secundair logo knw 1

Nieuwbouw in Houten I foto: Frank Magdelyns via Pixabay

Om het water- en bodemsysteem sturend te laten zijn voor woningbouw, wordt op de korte termijn gekeken naar de combinatie van een juiste locatiekeuze, de klimaatbestendige inrichting van nieuwbouwgebieden en een passende bouwwijze. Hiervoor worden dit jaar criteria opgesteld en ook komt er een landelijke maatlat. Een andere verdeling van de woningbouw over het land is nu nog geen oplossing. Dat melden de ministers Hugo de Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) en Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) in een brief aan de Tweede Kamer.

Zij reageren met deze Kamerbrief op een advies over woningbouw en klimaatadaptatie dat deltacommissaris Peter Glas in twee delen uitbracht in 2021. Glas pleit ervoor dat woningen overal klimaatbestendig worden gebouwd, om daarmee extra opgaven voor klimaatadaptatie en waterproblemen te voorkomen.

De deltacommissaris wijst erop dat naar schatting 820.000 van de ongeveer miljoen woningen die tot 2030 moeten worden gebouwd, volgens de nu bestaande plannen worden gerealiseerd in overstroombaar, slap, zettingsgevoelig en nat gebied. Glas vindt dat het water- en bodemsysteem leidend moet zijn bij locatiekeuzen, inrichting en bouwwijzen. Ook is het zaak dat het Rijk in overleg met regionale overheden de verstedelijking op de lange termijn anders gaat verdelen over het land.

Investeren in klimaatbestendige nieuwbouw nodig
De Jonge en Harbers geven aan dat het noodzakelijk is om nu te investeren in klimaatbestendige nieuwbouw, zodat de effecten van bodemdaling en klimaatverandering niet worden afgewenteld op toekomstige generaties. Zij komen met een maar. “De belangen van de woningbouwopgave en klimaatadaptatie kunnen in de praktijk soms schuren, bijvoorbeeld bij het bouwen in diepe polders en langs de grote rivieren en beken zullen nadrukkelijk afwegingen moeten worden gemaakt. Hierbij moet zoveel mogelijk recht gedaan worden aan de belangen van de huidige en toekomstige generaties.”

De ministers zijn het eens met de constatering van de deltacommissaris dat voor nieuwbouw er nog veel winst te behalen is door klimaatbestendig en waterrobuust bouwen de norm te maken. Daarom worden water en bodem sturend bij ruimtelijke ontwikkelingen. Hiervoor werkt het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat dit jaar de randvoorwaarden en criteria uit. Er wordt rekening gehouden met de gevolgen voor woningbouwplannen die ver gevorderd zijn. De ministers willen voorkomen dat door de nadere uitwerking van de randvoorwaarden en criteria er vertraging optreedt bij het halen van de nationale doelstellingen voor de bouw van nieuwe woningen.

Verder ontwikkelt het Rijk een landelijke maatlat voor klimaatadaptief bouwen, waarin doelen en normen op projectniveau worden opgenomen. Deze maatlat omvat de thema’s hitte, wateroverlast, droogte en overstroming. Ook is er is er aandacht voor het toevoegen van groen in de bebouwde omgeving. De maatlat gaat niet alleen gelden voor nieuwbouw, maar zal ook sturend zijn voor het klimaatbestendig maken van de bestaande bebouwde omgeving.

Woonvoorkeuren beperkt stuurbaar
Naar aanleiding van de vaststelling van Glas dat naar schatting 820.000 woningen zijn beoogd in overstroombaar, slap, zettingsgevoelig en nat gebied, merken de bewindslieden op dat de woonvraag zich momenteel grotendeels concentreert in de Randstad. Volgens recent onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving zijn woonvoorkeuren beperkt stuurbaar en dat vraagt om een lang proces. “Voor de locatiekeuze spelen bovendien meer belangen een rol, zoals werkgelegenheid, leefbaarheid, verstedelijking en bereikbaarheid. Het op korte termijn aansturen op een andere verdeling van de woningbouw over het land vormt daarmee geen oplossing voor de huidige krapte op de woningmarkt.”

De Jonge en Harbers komen tot de volgende keuze: “Voor de korte termijn richten we ons bij het sturend laten zijn van het water- en bodemsysteem voor woningbouw op de combinatie van een juiste locatiekeuze, klimaatbestendige inrichting van nieuwbouwgebieden en passende bouwwijze. Dit moet elkaar aanvullen.” Dat heeft gevolgen. “Bij de keuze voor bouwlocaties worden de (zeer) kwetsbare gebieden (zoals zeer diepe polders met een slappe ondergrond) vermeden.Bij locaties met kwetsbaarheden zal meer inspanning nodig zijn voor de gebiedsinrichting en de bouwwijze. Het watersysteem heeft ruimte nodig om extremen op te vangen.”

Volgens de ministers kan de verhouding van kosten en baten voor klimaatadaptief bouwen in stedelijke gebieden als ‘no-regret’ worden gezien. “Door vroeg in het plan- en ontwerpproces klimaatadaptieve maatregelen mee te nemen, worden de (meer)kosten bij nieuwbouw beperkt gehouden.” Klimaatadaptatie en waterrobuustheid worden expliciet als criterium opgenomen in woningbouwplannen die mede door het Rijk worden gefinancierd.

LEES OOK
H2O Actueel: 1e adviesbrief deltacommissaris
H2O Actueel: 2e adviesbrief deltacommissaris 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte redactie, ik ben verheugd dat eindelijk het besef is dat het klepelbeleid nu ter discussie is gesteld. Ik heb bij waterschap Hollandse delta al jaren als bestuurslid aangedrongen om het klepelen alleen als noodzaak te gebruiken. Ook heb ik div gesprekken gehad met SBB mbt klepelen in de duinen van Ouddorp waarbij de structuur volledig werd vernield. Dit jaar is eindelijk door beherende organisatie alleen maar gemaaid en wel in oktober waar mi de hele natuur in dit duingebied mee is geholpen. Het waterschap heeft nu ook bepaald dat klepelbeleid op de schop moet en in de toekomst alleen maar met maaibeleid mag worden uitgevoerd. Dus goed resultaat waar ik blij mee ben. Dit is natuurbehoud zoals het moet.
@JWBoehmerSommige desinformatie is te simplistisch om op te reageren. Zelfs citeren van een nieuwsbericht blijkt lastig (aanpak van dijken is lang niet altijd verhogen). Instabiliteit en kans op zettingsvloeiing worden ook aangepakt. Daarmee wordt ook de invloed van zee en maan beperkt, maar dan wel op basis van logische en bewezen relaties ipv dubieuze, onwaarschijnlijke en onbewezen hypotheses. Oei, toch gereageerd. Dom van me. Ik kan dit beter negeren.
Het zou me niet verbazen als ze me een keer komen halen omdat ik de verkeerde dingen beweer  - volgens de VLOEK van ZEE en MAAN en Jan Willem Boehmer..auteur Jongedijk Bijv.  op pag 5 over “Het ophogen van dijken (€15mln/km over 800 km vlgs HWBP) vergroot alleen maar het gevaar: Hoe hoger de dijk hoe groter het aantal slachtoffers”. Voor het uitdiepen van vaarwegen (meer Ruimte voor de Rivier) geldt hetzelfde: Hoe groter, (dieper én breder) de badkuip hoe groter het overstromings gevaar en hoe groter ook hierbij het aantal slachtoffers”. Ik vrees dat ik daarmee het gezag erger heb geïrriteerd dan Zwagerman deed met haar verkeerde opmerking over “de kerf”. Ik heb nooit gedacht dat het zou gebeuren: Nou zijn we klaar met je”
Even terug denken in de tijd: waarvoor waren dijken ook al weer uitgevonden? Dat was -vroeger- om ons tegen het water te beschermen. Nu gaan we buitendijks bouwen, dus is de vraag:  is dat water dan weg? Nee, dat moet juist nog komen , en,  als dat echt komt -misschien pas volgende eeuw- dan helpt dat dijkje toch ook niet meer, alle inspanningen van dijkversterkingen ten spijt.
Een goede actie van de UvW. Logisch zou nu ook zijn om een vergelijkbare brief naar de regering te sturen ten aanzien van het verbieden van bestrijdingsmiddelen en te veel aan mest.