secundair logo knw 1

Pensioenbelegger PGGM wil in de Nederlandse watersector beleggen. Tot dusverre was er geen match tussen beide sectoren, ze opereren in ‘almost splendid isolation’, maar daar lijkt nu verandering in te komen. PGGM ontwikkelt voor de zomer een visie, gaat na de zomer aan de slag met enkele kleine projecten, zodat volgend jaar de eerste investeringen in de watersector kunnen worden gedaan.

Dat zei Chris Limbach, directeur advies vermogensbeheer van PPGM, gisteren aan het einde van het investment event dat de pensioenbelegger in zijn hoofdkantoor in Zeist hield. Het zogeheten ‘Impact Investment Initiative’ werd door veel kopstukken uit de watersector bijgewoond. De bijeenkomst werd gezien als een eerste date tussen twee Nederlandse sectoren die ‘wereldvermaard’ zijn, maar gek genoeg vreemden voor elkaar zijn. Met een goede match zouden ze elkaar kunnen versterken, is het idee.

De watersector kan door zijn kennis bijdragen aan risicobeperking voor de pensioenbeleggers. Andersom kan de watersector door samen op te trekken met lange termijn kapitaalverschaffers krachtiger worden en daardoor zal, aldus PGGM, de slagingskans van projecten stijgen en de groei van ondernemingen worden bevorderd.

Maar om zover te komen moet in de eerste plaats bundeling van kennis en expertise plaatshebben, stelt PGGM vast. De belegger met bijna 220 miljard euro in beheer, heeft verkennende gesprekken gevoerd in de watersector. Een eerste conclusie luidt: “De samenwerking vraagt een lange termijn investering van de pensioenfondsen in mensen en middelen die pas na enige tijd kan resulteren in materiële, beheersbare en goed renderende pensioenbeleggingen.”

Nieuw manieren
De Nederlandse pensioenfondsen, met circa 1.400 miljard euro in de pot, zijn op zoek naar nieuwe manieren om rendement te maken. Er is een overvloed aan kapitaal en in reactie op de grote financiële crisis willen de fondsen vermindering van complexiteit. Beleggen in obligaties en aandelen levert bovendien - ook - op de lange termijn te weinig op, daarom zoeken de fondsen nieuwe beleggingsobjecten.

Daarbij willen fondsen zoals Zorg en Welzijn (PFZW) naast financieel rendement ook zogeheten maatschappelijk rendement realiseren. Dat heet beleggen met impact en betekent: investeren in duurzaamheid, de wereld moet er beter van worden, een belangrijk thema voor de gepensioneerden die aangesloten zijn bij PFZW, zei pensioendirecteur Peter Borgdorff op het investment event in Zeist. “Ze willen een goed pensioen, maar ze zeggen ook: doe verstandige dingen met onze centen.”

Aanjager van die ontwikkeling zijn de duurzaamheidsdoelen (Sustainable Development Goals) van de Verenigde Naties. Zo wil PFZW, met PGGM als fondsbeheerder, in 2020 twintig miljard euro hebben belegd in de categorie impactbeleggingen. Van die twintig miljard moet een deel in de watersector worden uitgezet; PFZW heeft in 2014 waterschaarste als een van zijn vier impactthema’s gekozen.

Nichespelers
Daarom de vrijage met de Nederlandse watersector. In Zeist bleek op de eerste date tussen beide sectoren dat ze met reden nog niet tot elkaar zijn gekomen. De Nederlandse watersector telt in met name de watertechnologie vooral nichespelers, kleinere ondernemingen met projecten die in omvang niet interessant zijn voor pensioenbeleggers. PGGM toont pas interesse bij beleggingen vanaf 100 miljoen euro, zo werd gesteld. Daarmee is de belegger al flink bescheidener geworden, stelde topman Menno Holterman van Nijhuis Industries vast. “Toen ik een paar jaar geleden Piet Klop (senior adviseur PGGM, red) ontmoette, zei hij: ‘Onder de miljard doen we niets’. We gaan dus vooruit.”

Maar ook met beleggingsbedragen van 100 miljoen euro moeten er projecten van grotere omvang komen of dienen initiatieven gekoppeld te worden. Een opdracht voor de watersector, wat in de praktijk betekent: meer samenwerken en consortiums vormen. Holterman: “Zoals wij recent in Polen hebben gedaan met een joint venture. En dan moet je niet alleen in projecten samenwerken, ook in de financiering.”

Kansen in het buitenland
In de analyse van de watersector stelt PGGM vast dat de kapitaalbehoefte van de Nederlandse watertechnologiesector beperkt is in Nederland. Buiten Nederland ziet de belegger kansen voor de wereldwijde water- en deltatechnologie. “Een growth story die de Nederlandse watersector en de pensioensector als kans kunnen benutten,” schrijft het pensioenfonds in de analyse ‘Water als geld’ waarin óók wordt geconstateerd dat Nederlandse partijen kansen missen op de wereldmarkt voor watertechnologie, maar ook in de deltatechnologie. "Het gaat hier om inhaalslsag op wereldtoneel," aldus de pensioenbelegger.

Ze ziet kansen in samenwerking met technologiebedrijven, gespecialiseerde bouwondernemingen en operating companies. “Om zodoende grote projecten en/of lange termijn concessies af te sluiten op het gebied van drinkwatervoorziening, afvalwaterzuivering en industriewater.” Ook de ingenieursbureaus ‘lijken logische partners’.

In Zeist daagde René Noppeney van een van die ingenieursbureaus, Royal HaskoningDHV, de pensioenwereld uit. “We weten precies hoe we een project bankable moeten maken voor de Wereldbank, maar we weten niet hoe we dat moeten doen voor een pensioenfonds. We kennen jullie spelregels niet, kunnen we die op een a4-tje krijgen?” Dat liet Limbach van PGGM zich geen twee keer zeggen. “Wij zorgen daarvoor,” waarmee hij aangaf dat de eerste date naar meer smaakte.  

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte redactie, ik ben verheugd dat eindelijk het besef is dat het klepelbeleid nu ter discussie is gesteld. Ik heb bij waterschap Hollandse delta al jaren als bestuurslid aangedrongen om het klepelen alleen als noodzaak te gebruiken. Ook heb ik div gesprekken gehad met SBB mbt klepelen in de duinen van Ouddorp waarbij de structuur volledig werd vernield. Dit jaar is eindelijk door beherende organisatie alleen maar gemaaid en wel in oktober waar mi de hele natuur in dit duingebied mee is geholpen. Het waterschap heeft nu ook bepaald dat klepelbeleid op de schop moet en in de toekomst alleen maar met maaibeleid mag worden uitgevoerd. Dus goed resultaat waar ik blij mee ben. Dit is natuurbehoud zoals het moet.
@JWBoehmerSommige desinformatie is te simplistisch om op te reageren. Zelfs citeren van een nieuwsbericht blijkt lastig (aanpak van dijken is lang niet altijd verhogen). Instabiliteit en kans op zettingsvloeiing worden ook aangepakt. Daarmee wordt ook de invloed van zee en maan beperkt, maar dan wel op basis van logische en bewezen relaties ipv dubieuze, onwaarschijnlijke en onbewezen hypotheses. Oei, toch gereageerd. Dom van me. Ik kan dit beter negeren.
Het zou me niet verbazen als ze me een keer komen halen omdat ik de verkeerde dingen beweer  - volgens de VLOEK van ZEE en MAAN en Jan Willem Boehmer..auteur Jongedijk Bijv.  op pag 5 over “Het ophogen van dijken (€15mln/km over 800 km vlgs HWBP) vergroot alleen maar het gevaar: Hoe hoger de dijk hoe groter het aantal slachtoffers”. Voor het uitdiepen van vaarwegen (meer Ruimte voor de Rivier) geldt hetzelfde: Hoe groter, (dieper én breder) de badkuip hoe groter het overstromings gevaar en hoe groter ook hierbij het aantal slachtoffers”. Ik vrees dat ik daarmee het gezag erger heb geïrriteerd dan Zwagerman deed met haar verkeerde opmerking over “de kerf”. Ik heb nooit gedacht dat het zou gebeuren: Nou zijn we klaar met je”
Even terug denken in de tijd: waarvoor waren dijken ook al weer uitgevonden? Dat was -vroeger- om ons tegen het water te beschermen. Nu gaan we buitendijks bouwen, dus is de vraag:  is dat water dan weg? Nee, dat moet juist nog komen , en,  als dat echt komt -misschien pas volgende eeuw- dan helpt dat dijkje toch ook niet meer, alle inspanningen van dijkversterkingen ten spijt.
Een goede actie van de UvW. Logisch zou nu ook zijn om een vergelijkbare brief naar de regering te sturen ten aanzien van het verbieden van bestrijdingsmiddelen en te veel aan mest.