secundair logo knw 1

De vangarmen van Catchy in de Nieuwe Maas. Foto RWS

In elf maanden tijd hebben de vangarmen van Catchy 462 kilo zwerfafval uit de Nieuwe Maas gevist. Dat blijkt uit de evaluatie van een pilot van Rijkswaterstaat en het bedrijf Allseas, dat het innovatieve opvangsysteem ontwikkelde. Een klein deel van de buit bestond uit plastic.

Het opvangsysteem werd vorig jaar zomer in opdracht van Rijkswaterstaat in de Vijfsluizerhaven in Schiedam geïnstalleerd. Door eb en vloed en de harde zuidwestenwind komt veel (plastic) zwerfafval hier en in het achterliggende natuurgebied terecht.

Catchy bestaat uit een drijvend frame met daarin een opvangbak voor afval die meebeweegt met het getij. Twee drijvende armen, van 12 en 200 meter lang, leiden het zwerfafval naar het opvangsysteem. Met doeken aan de onderkant wordt ook afval tot 1 meter onder water meegenomen. Zowel macroplastics (groter dan 5 mm) en grotere microplastics (groter dan 3 mm) worden opgevangen.

Gedurende de pilot, van augustus 2020 tot juli 2021, is het systeem elke maand geleegd, in totaal elf keer. Gemiddeld werd per keer 42 kilo afval (droog gewicht) verzameld, zo meldt Rijkswaterstaat op de website.

Ongeveer de helft daarvan was biomassa, zoals takken, bladeren en riet, de andere helft betrof niet-biologisch materiaal. Hiervan was 27 procent plastic, 44 procent bewerkt hout (planken en pallets) en 29 procent ander afval, zoals glas en metaal.

Hergebruik
Om de invloed van de windrichting op Catchy te onderzoeken, werden in het water gekleurde drijvende voorwerpen aangebracht. Bij zuidwestenwind ving Catchy meer dan 60 procent van deze zogenaamde tracers op. Bij wind uit de omgekeerde richting dreven ze de Vijfsluizerhaven en het systeem niet in.

Rijkswaterstaat wilde ook weten in hoeverre het onderschepte afval gerecycled kan worden. Dat blijkt ‘in theorie’ met 69 procent van het opgevangen plastic mogelijk te zijn. Deze items zijn groter dan 25 mm en gemaakt van hard materiaal zoals polypropeen en polyetheen, dat met bestaande technieken hergebruikt kan worden.

"De kleinere afvaldelen die lastiger uit biomassa-afval te scheiden zijn, vormen een beperkende factor in het kosteneffectief recyclen van plastic afval uit rivieren", constateert Rijkswaterstaat. Allseas doet hier de komende maanden verder onderzoek naar.

Einde pilot
De pilot is uitgevoerd in het kader van de beleidsopdracht ‘Intensivering aanpak (plastic) zwerfafval in rivieren’ en mede betaald door het LIFE-programma van de Europese Unie en het Deltafonds.

Rijkswaterstaat zegt positief terug te kijken op de pilot en meer geleerd te hebben over "de mogelijkheden en onmogelijkheden van het afvangen van zwerfafval in water". Toch komt er geen gezamenlijk vervolg. Allseas gaat alleen verder en laat Catchy voorlopig in de Vijfsluizerhaven liggen.

 

UPDATE 17 NOVEMBER

In een reactie laat het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat weten niet verder in te zetten op vangsystemen "omdat deze nog niet voldoende kosteneffectief zijn gebleken en niet overal kunnen worden geplaatst". Dat is besloten naar aanleiding van deze en nog een andere pilot met een vangsysteem, namelijk in de sluis van Borgharen (2019).

Gekozen wordt voor maatregelen die moeten voorkomen dat plastic in rivieren terechtkomt, zoals statiegeld op kleine plastic flesjes (en vanaf 2023 ook blikjes), de implementatie van de Europese richtlijn voor 'Single Use Plastics', pilots met gedragsinterventies op plekken waar veel zwerfafval wordt gevonden en een campagne over microplastics uit autobanden.

Rijkswaterstaat maakt een plan van aanpak voor het vervolg, dat door het nieuwe kabinet verder zal worden uitgewerkt, aldus het ministerie. 

 

MEER INFORMATIE
Informatie Rijkswaterstaat over Catchy
Informatie Allseas over Catchy
H2O-bericht: Rijkswaterstaat test plasticvanger met drijvende armen

 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Duidelijk verhaal Marjolijn
Ik heb het gehele artikel slechts diagonaal gelezen maar wat ik al vast mis is dat het nog steeds geen beleid is om de bedrijven te (gaan) verbieden om ons nog een klein beetje goede gronddrinkwater te ge- of beter misbruiken voor proceskoeling. Hoogstens nog toe te staan in een gesloten circuit waardoor slechts incidenteel moet worden aangevuld en mits de warmte wordt hergebruikt, b.v. voor eigen of wijkverwarming. Zo kun je twee vliegen in een klap slaan (sorry voor de PvdD). En ja, dan moet er ook weer gecontroleerd en gehandhaafd gaan worden. Daar zal de politiek dan weer niet zo blij van worden. 
Vorig jaar 50m3 verbruikt dus mijn best gedaan en terug naar 30m3. Rekening 157.50 waarvan 31 voor water en de rest belasting en rechten. Denkt u nu echt dat ik dit jaar op een kuub meer of minder kijk. Ik geef t gras weer lekker water van de zomer.
Helemaal eens met deze opinie van Herman van Dam. Ik zou de totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit bij grootschalige infiltratie nog willen toevoegen als tegenargument. Vanwege de enorme reponstijd vergroot je het risico op grootschalige grondwateroverlast gigantisch als je in het grootste deelsysteem van de Veluwe gaat infiltreren. De enorme schade die afgelopen jaar is opgetreden (en nog steeds oploopt) rond de Veluwe door excessieve natuurlijke infiltratie (alle neerslagrecords verbroken) mag daarvoor in mijn beeld als empirische waarschuwing worden opgevat.
Goed verhaal Herman, vanuit de hydrologie en het belang van de vegetatie