Draagt de Impulsregeling Klimaatadaptatie bij aan een echte transitie? Sas Terpstra is er niet gerust op. Naast maatregelen zijn richtinggevende keuzes nodig.
door Sas Terpstra
Kamerbrief van 20 april 2020 worden de intenties en voorwaarden geformuleerd op basis waarvan nu een regeling wordt opgesteld. Tot zover gaat alles volgens het boekje: eerst een akkoord, dan de uitwerking en nu nog de laatste stappen in het formaliseren van de regeling.
Eind 2018 werd het bestuursakkoord klimaatadaptatie ondertekend. Sindsdien hebben rijk, provincies, waterschappen en gemeenten overleg gevoerd over de praktische uitwerking, vooral over de Impulsregeling Klimaatadaptatie. In de
Het proces is tot dusverre: stresstest, dialoog, uitvoering. En dan nu een regeling die lokale en regionale maatregelen mogelijk maakt met een rijksbijdrage. Zodat een rioleringsplan een paar jaar eerder kan worden uitgevoerd, extra waterberging bij de groenvoorziening wordt aangelegd en een paar hectare natuur extra in het beekdal wordt gerealiseerd. Iedereen een project, iedereen tevreden, maar draagt het wezenlijk bij aan klimaatadaptatie? Ik ben er niet gerust op.
Grote transities
Klimaatadaptatie is meer dan een verzameling goede projecten, ze is één van de grote transities. En dat betekent dat de bestaande inrichting en het huidige landgebruik met het oog op de toekomst onhoudbaar zijn. Klimaatadaptatie vraagt om strategie en bewuste keuzes die moeten worden gemaakt voor de gewenste ontwikkeling van een regio. En over de volgordelijkheid en waarschijnlijke hiërarchie van die keuzes.
Met richtinggevende keuzes op rijksniveau (kabinet neemt meer regie op de inrichting van Nederland – geldt dat ook voor klimaatadaptatie?), op provinciaal niveau (welke gedurfde keuzes staan er op stapel in omgevingsvisies?) en door waterschappen en gemeenten. Zodat op basis van een maatschappelijke dialoog en bestuurlijke besluitvorming de passende systeem- en locatiekeuzes worden gemaakt en maatregelen worden geprogrammeerd en uitgevoerd.
Natuurlijk horen daar successen op korte termijn bij. Die bewerkstellig je door maatregelen te nemen die liever vandaag dan morgen al starten en ervoor zorgen dat er meters worden gemaakt. Daar is een Impulsregeling een goed instrument voor. Financier deze projecten in 2021 onverkort, het rijksgeld is daarbij belangrijk om nog twijfelende partijen alvast over de streep te trekken.
Solide bouwwerk
Maar bouw tegelijkertijd een solide bouwwerk waarin:
1. Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie en Deltaprogramma Zoetwater samen(gesmolten) de watercomponent van klimaatadaptatie vormen
2. Klimaatadaptatie ruimhartig wordt verbreed tot buiten de watersector en als vraagstuk wordt opgepakt in zowel het fysieke domein (water, natuur, landbouw, energie, industrie, mobiliteit) als het sociale domein (leefbaarheid, vitaliteit, sociale veiligheid en inclusiviteit)
3. Samenhangende richting worden gekozen die een volwaardige transitie op al deze vlakken mogelijk maakt (dit vereist trendbreuken op veel terreinen!)
4. Governance (sturing en besluitvorming inclusief gezamenlijke uitvoering en financiering) op passende schaal wordt ingericht.
De eerste omgevingsagenda’s laten zien dat deze samenhang zich op bovenregionaal en regionaal niveau aftekent. Maak het bodem- en watersysteem hierbij de solide onderlegger voor de toekomst, gebaseerd op onder andere de nationale deltabeslissingen (en toekomstige deltastrategieën) en strategische keuzes die provincies, waterschappen en gemeenten maken.
Ongekende keuzes
Op deze manier worden water en bodem hersteld tot op het niveau van (deel)stroomgebieden en wordt de onderliggende draagkracht benut. Dit vraagt keuzes die ongekend zijn, maar ook ongekende, bestendige voordelen oplevert. Zo komen systeem- en locatiekeuzes samen in omgevings- en regioagenda’s en worden deze vervolgens verankerd in de diverse planvormen onder de Omgevingswet.
Wat zou het fantastisch zijn als de Impulsregeling deze grote beweging op gang brengt en meer wordt dan een verzameling goede projecten. Een opmaat tot een duurzaam volhoudbare, klimaatbestendige inrichting van Nederland. Met een maatschappelijk rendement waar Nederland al ruim voor 2050 van profiteert.
Sas Terpstra is adviseur en manager Water en Klimaat