secundair logo knw 1

Voeg alle bestaande uitvoeringsprogramma’s samen voor waterveiligheid en natuurontwikkeling in het rivierengebied, zorg voor centrale regie en besteedt minder tijd aan onderzoeken. Dat zorgt voor een versnelling van dijkversterkingen, verbetering waterkwaliteit en aanleg nieuwe natuur tegen lagere kosten.

H2O podcastlogo 365 Met die boodschap gaat de Vereniging van Waterbouwers naar minister Barry Madlener van Infrastructuur en Waterstaat en naar Tweede Kamerleden met water in de portefeuille. In de H2O-podcast De Toekomst van Ons Water geeft directeur Andrea Vollebregt van de Vereniging van Waterbouwers een toelichting op de oproep aan de regering en politiek Den Haag.

“Wij zien de overheid worstelen met grote opgaven die er zijn van klimaatadaptatie en het op peil houden van de waterkeringen en de bevaarbaarheid van rivieren. Daarvoor is heel veel geld nodig. De overheid wil te veel met te weinig financiële middelen op de rijksbegroting”, zegt Vollebregt.

Te veel onderzoek
De ondernemers in de waterbouw vinden dat er te veel tijd, energie en geld zit in voorbereidingstrajecten van dijkversterkingen en andere waterstaatkundige ingrepen voor natuurherstel (KRW en PAGW). Onder het motto ‘van denkkracht naar daadkracht’ dagen de waterbouwers de waterschappen uit om slagvaardiger te zijn in de voorbereiding van projecten

De gemiddelde aanlooptijd naar een traject dijkversterking is nu acht (!) jaar. De proceskosten lopen daardoor telkens hoger op. Ook KRW-projecten kennen een jarenlange voorbereidingstijd. Vorig jaar werd bekend dat maar liefst 70 procent van het beschikbare budget voor KRW-maatregelen in het rivierengebied is opgeslokt door voorbereidend onderzoek en ontwerp, waardoor te weinig geld overblijft voor de daadwerkelijke uitvoering in het graven van nevengeulen en aanleg van natuurvriendelijke oevers.

“Er gaat te veel geld naar onderzoeken en te weinig naar uitvoering”, vindt Vollebregt. De bedrijven in de waterbouw willen graag in een vroeger stadium betrokken raken in de voorbereiding van waterbouwprojecten. “Onderzoek is goed, maar probeer ervaringen van aannemers daarin te betrekken. Kom sneller tot keuzes. We moeten meer toe naar standarisatie; zodat niet elke dijkversterking het wiel opnieuw uitvindt. Waterbouw is een empirische wetenschap waarin je leert door te doen. Die praktijkervaringen zouden we graag eerder terugzien in de onderzoeks- en ontwerpfase. Zo kunnen we het beschikbare budget beter benutten. Dat is kosteneffectiever.”

Samenvoegen
De Vereniging van Waterbouwers stelt voor om als de wiedeweerga aan de slag te gaan met het versnellen van de uitvoering van huidige waterbouwprojecten. Het gaat om verruiming van de voorwaarden voor de zogeheten fastlane-aanpak in het Hoogwaterbeschermingsprogramma, meer centrale regie, samenvoeging van projecten in portfoliocontracten en samenvoeging van HWBP, KRW, IRM (Ruimte voor de Rivier 2.0) en PAGW in het rivierengebied.

Vollebregt: “Probeer zoveel mogelijk projecten in elkaar te schuiven. Als je beperkte financiële middelen slimmer wilt benutten, combineer dan verschillende opgaves met elkaar zoals de dijkversterking in het HWBP en natuurherstel in de PAGW of KRW. Dan krijg je per saldo meer dijken en meer kuubs voor minder geld.”

In het rivierengebied willen de waterbouwers graag aan de slag met kleinschalige innovatieve waterbouwprojecten met het oog op klimaatverandering. “Denk aan wisselpolders, zoetwaterretentie, bergen van hoge rivierafvoeren en drijvende woonwijken. En we willen graag meer ruimte om innovatieve oplossingen uit te proberen”, aldus Vollebregt. De waterbouwers noemen dit adaptieversnellers. “Met zulke kleinschalige projecten kunnen we ervaring opdoen in bouwen met de natuur. Zo kunnen we makkelijk opschalen als de toekomst daarom vraagt.”

PFAS
De belangenvereniging van waterbouwers voorziet een aantal problemen bij de uitvoering van projecten vanwege de strenge normen voor water en grond. “Als waterbouwers zitten we aan het eind van de keten en hebben we last van de strenge normen voor PFAS en andere diffuse verontreinigingen. Veel grond valt niet te hergebruiken en dat is verre van duurzaam en niet circulair. Daar liggen grote uitdagingen.”


Beluister het volledige gesprek van Andrea Vollebregt – directeur van de Vereniging van Waterbouwers – met Wim Eikelboom in de H2O-podcast De Toekomst van Ons Water:

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

@JWBoehmerSommige desinformatie is te simplistisch om op te reageren. Zelfs citeren van een nieuwsbericht blijkt lastig (aanpak van dijken is lang niet altijd verhogen). Instabiliteit en kans op zettingsvloeiing worden ook aangepakt. Daarmee wordt ook de invloed van zee en maan beperkt, maar dan wel op basis van logische en bewezen relaties ipv dubieuze, onwaarschijnlijke en onbewezen hypotheses. Oei, toch gereageerd. Dom van me. Ik kan dit beter negeren.
Het zou me niet verbazen als ze me een keer komen halen omdat ik de verkeerde dingen beweer  - volgens de VLOEK van ZEE en MAAN en Jan Willem Boehmer..auteur Jongedijk Bijv.  op pag 5 over “Het ophogen van dijken (€15mln/km over 800 km vlgs HWBP) vergroot alleen maar het gevaar: Hoe hoger de dijk hoe groter het aantal slachtoffers”. Voor het uitdiepen van vaarwegen (meer Ruimte voor de Rivier) geldt hetzelfde: Hoe groter, (dieper én breder) de badkuip hoe groter het overstromings gevaar en hoe groter ook hierbij het aantal slachtoffers”. Ik vrees dat ik daarmee het gezag erger heb geïrriteerd dan Zwagerman deed met haar verkeerde opmerking over “de kerf”. Ik heb nooit gedacht dat het zou gebeuren: Nou zijn we klaar met je”
Even terug denken in de tijd: waarvoor waren dijken ook al weer uitgevonden? Dat was -vroeger- om ons tegen het water te beschermen. Nu gaan we buitendijks bouwen, dus is de vraag:  is dat water dan weg? Nee, dat moet juist nog komen , en,  als dat echt komt -misschien pas volgende eeuw- dan helpt dat dijkje toch ook niet meer, alle inspanningen van dijkversterkingen ten spijt.
Een goede actie van de UvW. Logisch zou nu ook zijn om een vergelijkbare brief naar de regering te sturen ten aanzien van het verbieden van bestrijdingsmiddelen en te veel aan mest. 
De heer Revis is afkomstig uit een openlijk natuurvijandige partij als de VVD. Ook als wethouder RO in Den Haag is van hem geen enkel, ik herhaal, geen enkel groen feit bekend, tenzij ik iets heb gemist. SBB heeft zware klappen opgelopen door de Bleker-bezuinigingen. Zo is in de provincie Zuid-Holland de subsidie voor onderhoud en beheer gedaald van 45% naar 25%. SBB staat op het punt om natuur- en recreatiegebieden af te sluiten. Om in kabinetstermen te spreken een natuurcrisis. Ondanks dat we van de heer  Revis qua achtergrond niets mogen verwachten, zou hij, je weet het maar nooit, juist vanwege zijn achtergrond, SBB goede diensten kunnen bewijzen. Ik wens hem uiteraard veel succes en waar wij als KNNV-afdelingen Zuid-Holland kunnen steunen, zullen we dat beslist doen.
Huub van 't Hart, secretaris Natuurbescherming KNNV Natuurlijk Zuid-Holland