secundair logo knw 1

Verlaging van de grondwaterstand in polders veroorzaakt bodemdaling. Foto Deltares

Een consortium van kennisinstellingen gaat de komende vijf jaar aan de slag met fundamenteel onderzoek naar de bodemdaling in Nederland. Daarvoor is 5 miljoen euro beschikbaar.

Vanuit het programma Nationale Wetenschapsagenda draagt de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) 4,4 miljoen euro bij, zo is gisteren bekendgemaakt. De kennisinstellingen en maatschappelijke partners vullen het benodigde bedrag verder aan.

Daarmee kunnen onder andere zo’n vijftien jonge onderzoekers aan de slag, zegt bodemdalingsexpert Gilles Erkens van Deltares. ''Dat is hard nodig, want de groep mensen die zich met deze problematiek bezighoudt is relatief klein. Er is jarenlang weinig aandacht voor geweest.’’

In het onderzoeksprogramma werken de Universiteit Utrecht, TU Delft en Wageningen University & Research samen met Deltares, TNO en Wageningen Environmental Research, de overheid (waaronder de waterschappen) en het bedrijfsleven. Het consortium wordt geleid door de Universiteit Utrecht.

Waterpeilverlagingen
Wereldwijd hebben kust- en deltagebieden te maken met bodemdaling. Het gaat om vaak slappe ondergrond die steeds intensiever wordt gebruikt en dichter bevolkt is.
Door grondwaterwinning, zware bebouwing en waterpeilverlagingen voor landbouw en steden daalt de bodem, met schade aan gewassen, bebouwing en infrastructuur als gevolg.

Lage grondwaterstanden door waterpeilverlagingen kunnen ook bijdragen aan een warmer klimaat door de omzetting van drooggevallen veen in broeikasgassen. En omdat daarnaast de zeespiegel stijgt, is het land steeds moeilijker droog te houden.

Ook in de dichtbevolkte Nederlandse rivierdelta zijn de effecten van bodemdaling duidelijk zichtbaar. ''Als er niets gebeurt, kan de economische schade volgens het PBL tot 2050 oplopen tot 22 miljard euro’’, weet Erkens.

Voorspellingen
In tegenstelling tot de zeespiegelstijging, die nauwlettend wordt gevolgd, is er in ons land tot nog toe geen uitgebreid onderzoek naar bodemdaling gedaan. Twee andere programma’s die ook op het punt staan van beginnen - de regiodeal Groene Hart Bodemdaling en de metingen van bodemdaling en broeikasgasuitstoot op landelijke schaal - gaan volgens Erkens vooral om toegepaste kennis. "Ze sluiten naadloos aan op dit fundamenteel wetenschappelijke programma.’’

In het nieuwe onderzoek wordt alle bestaande kennis verzameld, worden nieuwe metingen verricht en worden de modellen om voorspellingen te kunnen doen verder geperfectioneerd. ''We hadden nooit de ruimte om daar aan te knutselen’’, verklaart Erkens.

Uiteenlopende disciplines als fysische geografie, satellietgeodesie, biologie, bodemchemie, milieuwetenschappen, agro-economie, civiele techniek, ruimtelijk bestuur en rechtsgeleerdheid komen hierin bij elkaar. De resultaten moeten helpen om de oorzaken en gevolgen van bodemdaling beter te begrijpen, zodat op grond daarvan weloverwogen beleidsbeslissingen kunnen worden genomen.

De volgende stap is een ‘Nationale Informatievoorziening Bodemdaling’, met voor iedereen toegankelijke data en kennis, zo hoopt Erkens. Samen met anderen ijvert Deltares hier al langer voor. ''Daarmee voorkomen we dat het wiel steeds opnieuw moet worden uitgevonden.’’

 

MEER INFORMATIE
Nieuwsbericht NWO
Nieuwsbericht Universiteit Utrecht
Themapagina bodemdaling Deltares
Regiodeal bodemdaling Groene Hart goedgekeurd

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte redactie, ik ben verheugd dat eindelijk het besef is dat het klepelbeleid nu ter discussie is gesteld. Ik heb bij waterschap Hollandse delta al jaren als bestuurslid aangedrongen om het klepelen alleen als noodzaak te gebruiken. Ook heb ik div gesprekken gehad met SBB mbt klepelen in de duinen van Ouddorp waarbij de structuur volledig werd vernield. Dit jaar is eindelijk door beherende organisatie alleen maar gemaaid en wel in oktober waar mi de hele natuur in dit duingebied mee is geholpen. Het waterschap heeft nu ook bepaald dat klepelbeleid op de schop moet en in de toekomst alleen maar met maaibeleid mag worden uitgevoerd. Dus goed resultaat waar ik blij mee ben. Dit is natuurbehoud zoals het moet.
@JWBoehmerSommige desinformatie is te simplistisch om op te reageren. Zelfs citeren van een nieuwsbericht blijkt lastig (aanpak van dijken is lang niet altijd verhogen). Instabiliteit en kans op zettingsvloeiing worden ook aangepakt. Daarmee wordt ook de invloed van zee en maan beperkt, maar dan wel op basis van logische en bewezen relaties ipv dubieuze, onwaarschijnlijke en onbewezen hypotheses. Oei, toch gereageerd. Dom van me. Ik kan dit beter negeren.
Het zou me niet verbazen als ze me een keer komen halen omdat ik de verkeerde dingen beweer  - volgens de VLOEK van ZEE en MAAN en Jan Willem Boehmer..auteur Jongedijk Bijv.  op pag 5 over “Het ophogen van dijken (€15mln/km over 800 km vlgs HWBP) vergroot alleen maar het gevaar: Hoe hoger de dijk hoe groter het aantal slachtoffers”. Voor het uitdiepen van vaarwegen (meer Ruimte voor de Rivier) geldt hetzelfde: Hoe groter, (dieper én breder) de badkuip hoe groter het overstromings gevaar en hoe groter ook hierbij het aantal slachtoffers”. Ik vrees dat ik daarmee het gezag erger heb geïrriteerd dan Zwagerman deed met haar verkeerde opmerking over “de kerf”. Ik heb nooit gedacht dat het zou gebeuren: Nou zijn we klaar met je”
Even terug denken in de tijd: waarvoor waren dijken ook al weer uitgevonden? Dat was -vroeger- om ons tegen het water te beschermen. Nu gaan we buitendijks bouwen, dus is de vraag:  is dat water dan weg? Nee, dat moet juist nog komen , en,  als dat echt komt -misschien pas volgende eeuw- dan helpt dat dijkje toch ook niet meer, alle inspanningen van dijkversterkingen ten spijt.
Een goede actie van de UvW. Logisch zou nu ook zijn om een vergelijkbare brief naar de regering te sturen ten aanzien van het verbieden van bestrijdingsmiddelen en te veel aan mest.