Op de klimaattop COP29 in Baku hebben de deelnemende landen aan akkoord gesloten om het budget voor de klimaatfinanciering te verhogen tot ‘minstens’ 300 miljard dollar. Dat bedrag brengen de rijke landen tegen 2035 jaarlijks in als financiële steun voor de minst ontwikkelde landen en kwetsbare eilandstaten om klimaatbeleid te voeren.
Weinig landen zijn blij met de uitkomst. India noemt het een ‘schamel bedrag’. Nigeria spreekt over een ‘grap’. EU-klimaatcommissaris Wopke Hoekstra was uiteindelijk positiever en zei dat het resultaat ‘uitzonderlijk belangrijk’ is.
Voor aanvang van de klimaattop werd gesteld dat kwetsbare landen jaarlijks 1.000 miljard dollar nodig hebben om invulling te geven aan adaptatie en mitigatie en om verliezen en schade op te vangen als gevolg van weersextremen en natuurrampen.
Tijdens de twee weken durende klimaattop in Baku, Azerbeidzjan was de inzet om te komen tot nieuwe afspraken over de internationale klimaatfinanciering, bekend als de New Collective Quantified Goal (NCQG). Na moeizame onderhandeling lag er een bedrag van 250 miljard euro op tafel. Dat bedrag werd later in extremis verhoogd tot 300 miljard tegen 2035.
Voor arme landen was dat onvoldoende. Het blok van Minst Ontwikkelde Landen (MOL's) en de Alliantie van Kleine Eilandstaten (AOSIS) liepen uit protest weg, andere landen wilden meer. De uittocht leidde tot een spoedvergadering tussen deze landen en toponderhandelaars van de EU, de VS en Groot-Brittannië met het COP29-voorzitterschap, waarin nieuwe voorstellen werden gedaan.
Na uren van (chaotisch) overleg werd tóch overeenstemming bereikt over het bedrag van ‘minstens’ 300 miljard dollar aan leningen en giften, met de toezegging dat een speciaal deel van het bedrag wordt toegewezen aan de meest kwetsbare landen.
De VS en de EU hadden gewild dat nieuwe rijke opkomende economieën zoals China - 's werelds grootste uitstoter van broeikasgassen - een bijdrage zouden leveren aan de klimaatfinanciering. Het uiteindelijke ontwerp moedigt deze landen aan om op vrijwillige basis bij te dragen, wat geen verandering betekent voor China, dat op zijn eigen voorwaarden klimaatfinanciering betaalt.
Het voorzitterschap van de klimaattop slaagde er wel in om een besluit te nemen over artikel 6.2 en 6.4 van het Akkoord van Parijs. Het is een overeenkomst die de weg vrijmaakt voor de handel in koolstof tussen landen en de oprichting van een gereguleerde wereldmarkt.
LEES OOK
H2O Actueel: Komt er een nieuw akkoord over klimaatfinanciering tijdens de Finance COP? 'De druk is enorm'