Frederik Zietzschmann van TU Delft is een van de 166 jonge wetenschappers die een Veni-beurs hebben toegekend gekregen van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Zietzschman doet onderzoek naar de verwijdering van problematische watervervuilende industriële stoffen.
De Veni-beurs is een van de drie beurzen van de NWO die jaarlijks in het kader van de Vernieuwingsimpuls worden toegekend. Pas gepromoveerde onderzoekers kunnen met de beurs hun onderzoeksideeën verder ontwikkelen. Ze krijgen maximaal 250.000 euro voor de financiering van hun onderzoek voor de duur van drie jaar.
Van de 1151 kandidaten die een onderzoeksvoorstel indienden kregen 93 vrouwen en 73 mannen een beurs. Onder hen 12 onderzoekers die verbonden zijn aan de TU Delft. Daarmee staat de technische universiteit vierde op de ranglijst van toegekende Veni-beurzen. Bovenaan staat de Universiteit Leiden met 21 toekenningen.
Klei
Naast Zietzschmann krijgt onder andere Anne-Catherine Dieudonné een beurs voor haar onderzoek naar het zelf-herstellend vermogen van klei. Dieudonné bestudeert de fundamentele mechanismen in klei waardoor scheuren vanzelf weer sluiten. Zo wil de onderzoeker betere voorspellingen kunnen doen voor de lange-termijn stabiliteit van geotechnische constructies zoals dijken.
Michele Laureni heeft een beurs gekregen voor zijn onderzoek naar omzetting van het krachtige broeikasgas N2O (lachgas) naar het onschadelijke N2 (stikstof). De onderzoeker van TU Delft zet in op een multidisciplinaire aanpak om beter inzicht te krijgen in werking van denitrificatie als middel om de uitstoot van N2O tegen te gaan.