Om de verbetering van de waterkwaliteit en herstel van riviernatuur te versnellen, gaan Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer in 19 gebieden in Gelderland, Overijssel en Utrecht samenwerken. Nu de einddatum van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) in zicht komt, moeten beide uitvoeringsorganisaties van de overheid haast maken om de doelen van de richtlijn te halen.
Beide organisaties werken vaker samen, maar dat wordt geregeld per project. Nu ligt er een raamoverkomst voor de samenwerking in 19 gebieden in Gelderland, Overijssel en Utrecht. Het moet leiden tot een ‘aanzienlijke vereenvoudiging’ van de uitvoering van projecten in betreffende gebieden. Doel is om maatregelen die nodig zijn om de waterkwaliteit te verbeteren en de natuur te herstellen te combineren.
In het rivierengebied beheert Staatsbosbeheer veelal de grond en Rijkswaterstaat het water. Op basis van de nu gesloten overeenkomst stelt Staatsbosbeheer zonder nadere afspraken grond beschikbaar voor KRW-maatregelen als het graven van meestromende geulen, aanleg van vistrappen en natuurvriendelijke oevers.
In het Infocentrum IJssel in het Overijsselse dorp Den Nul tekenden Marjolijn van de Zandschulp (Rijkswaterstaat) en Boudewijn Revis (Staatsbosbeheer) gisteren de samenwerkingsovereenkomst. Beiden schetsten in een toelichting dat er lang aan de overeenkomst is gewerkt. Het vergde veel tijd om de cultuurverschillen tussen de uitvoeringsorganisaties te overbruggen, vertelden de twee directeuren. Vorig jaar legden beide organisaties nog een conflict bij over de plaatsing van stalen damwanden in het Zwarte Water.
Revis: “Als je twee organisaties met een eigen cultuur hebt, dan is het zaak dat je elkaar leert begrijpen. Boswachters van Staatsbosbeheer zijn vanuit ecologische systeemgedachtes ontzettend betrokken bij hun gebied en nemen om het zo te zeggen de tijd omdat de natuur zich traag ontwikkelt. Bij Rijkswaterstaat werken ze op basis van bestekken en strakke projectvoering en dat is een heel andere benadering. Dat moet je bij elkaar brengen. Daarbij kun je ook veel van elkaar leren, die zakelijkheid helpt ons ook weer om projecten af te bakenen en op tijd af te krijgen. Omgekeerd helpt onze ecologische en gebiedskennis Rijkswaterstaat bij het nemen van maatregelen.”
Van de Zandschulp: “We doen dit ook voor de long run, want we gaan dit een aantal jaren doen. We wilden daarvoor een goede basis leggen en daar hebben we veel tijd aan gespendeerd.”
In de praktijk moet de samenwerking tot versnelling leiden van projecten. Revis: ”Bijvoorbeeld over grondgebruik hebben we nu een hele heldere afspraak gemaakt. We stellen als Staatsbosbeheer op basis van de gemaakte afspraken meteen onze grond beschikbaar voor KRW-projecten. Dat scheelt Rijkswaterstaat enorm veel werk, omdat ze ons er niet van hoeft te overtuigen dat er op onze grond maatregelen genomen moeten worden in het kader van de kaderrichtlijn.”
De naderende einddatum van de KRW - 22 december 2027 - is een belangrijke reden om de aanpak in het rivierengebied te versnellen. Van de Zandschulp: “Dat die einddatum eraan komt heeft ons er wel toe gebracht om te kijken of we door samenwerking de doelen sneller kunnen bereiken. En deze overeenkomst gaat een enorme impuls geven om versneld te kunnen gaan werken in het rivierengebied.”
Maar het is niet de enige reden, aldus Revis. “De ambitie van de samenwerking is groter. We hebben ook nagedacht over het beheer daarna. We hebben de scope dus breder gemaakt dan het halen van KRW-doelen.” Zo staan in de overeenkomst ook afspraken over het beheer na de uitvoering van de projecten, aldus de directeuren.
HERSTEL
Aanvankelijk meldde Rijkswaterstaat dat de samenwerking 19 gebieden betrof in Gelderland in Utrecht. Dat moet zijn Gelderland, Utrecht en Overijssel, laat RWS weten. In de tekst is dit aangepast.
