Waterschap Vallei en Veluwe bouwt samen met een particulier bedrijf een bio-energiecentrale in Harderwijk. Het waterschap verwacht daarmee, als eerste waterschap in Nederland, energieneutraal te worden.
De bio-energiecentrale komt op het terrein van de rioolwaterzuivering in Harderwijk. De bouw begint in december en duurt naar verwachting anderhalf jaar. In de centrale wordt minimaal 50 procent mest vergist, aangevuld met eigen maaisel van het waterschap en restproducten uit de voedingsindustrie. De vergisting levert drie producten op: groengas voor het reguliere gasnet, goed voor 5000 huishoudens; digestaat (bodemverbeteraar) voor de export en CO2 voor een naastgelegen steenfabriek.
Het initiatief voor de bio-energiecentrale komt van de firma Jan Bakker, die veel mest vervoert voor de boeren in de regio en ook het slibvervoer voor het waterschap verzorgt. "Het is bij mijn weten voor de eerste keer dat een waterschap en een particuliere onderneming samen een BV oprichten", zegt Tanja Klip-Martin, dijkgraaf bij waterschap Vallei en Veluwe.
Als de centrale in werking wordt gesteld, naar verwachting vóór 2020, is waterschap Vallei en Veluwe meer dan energieneutraal, vertelt Klip-Martin. "De Nederlandse waterschappen hebben zich ten doel gesteld in 2025 energieneutraal te zijn. Wij zijn dat naar verwachting vijf jaar eerder, waarschijnlijk als eerste waterschap van Nederland."
Daarnaast draagt de centrale bij aan de doelstelling van het Rijk om in 2050 100 procent circulair zijn in het gebruik en verbruik van grondstoffen en fossiele energiebronnen. Klip-Martin: "Dat sluit aan bij wat wij al jaren zeggen: rioolwater is geen afval."
De bio-energiecentrale draagt bovendien bij aan het terugdringen van het mestoverschot en aan het betaalbaar houden van de watervoorziening. "Wij verwachten dat we over acht tot tien jaar de investering hebben terugverdiend. Daarna kunnen we de opbrengst inzetten om de stijging van het watertarief voor de burger te temperen."