Hoe ziet Nederland en het waterbeheer eruit als de zeespiegel stijgt met 2 tot 4 meter? Het is niet duidelijk, er zijn meerdere mogelijkheden om een grote en snelle zeespiegelstijging het hoofd te bieden. Op verzoek van de deltacommissaris Peter Glas hebben onderzoekers mogelijkheden op een rij gezet. Ze komen tot vier oplossingsrichtingen, die alle tot gevolg hebben dat Nederland er heel anders uit gaat zien.
Technisch is er veel mogelijk maar in alle gevallen zullen grote inspanningen nodig zijn naarmate de zeespiegel verder stijgt, stellen de onderzoekers. Beperkingen komen vooral voort uit beschikbaarheid van resources (zoals zand), ruimte, maatschappelijk draagvlak en kosten. Ook de benodigde tijd voor planning en implementatie van maatregelen legt beperkingen op.
De vier oplossingsrichtingen gaan in feite over de vraag of we bij een zeer hoge zeespiegelstijging de kustlijn vasthouden of verplaatsen in zeewaartse of landwaartse richting, schrijven de onderzoekers. Het zal er in de praktijk op neerkomen dat wordt ingezet op een combinatie van oplossingen.
De noodzaak tot het onderzoek is onderstreept door het vorige maand verschenen IPCC-onderzoek over de zeespiegelstijging. Daaruit blijkt dat de zeespiegelstijging steeds sneller verloopt, omdat gletsjers en poolijs flink aan massa verliezen. In een ongunstig klimaatscenario van het VN-panel (RCP8.5) waarbij broeikasemissies sterk toenemen, is de zeespiegel tussen de 60 tot 110 centimeter (gemiddelde van 84 centimeter) hoger in 2100. Dat is 10 centimeter meer dan eerder werd verwacht.
Beschermen
In de door Deltares geschreven studie om Nederland te beschermen tegen extreme zeespiegelstijging, liggen twee aan de vier oplossingsrichtingen die in de studie worden uitgewerkt, dicht bij de huidige strategie: ze worden ‘beschermen gesloten’ en ‘beschermen open’ genoemd. De experts vullen deze oplossingen in met harde of zachte maatregelen, zoals keringen, zandsuppletie of wetlands. Er zal in deze aanpak steeds meer ruimte nodig zijn voor de keringen en het bergen en afvoeren van rivierwater. In de gesloten variant worden rivierarmen afgesloten, in de open invulling blijven rivieren in verbinding met de zee.
In de derde oplossingsrichting (‘zeewaarts’) kiezen de experts voor nieuw land in zee om de delta te beschermen tegen de gevolgen van de zeespiegelstijging. De bestaande eilanden worden onderdeel van een nieuwe gesloten kustlijn. Deze variant vergt veel zand.
De vierde variant wordt ‘meebewegen’ genoemd, waarbij als antwoord op het stijgende zeewater wordt gekozen voor ‘water- of zouttolerant landgebruik’ in combinatie met ophoging van land en migratie. ‘Meebewegen’ is kansrijk in gebieden met een hoog sedimentgehalte (Eems Dollard, Westerschelde).
Kiezen
Kiezen tussen deze oplossingsrichtingen is nu nog niet aan de orde, er is nog tijd voor nader onderzoek en uitwerking, schrijven de onderzoekers. “Maar om toekomstige opties open te houden is op de korte termijn nader onderzoek nodig, moeten experimenten worden gestart en voorbereidende maatregelen genomen.”
De onderzoekers bevelen de deltacommissaris daarbij aan om te denken vanuit een toekomstige eindsituatie (backcasting) en niet vanuit de huidige situatie (forecasting), zoals nu gebruikelijk is. Die strategie is voor zeer grote veranderingen lastig, schrijven de onderzoekers.
Met een duidelijke stip op de horizon kan ook voorkomen worden dat er verkeerde (planologische) beslissingen worden genomen, zoals het plaatsen van niet-verwijderbare windmolens in zee op locaties waar in de toekomst mogelijk eilanden moeten komen of bouwprojecten in laaggelegen gebieden (Randstad, uiterwaarden) nabij waterkeringen, waardoor mogelijkheden voor uitbreiden van keringen of ruimte voor de rivier niet mogelijk is.
De onderzoekers, experts op het gebied van deltatechnologie en -beheer, noemen de studie 'een verkenning, een gedachtenexperiment'. Ze zijn verbonden aan onderzoeksinstituut Deltares, TU Delft, Vrije Universiteit Amsterdam, Universiteit Utrecht, Universiteit Twente en Wageningen Universiteit en het Planbureau van de Leefomgeving.
Het zogeheten kernteam bestaat uit Jeroen Aerts (IVM-VU/Deltares), Bas Jonkman, Stefan Aarninkhof (TU Delft), Hans Middelkoop, Maarten Kleinhans (Universiteit Utrecht), Marjolijn Haasnoot (Universiteit Utrecht/Deltares), Jaap Kwadijk (Universiteit Twente/Deltares), Katrien Termeer en Bram Bregman (Wageningen Universiteit).
MEER INFORMATIE
Verkenning Deltares strategieën voor adaptatie aan hoge en versnelde zeespiegelstijging
H2O actueel: IPCC: stijging van zeespiegel gaat steeds sneller