De oorsprong van de zeer zorgwekkende stof dinoterb in Noord-Hollandse wateren blijft vooralsnog onduidelijk. In opdracht van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) heeft Deltares uitgebreid onderzoek verricht, maar dat heeft geen duidelijke bron opgeleverd. Wel enkele opties, die nog onderzocht moeten worden.
In maart van dit jaar luidde de milieuorganisatie Mobilisation for the Environment (MOB) de noodklok naar aanleiding van meetgegevens van het waterschap. Daaruit bleek dat in 2022 op meerdere plekken in Noord-Holland het bestrijdingsmiddel dinoterb in verhoogde concentraties was aangetroffen. Dat is al sinds 1998 verboden omdat het een ‘zeer zorgwekkende stof’ is en in potentie kankerverwekkend.
Mede vanwege de maatschappelijke en politieke onrust die ontstond, beloofde HHNK toen een onderzoek te starten naar de mogelijke routes en bronnen van vervuiling. Daarvoor schakelde het waterschap Deltares in.
De onderzoekers deden allereerst literatuuronderzoek om erachter te komen waar de verhoogde waarden vandaan zouden kunnen komen, vertelt onderzoeker Kees Wesdorp. "Welke routes zijn er en is een van die routes logischer dan de andere?"
Data-analyse
Ook spraken ze met betrokken partijen en experts om informatie te achterhalen over het gebruik van dinoterb in het verleden en om meer zicht te krijgen op mogelijke emissieroutes en oorzaken van verspreiding.
Op grond van de verkregen kennis is een conceptueel model gemaakt, waarin de mogelijke bronnen en verspreidingsroutes van dinoterb zijn geschetst. Vervolgens zijn aannames uit dit model getoetst met behulp van een data-analyse van oppervlaktewatermetingen van het hoogheemraadschap.
"Deze data laten geen duidelijke enkele bron zien die de recente verhoogde waarden verklaart", aldus Wesdorp. "En ook geen structurele bron of route waarmee dinoterb in het milieu komt."
Aanbevelingen
Ter vergelijking hebben de onderzoekers ook nog naar de gegevens van andere waterschappen gekeken – voor zover aanwezig – en daaruit bleek dat daar vergelijkbare concentraties dinoterb waren aangetroffen. "De situatie bij HHNK is dus niet uniek."
Wel komen uit het onderzoek drie aanbevelingen voor vervolgonderzoek naar voren die mogelijk nog iets meer duidelijkheid kunnen geven. Allereerst betreft dit het nemen van monsters voor, tijdens en na baggerwerk om zo eventueel ‘historisch’ dinoterb dat nog in de waterbodem aanwezig is op het spoor te komen.
Daarnaast zouden steekproeven bij de rioolwaterzuivering kunnen aantonen of dinoterb door menselijk of industrieel gebruik in het water terechtkomt. En tot slot adviseren de onderzoekers om de kwaliteit van de data te verbeteren door een extra analyse op dinoterb.
Teleurgesteld
In een reactie zegt HHNK zegt met deze aanbevelingen aan de slag te gaan en onverminderd door te gaan met de aanpak van de Kaderrichtlijn Water.
Voorman Johan Vollenbroek van MOB is teleurgesteld. Volgens hem houdt het hoogheemraadschap de agro-industrie uit de wind en wil het niet echt weten wie illegale lozingen van kankerverwekkend dinoterb veroorzaakt, zo meldt hij op X. "Een beschamende vertoning."
Ook de onderzoekers zelf hadden op meer gehoopt, erkent Wesdorp. "Je wilt natuurlijk liever dat er een duidelijke oorzaak is, maar die is er met dit onderzoek helaas niet uitgekomen. Mogelijk gaat een vervolgonderzoek helpen om alsnog de bron te kunnen achterhalen."