Acht van de tien drinkwaterbedrijven verlagen hun tarieven in 2018 voor de grootverbruikers. De gemiddelde daling is ruim acht procent. Er is één uitzondering: PWN. Het Noord-Hollandse waterbedrijf laat grootverbruikers in 2018 ruim zeven procent méér betalen, zegt VEMW. Die stijging roept vragen op bij de branchevereniging van energie- en watergebruikers. Ze wil uitleg.
VEMW heeft een overzicht van de tarieven voor 2018 op haar website gepubliceerd. Ze vermoedt dat de waterbedrijven onder druk van de Autoriteit Consument en Markt de tarieven naar beneden hebben bijgesteld. De daling is ‘significant’, schrijft de organisatie op haar website. “Als acht van de tien bedrijven hun tarieven verlagen, ga je je afvragen of de daling te maken heeft met de evaluatie vorig jaar van het kostprijsmodel van de drinkwaterbedrijven door de ACM,” licht directeur Water Roy Tummers van VEMW (zie foto) desgevraagd toe.
De toezichthouder sommeerde in dat onderzoek de waterbedrijven duidelijker aan te geven hoe hun tarieven tot stand komen. “Ik vermoed dat er een relatie is,” stelt Tummers die daar, zo kondigt hij aan, gericht naar gaat vragen bij de brancheorganisatie van de waterbedrijven, de Vewin. “Ik heb de vraag gesteld aan een drinkwaterbedrijf, maar geen antwoord gekregen.”
Acht procent lager
Het gemiddelde (integrale) tarief dat drinkwaterbedrijven aan grootgebruikers in rekening brengen voor een kubieke meter drinkwater (€0,83) is ruim acht procent lager dan het gemiddelde tarief in 2017, stelt VEMW in het overzicht dat de organisatie heeft gepubliceerd op haar site op basis van gegevens van haar leden.
Vitens (bijna negen procent), maar ook Evides Waterbedrijf, Brabant Water en Waternet verlagen de tarieven voor grootverbruikers aanzienlijk, aldus VEMW.
Er is één uitzondering: PWN. Het Noord-Hollandse waterbedrijf laat grootverbruikers in 2018 ruim zeven procent méér betalen, aldus VEMW. Vorig jaar rekende het drinkwaterbedrijf ook al een finke tariefsverhoging door. “Dit is vreemd,” zegt Tummers. “Ik heb een brief gestuurd naar PWN met vragen over de oorzaak.” De directeur heeft nog geen antwoord. “Het waren ook veel vragen.”
Transparant
Maar ongeacht de toelichting en uitleg is Tummers al duidelijk in zijn commentaar. Dat er een brief de deur uit moet met de vraag om tekst en uitleg, past niet in de boodschap die de ACM vorig jaar gaf aan de drinkwaterbedrijven: wees transparant over je tarieven, stelt Tummers. “Als de drinkwaterbedrijven iets hebben moeten leren dan is het dat ze transparant moeten zijn.”
PWN is dat niet in zijn uitleg aan de grootverbruikers over de tariefaanpassing, aldus Tummers. “De uitleg is vaag. Daar komt nog eens bij dat PWN erg laat was met zijn mededeling over de tarieven voor 2018. Veel bedrijven hadden hun begrotingen al klaar. Die moesten ze weer aanpassen, ja.”
Gevraagd om een reactie op de bevindingen van VEMW geeft PWN nog geen antwoorden. Die komen als het drinkwaterbedrijf de antwoorden op de brief van Tummers heeft geformuleerd, zo laat de woordvoerder weten.
Brancheorganisatie Vewin van de drinkwaterbedrijven kan niet bevestigen of de tarieven zoals VEMW ze heeft gepubliceerd ook kloppen. De vereniging is de tariefgegevens van de drinkwaterbedrijven nog aan het inventariseren, laat een medewerker van Vewin weten. Het overzicht komt naar verwachting in februari.
Waterschappen
De waterschappen houden de heffing voor bedrijven die hun afvalwater later zuiveren door het waterschap gemiddeld op hetzelfde niveau als vorig jaar, heeft VEMW vastgesteld. Het gemiddelde tarief bedraagt in 2018 €56,80 per ve (tegen 56,84 in 2017).
Volgens het gepubliceerde overzicht van de brancheorganisatie verhoogt Rijn en IJssel het afvalwaterzuiveringstarief bovengemiddeld en wel met drie procent. Daarmee noteert het waterschap de grootste stijging, maar blijft met een heffing van 50,36 euro per vervuilingseenheid nog goedkoop in vergelijking met andere waterschappen. In de ranglijst van VEMW brengt waterschap Limburg het laagste tarief in rekening: 47,62 euro per ve, Delfland heeft het hoogste tarief: 93,50 euro per ve.
Zes waterschappen hanteren voor grootverbruikers in 2018 een lager tarief, vier waterschappen houden het tarief gelijk, aldus VEMW. “Opvallend is de ontwikkeling van het tarief van Hoogheemraadschap Noorderkwartier: dat daalt met bijna zes procent.”
Motie
Drie van de elf waterschappen laten het tarief meer stijgen dan de inflatie die voor 2017 uitkomt op 1,4 procent. VEMW noemt dat opvallend en verwijst daarbij naar een motie die in 2012 in de Tweede Kamer is aangenomen met de strekking dat de waterschappen de tarieven in lijn met de inflatie moeten laten ontwikkelen.
VEMW-directeurs Tummers gaat ook met de waterschappen in overleg over de tariefstijging, laat hij weten. Met name de stijging boven de inflatie roept vragen op. “En dat was vorig jaar ook al zo,” stelt Tummers, hoewel hij beaamt dat de inflatie (grondslag 2016) toen laag was en ook aanhaalt dat de waterschappen aan de vooravond staan van een wijziging van het belastingstelsel. “Maar om ze bij de les te houden, kan het geen kwaad die motie er af en toe bij te halen.”
De door VEMW aangehaalde motie (TK 27625, nr. 215) is destijds ingediend door Stientje van Veldhoven, de huidige staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat.
Lees ook:
Tarievenoverzicht van VEMW op haar website: Significante daling drinkwatertarieven; prijzen voor afvalwaterzuivering laten wisselend beeld zien
Het concept voorstel van de Commissie Aanpassing Belastingstelsel van de Unie van Waterschappen voor een nieuw belastingstelsel: De waterschapsbelasting moet toekomstbestendiger worden
De motie van Van Veldhoven cs over de waterschapsbelasting