Het nieuwe kabinet moet 200 miljoen euro extra per jaar uittrekken voor maatregelen tegen de wateroverlast door klimaatverandering. Daarvoor pleitte Melanie Schultz van Haegen tijdens de Waterschapsdag.
De minister van Infrastructuur en Milieu gaat haar opvolger adviseren om een derde Deltafonds op te richten, naast de bestaande voor waterveiligheid en waterkwaliteit. Dit nieuwe fonds voor wateroverlast en klimaataanpassingen moet volgens Schultz van Haegen bedoeld zijn voor overheidsprojecten. Deltacommissaris Wim Kuijken reageerde via twitter op het voorstel om hiervoor 200 miljoen euro extra uit te trekken. “Dit bedrag zal jaarlijks zeker nodig zijn voor een Deltaplan Wateroverlast en Hitte dat op Prinsjesdag verschijnt.” Vorige week hadden de provincies, gemeenten en waterschappen in hun gezamenlijke agenda voor duurzame investeringen al verzocht om een extra rijksbijdrage van 250 miljoen euro voor het Deltafonds.
Schultz van Haegen hield haar pleidooi tijdens de Waterschapsdag van 20 maart. Deze jaarlijks door de Unie van Waterschappen georganiseerde bijeenkomst stond ditmaal in het teken van het thema klimaatadaptatie. Er waren 260 mensen van de partij, vooral waterschapsbestuurders en vertegenwoordigers van het politiek-bestuurlijke netwerk. In haar speech blikte de vertrekkende Schultz van Haegen eerst terug op de grote projecten van de afgelopen jaren: “We hebben laten zien dat waterveiligheid en een mooie inrichting fantastisch kunnen samengaan.”
Tegelijkertijd zijn de uitdagingen er volgens de demissionair minister niet minder om. “We moeten nog een hoop doen om ons land klimaatbestendig te maken. Ik ben ervan overtuigd dat de nieuwe Omgevingswet hierbij kan helpen. Het is belangrijk klimaatadaptatie een vast onderdeel te maken van de Omgevingsvisies!” Schultz van Haegen vindt dat waterschappen minder bescheiden mogen zijn. “Grijp de stormen en wateroverlast van de komende jaren aan om de mensen in het land voor eens en voor altijd duidelijk te maken dat waterschappen ertoe doen. Dat waterbewustzijn ertoe doet. En dat we nergens zijn als we niet heel hard aan water werken.”
Een andere spreker was Hans Oosters. De voorzitter van de Unie van Waterschappen haalde de duurzame investeringsagenda van de decentrale overheden aan. Volgens hem vragen de toename van de hoeveelheid regen en de temperatuurstijging om meer ruimte voor waterberging en waterafvoer en om meer stedelijk groen. “Dit alles vereist een gigantische inspanning van burgers, organisaties, bedrijven en de overheid. Het gaat alleen lukken als we de handen ineen slaan. Samen lopen we harder. We hebben iedereen nodig!”
Gerrit Hiemstra, directeur van Weather Impact bv en weerpresentator bij de NOS, had een keiharde boodschap voor de aanwezigen. “Het is een groot misverstand dat klimaatverandering geleidelijk gaat. We zijn al heel dicht bij een ijsvrije Noodpool en we kunnen ons niet voorstellen wat daarvan de gevolgen zullen zijn. Afwachten is geen optie.” Hiemstra vindt dat meerlaagsveiligheid het uitgangspunt in het waterbeleid moet zijn: voorkomen van schade, beperken van schade en voorbereiding op calamiteiten. De weerman kwam met twee aanbevelingen. “Maak klimaatrisico’s leidend in de ruimtelijke ordening. En er moet een minister voor klimaatverandering komen.”
Lees een interview met Hans Oosters over de duurzame investeringsagenda van de decentrale overheden.