“Stel een polder beschikbaar voor een experimentele drijvende stad op het water. Op die manier kan Nederland innovatieve waterbouwkundige kennis opdoen.” Deze oproep doet architect Koen Olthuis in de H2O-podcast De toekomst van ons water. Olthuis, directeur en oprichter van het architectenbureau Waterstudio, doet zijn oproep aan deltacommissaris Co Verdaas.
Al 20 jaar werkt Olthuis aan concepten voor wonen op het water. In het buitenland wordt hij op handen gedragen. In Nederland krijgt Olthuis geen voet aan de grond. Daarom doet hij een dringende oproep om van de 3.500 polders in ons land er eentje beschikbaar te stellen voor een drijvende stad. “Maak alsjeblieft ruimte voor een experiment. Misschien slaagt het; misschien gaat het fout. Dan hebben we in elk geval ervaring en kennis opgedaan. Ik zie veel jonge architecten en ontwerpers die het land willen verbeteren. Biedt ons als ondernemers de kans om te laten zien wat we kunnen.”
Visionaire kijk
Olthuis pleit voor een visionaire kijk op ons oude poldersysteem. “Wij zien een polder als een groen Hollands landschap met koeien. Maar het zijn kunstmatige machines. Mijn voorstel is dat we per polder in de toekomst moeten kijken met de vraag: Hoeveel mag het kosten om deze polder droog te houden voor de landbouw of natter voor wateropslag of voor drijvende woningbouw. Er is veel mogelijk.”
Als we nu een polder aanwijzen voor woningbouw op het water, zal het nog zeker 15 jaar duren voordat het zover is, verwacht Olthuis. “We hebben een overgereguleerd complex land. Als je alle vergunningen, schadeloosstellingen en noem maar op wilt regelen, ben je zo tien jaar verder.” Volgens hem is er een kans verkeken met de Zuidplaspolder, een van de diepste polders van Nederland bij Gouda. “Die wordt klassiek volgebouwd. Dat vind ik onbegrijpelijk. Die plek leent zich voor een drijvende stad. Hier hadden we een prachtig experiment kunnen doen.”
'Overheid houdt ons dom'
Klimaatverandering gaat leiden tot meer water in Nederland. Opgeteld bij een tekort aan woningen, ligt het voor de hand om wonen op het water te stimuleren. Toch voelt de overheid daar niks voor. Tot ergernis van Olthuis. “Onze overheid houdt ons dom. Mensen hebben geen benul hoeveel energie en geld het kost om grote delen van Nederland droog te houden. Als je per polder of per wijk gaat uitleggen wat de kosten zijn van het drooghouden, dan zijn mensen waarschijnlijk best bereid om na te denken over andere oplossingen, zoals wonen met het water. We kijken volgens een vertrouwd recept naar waterveiligheid. Wonen met het water past daar niet in.”
Met zijn bureau Waterstudio krijgt Olthuis internationaal veel aandacht. Onlangs stond hij nog prominent in het veelgelezen Amerikaanse tijdschrift The New Yorker. In Frankrijk en Noorwegen geldt hij ook als een autoriteit in wonen op het water. Voor de eilandengroep Malediven ontwikkelt zijn bureau een drijvende stad, zodat de bevolking kan meebewegen met de stijgende zeespiegel. Voor eigen land heeft hij ook allerlei ideeën, maar daar is de tijd nog niet rijp voor. Zo zou Olthuis graag op het IJmeer tussen Amsterdam en Almere een drijvende stad ontwerpen. Dat biedt een oplossing voor de huidige woningnood in beide steden.
René Breman
Ook elders zijn ondernemers met plannen om wonen op het water verder uit te bouwen. Niet zozeer met luxe drijvende villa’s zoals in Amsterdam en Leiden is gedaan, maar met betaalbare huizen voor mensen met een smalle beurs. René Breman, eigenaar-directeur van het gelijknamige installatiebedrijf, heeft De Drijvende Kracht in het leven geroepen. Hij wil met ronde drijvende appartementencomplexen de woningnood te lijf. Breman zoekt een plek in de IJsseldelta voor een eerste complex. Maar dat valt niet mee, legt hij uit in de podcast ‘De toekomst van ons water’.
“Wonen op het water past bij Nederland waterland. Wij willen graag laten zien dat het mogelijk is om betaalbaar te wonen op het water. Maar de regelgeving werkt ons tegen. Het eigendomsrecht, hypotheekverstrekking en de huurtoeslag staan allemaal wonen op het water in de weg. We moeten een aantal plafonds doorbreken, willen we een stap zetten.”
Breman werkt graag volgens het Pipi Langkous-principe: “We hebben het nog nooit gedaan, dus we denken dat we dit kunnen. De tijd is er rijp voor. Het water stijgt de komende jaren en de woningnood groeit.” De Drijvende Kracht mikt op een opvallend rond gebouw met appartementen. “De vorm moet de community stimuleren. We willen het graag biobased bouwen. Allerlei gemeenten en een woningcorporatie zijn geïnteresseerd.”
Beluister het gesprek van Wim Eikelboom met Koen Olthuis en René Breman in de H2O-podcast De Toekomst van Ons Water: