijke en onbewezen hypotheses. Oei, toch gereageerd. Dom van me. Ik kan dit beter negeren.
Het zou me niet verbazen als ze me een keer komen halen omdat ik de verkeerde dingen beweer  - volgens de VLOEK van ZEE en MAAN en Jan Willem Boehmer..auteur Jongedijk Bijv.  op pag 5 over “Het ophogen van dijken (€15mln/km over 800 km vlgs HWBP) vergroot alleen maar het gevaar: Hoe hoger de dijk hoe groter het aantal slachtoffers”. Voor het uitdiepen van vaarwegen (meer Ruimte voor de Rivier) geldt hetzelfde: Hoe groter, (dieper én breder) de badkuip hoe groter het overstromings gevaar en hoe groter ook hierbij het aantal slachtoffers”. Ik vrees dat ik daarmee het gezag erger heb geïrriteerd dan Zwagerman deed met haar verkeerde opmerking over “de kerf”. Ik heb nooit gedacht dat het zou gebeuren: Nou zijn we klaar met je”
Even terug denken in de tijd: waarvoor waren dijken ook al weer uitgevonden? Dat was -vroeger- om ons tegen het water te beschermen. Nu gaan we buitendijks bouwen, dus is de vraag:  is dat water dan weg? Nee, dat moet juist nog komen , en,  als dat echt komt -misschien pas volgende eeuw- dan helpt dat dijkje toch ook niet meer, alle inspanningen van dijkversterkingen ten spijt.
Een goede actie van de UvW. Logisch zou nu ook zijn om een vergelijkbare brief naar de regering te sturen ten aanzien van het verbieden van bestrijdingsmiddelen en te veel aan mest.