De rijksoverheid gaf 20 jaar geleden voor 15 plekken in de uiterwaarden toestemming om te experimenteren met buitendijkse woningbouw. Op 8 van die plekken zijn daadwerkelijk plannen ontwikkeld, waaronder de veelbesproken woonwijk Stadsblokken Meinerswijk in Arnhem.
Dat blijkt uit het evaluatierapport Experimenten met aangepast Bouwen dat is opgesteld door de adviesbureaus Sweco en TwynstraGudde, in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
In 2005 zetten de toenmalige ministeries van VROM en V&W (nu Infrastructuur en Waterstaat) het licht op groen om - onder strikte voorwaarden - op 15 buitendijkse locaties te bouwen in het rivierbed in Gelderland, Noord-Brabant, Zuid-Holland en Limburg. Het ging om plekken met vervallen panden en verpauperde stadsranden, waar verrommeling dreigde.
Dit project kreeg de naam Experimenteren met Aangepast Bouwen (EMAB). De rijksoverheid gaf gemeenten en ondernemers de vrije hand om te experimenteren met hoogwaterbestendige bebouwing. Op voorwaarde dat de rivierkundige ruimte, de ecologie en de ruimtelijke kwaliteit van het rivierlandschap ervan zou profiteren, bijvoorbeeld door te bouwen op palen of drijvend.
Steenfabriek
Van de 15 locaties zijn er de afgelopen twintig jaar 8 tot ontwikkeling gebracht, zo blijkt uit het evaluatieonderzoek van Sweco en TwynstraGudde. Het gaat om twee recreatieparken (De Gouden Ham in Maasbommel en ’t Leuken in Bergen), 3 steenfabrieken (Bunswaard in Beuningen, Plassenwaard Wageningen, steenfabriek Vuren in West Betuwe), het Waalfront in Zaltbommel, de Koninginnedijk in Grave en Stadsblokken-Meinerswijk in Arnhem.
De voormalige steenfabriek De Bunswaard pal langs de Waal in Beuningen is de enige locatie die volledig volgens de eisen van het EMAB-traject is uitgevoerd. De huidige deltacommissaris Co Verdaas woont op deze plek. Hij gaf in 2018 een rondleiding in de opgeknapte steenfabriek in het tv-programma Binnenstebuiten.
Slechts op twee van EMAB-plekken is daadwerkelijk gebruik gemaakt van experimenteel bouwen. “Experimenten met aangepast bouwen hebben slechts op zeer beperkte schaal plaatsgevonden”, concluderen de onderzoekers. “In verschillende cases is experimenteel bouwen onderzocht (met name Tiel en Gouden Ham) maar niet toegepast. Stadsfront Zaltbommel heeft op dit moment de meest vergaande plannen voor aangepast bouwen.”
Ook is het bij de meeste bouwprojecten niet gelukt om de vereiste rekenregels na te leven om rivierkundige ruimte vrij te maken. “De rekenregels bleken niet werkbaar en uitvoerbaar. Daarom is in de praktijk voor pragmatische oplossingen gekozen om te toetsen wat de extra ruimte is om een waterstandsdaling te realiseren”, constateren de onderzoekers.
Duurdere woningen
De onderzoekers stellen vast dat de uitgevoerde bouwprojecten in de uiterwaarden leiden tot woningen in het duurdere segment. “Bouwen in het rivierbed vraagt vaak extra ingrepen, onder andere voor rivierverruiming, watervrije ontsluiting en bouwen op voldoende hoogte. Dit werkt kostenverhogend.”
Op 7 buitendijkse locaties kwamen plannen niet van de grond door een optelsom van oorzaken. Volgens de onderzoekers gaat het om 'ingewikkelde locaties' waar uiteenlopende belangen spelen, zoals bodemvervuiling, natuurbelangen en wensen van omwonenden. Dat speelt onder meer bij recreatieparken De Zandmeren in Kerkdriel, Lithse Ham in Oss en Maasplassen in Thorn. Voor het IHC-terrein in Krimpen aan de Lek is het ook onduidelijk of er plannen in ontwikkeling zijn.
De onderzoekers van Sweco en TwynstraGudde adviseren het ministerie om voor alle 7 plekken die nog niet zijn ontwikkeld de EMAB-status in te trekken. Ook raden de onderzoekers aan om datzelfde te doen met de bestaande vergunningen. “Om ongewenste nieuw- of verbouw te verhinderen zou sanering van bestaande vergunningen kunnen worden overwogen. Het geheel vrijwaren van bebouwing, in lijn met het beleid van Water Bodem Sturend is daarmee een logische keuze”, stelt het evaluatierapport.