Vewin, de vereniging van drinkwaterbedrijven, is blij met het voorstel van demissionair minister Cora van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Water) om de zogeheten WACC (Weighted Average Cost of Capital) eenmalig met maximaal twee jaar te verlengen. Dat betekent dat een nog verdere verslechtering van de investeringspositie van de drinkwaterbedrijven voor de korte termijn wordt voorkomen, tegelijk is er tijd om te werken aan nieuwe regelgeving die waterbedrijven meer financiële ruimte moet gaan bieden om te investeren.
Die investeringsruimte is dringend nodig, aldus de drinkwaterbedrijven. Klimaatadaptatie, bevolkingsgroei, vervuiling, verduurzaming en de toenemende vervangingsopgave van ondergrondse infrastructuur vragen om een forse toename van investeringen, stellen ze. Daarnaast moet worden geïnvesteerd in zaken als digitalisering, cybersecurity en onderhoud.
De komende tien jaar neemt de totale investeringsbehoefte in de drinkwatersector met ruim 60 procent toe tot in totaal 6,7 miljard euro, schrijven hoogleraar Elbert Dijkgraaf en adviseur Maarten Veraart deze maand in een opiniebijdrage in Het Financieele Dagblad. Beiden deden onderzoek naar de de WACC-problematiek in opdracht van drinkwaterbedrijf Vitens.
De WACC-methodiek, een winstreguleringsmaatregel, belemmert het aantrekken van voldoende kapitaal om die investeringen te kunnen doen, stellen Dijkgraaf en Veraart. En dat probleem wordt steeds groter, want door de dalende marktrentes is de WACC de afgelopen jaren fors gedaald. Momenteel is de WACC 2,75 procent. Volgend jaar dreigt deze zelfs 2,2 procent te worden, aldus Dijkgraaf en Veraart.
Gevolg is dat de drinkwaterbedrijven door de winstbeperking het eigen vermogen niet voldoende kunnen versterken. “Zo ontbreekt een basis voor de financiering van noodzakelijke investeringen”, schrijven de hoogeleraar en de adviseur. In feite biedt het huidige regime de drinkwaterbedrijven als enige mogelijkheid om aan te kloppen bij hun aandeelhouders voor het versterken van hun vermogen. Dat zijn de provincies en gemeenten en daar valt weinig te halen, gezien de financiele problemen waar ze mee te maken hebben.
Motie
In de richting van de Tweede Kamer vragen drinkwaterbedrijven al enige tijd om meer financieringsruimte door aanpassing van de WACC-methodiek. Die lobby leidde tot de op 8 december aangenomen motie van Carla Dik-Faber (ChristenUnie) waarin het kabinet wordt gevraagd om tijdig de WACC te herzien om de continuïteit van de drinkwaterbedrijven en hun kerntaken te kunnen waarborgen. Met het de nu voorgestelde wetswijziging sluit Van Nieuwenhuizen aan bij die motie.
Met de tijdelijke oplossing de WACC eenmalig met maximaal twee jaar te verlengen wordt verdere verlaging van de WACC voorkomen en tegelijk wordt er tijd gewonnen om te kijken naar aanpassing van de methodiek die nu onder vuur ligt. Voorwaarde is wel dat daartoe voor 1 november 2021 wordt besloten, aldus het voorstel van Van Nieuwenhuizen.
Voor de lange termijn wordt ‘een kader’ opgesteld voor de financiële gezondheid van drinkwaterbedrijven, om te voorkomen dat de huidige financieringsproblematiek zich in de toekomst herhaalt, schrijft de minister met daarbij het voorstel ‘om samen met de sector onderzoek te doen naar een robuuste financiering die toekomstbestendig is’. De verkenning daarvoor start medio 2021, schrijft de minister.
MEER INFORMATIE
Interview Jelle Hannema: ‘We willen investeringsruimte, dat is een dringende oproep aan het kabinet’