secundair logo knw 1

De productielocatie van Chemours in Dordrecht

Zeventien Zuid-Hollandse gemeenten willen dat er landelijk beleid komt om verspreiding van perfluoralkylstoffen (PFAS) in de bodem tegen te gaan. Daarbij moeten landelijke regels ook leiden tot eenduidigheid over reiniging van met PFAS vervuilde grond. 

De oproep doet de Dordtse wethouder Rik van der Linden namens de gemeenten in een brief aan staatssecretaris Stientje van Veldhoven van Infrastructuur en Waterstaat. Met het pleidooi scharen de gemeenten zich achter het Hoogheemraadschap Rijnland dat in mei met de provincie Noord-Holland en de gemeente Haarlemmermeer opriep om te komen tot landelijk beleid voor PFAS in de bodem, aldus de brief.

Rijnland uitte in de bestuursrapportage zijn zorgen over de omvang van de PFAS-verontreiniging: "De normen kunnen leiden tot hogere kosten voor het baggerprogramma, zeker als de PFAS-problematiek groter is dan verwacht."

Problemen
Dat lijkt het geval. De stoffen leiden tot problemen bij het adequaat beheer van bodem en grondwater in Nederland, ze verspreiden zich op verschillende manieren door heel het land, zo bleek in de publicatie ‘Handelingskader voor PFAS’ in juni.  

Onder de perfluoralkylstoffen behoren PFOA en FRD-902/903 (GenX), stoffen die het Dordtse chemiebedrijf Chemours respectievelijk gebruikte en gebruikt bij de productie van teflon. 

“De stoffen zijn al bij lage concentraties toxisch, carcinogeen en niet afbreekbaar. Daarnaast zijn ze zeer mobiel in de bodem. Ze blijken zich snel te verspreiden via de lucht naar de bodem, het grondwater en het oppervlaktewater”, schrijft Van der Linden aan de staatssecretaris.

Stagnatie
Directe aanleiding voor de brief ligt in de regio zelf. De zeventien gemeenten hebben te maken met stagnatie en kostenstijging bij veel bouwprojecten. Dat is toe te schrijven aan het ontbreken van ‘landelijke kaders’ bij het schonen van verontreiniging van PFAS-houdende grond, blijkt uit de brief.

Vervuilde grond uit de regio ‘met nevenverontreinigingen aan PFAS’ wordt door grondreinigers niet geaccepteerd, schrijft Van der Linden. “Grondreinigers werken immers landelijk, en willen hun product (gereinigde grond) daarom in heel Nederland kunnen afzetten.”

En dat kan niet met PFAS vervuilde grond, omdat niet uitgesloten is dat deze na reiniging nog sporen PFAS bevat. "Deze sporen, in combinatie met de afwezigheid van hergebruiksnormen voor PFAS op de beoogde plaats van toepassing, belemmert een dergelijke afzet", staat in de brief.

Ongelijkheid
De gemeenten signaleren ongelijkheid, omdat grondreinigers wel verontreinigde stoffen accepteren uit delen van Nederland waar geen onderzoek naar PFAS heeft plaatsgevonden. “Maar waar naar verwachting wel (lage) gehalten aan PFAS voorkomen”, schrijven ze. 

Als blijkt dat de stoffen bij verdere verspreiding in andere delen van het landen wordt vastgesteld, ontstaat er een lappendeken aan lokale beleidsregels en dat wordt een onwerkbare situatie, waarschuwen de gemeenten en dringen daarom aan op een ‘landelijk beleidskader'.

Zo'n kader moet wel, aldus de gemeenten, worden voorafgegaan door een interim-beleid, omdat de ontwikkeling van een landelijk beleid de nodige tijd zal vergen.

 

LEES OOK:
De brief van de Zuid-Hollandse gemeenten
Handelingskader voor PFAS

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Prachtplan Jos ! Nog een argument voor: grondwater is minder kwetsbaar dan oppervlaktewater in tijden van oorlogsdreiging. 
Plan B ja de Haakse zeedijk voor de kust van Nederland maar zelfs ook Belgie en Denemarken!
De grootste veroorzaker van de kostenstijgingen op water, energie en brandstof is de Rijksoverheid. De aandacht kan beter daar op gevestigd worden. De verhoging door de investeringen voor de drinkwaterleidingen is marginaal. Wel een verdiept in de belasting op leidingwater (voor kleingebruikers tot 300m3) van 0,5 EURO per m3? 
Om het helemaal compleet te maken neem ik aan dat beide heren met een zeilboot uit 1624 naar Nederland zijn gekomen om de CO2 voetprint niet teveel te verhogen.