secundair logo knw 1

Het wordt voor het Drentse drinkwaterbedrijf WMD een steeds grotere uitdaging om voldoende betrouwbaar drinkwater voor een lage prijs te leveren. Ook in Drenthe groeit de vraag naar drinkwater en raakt het grondwater, de bron voor de drinkwaterproductie, steeds meer vervuild. Het bedrijf voorziet ‘onherroepelijk grotere tariefstijgingen dan eerder was voorzien’.

Een en ander staat in het jaarverslag over 2021 dat vrijdag werd vastgesteld door de aandeelhouders. Het grondwater, waar WMD drinkwater van maakt, raakt meer en meer vervuild door landbouw, industrie en huishoudens, schrijft WMD-directeur Leo Hendriks in de toelichting op de jaarcijfers. Maar de grootste verandering in 2021 was dat de vraag naar drinkwater in Drenthe niet langer daalt, maar toeneemt, aldus Hendriks. Een gevolg van toenemende bevolking en groeiende economie in de provincie.

Leo Hendriks 180 vk Leo HendriksDie omslag brengt een nieuwe dynamiek: er moeten nieuwe waterwinningen, pompstations, leidingen en huisaansluitingen komen. Ontwikkelen van nieuwe productielocaties is daarbij uiterst complex, gezien de lange doorlooptijd en de onzekerheid waar de vraag naar water toeneemt (waar komen nieuwe woningen en bedrijven?), aldus Hendriks.

Uitbreiden van de infrastructuur betekent investeren. Het investeringsniveau is al fors opgelopen (in 4 jaar van 12 naar 36 miljoen euro) en het einde is nog niet in zicht, aldus de directeur, die onlangs zijn vertrek bij het drinkwaterbedrijf aankondigde.

In totaal investeert WMD de komende tien jaar zo’n 270 miljoen euro in onder andere aanvullende en complexere zuiveringen, ICT en vervanging van de infrastructuur.

Niet alleen moet het investeringsprogramma worden opgeschroefd, ook krijgt het drinkwaterbedrijf te maken met prijsstijgingen voor brandstoffen, materialen, arbeid, grond, en het lenen van geld. “Dit zien we terug in de toenemende investerings- en exploitatiekosten. Voor de drinkwatersector en dus ook voor WMD heeft dit onherroepelijk grotere tariefstijgingen tot gevolg dan eerder was voorzien”, aldus Hendriks.

In 2021 produceerde het Drentse drinkwaterbedrijf WMD 35,1 miljoen m3 drinkwater, waarvan 5,6 miljoen m3 is geleverd aan drinkwaterbedrijf Vitens en aan Waterbedrijf Groningen. Het resultaat bedroeg € 9,9 miljoen, dit is € 5,8 miljoen meer dan in 2020, met name toe te schrijven aan eenmalige opbrengsten waaronder de verkoop van onroerend goed voor € 0,6 miljoen en het verkopen van niet-drinkwater activiteiten (aandeel in Nieuwater BV) voor € 6,8 miljoen. Zonder deze incidentele resultaten bedraagt de winst € 2,7 miljoen, dat is € 1,4 miljoen lager dan in 2020.

Met dit resultaat bleef WMD onder de WACC-norm. De WACC, een op basis van de Drinkwaterwet vastgestelde vermogenskostenvoet, is bepalend voor de investeringsruimte van de drinkwaterbedrijven. In de afgelopen jaren hebben de waterbedrijven flink geageerd tegen de regeling, omdat deze tot problemen zou leiden bij een toenemende financieringsbehoefte. De regeling is nog altijd onderwerp van gesprek tussen de sector en de minister van Infrastructuur en Waterstaat. Door het resultaat toe te voegen aan het eigen vermogen krijgt WMD ruimte om extra financiering aan te trekken voor de realisatie van het investeringsprogramma, aldus het jaarverslag.


WMD 2021 IN CIJFERS:
WMD in cijfers WMD in cijfers | Bron jaarverslag 2021


  

LEES OOK
H2O Actueel: Evides en Oasen leverden vorig jaar minder drinkwater

H2O Actueel: Vitens: watertransitie gaat te langzaam

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte redactie, ik ben verheugd dat eindelijk het besef is dat het klepelbeleid nu ter discussie is gesteld. Ik heb bij waterschap Hollandse delta al jaren als bestuurslid aangedrongen om het klepelen alleen als noodzaak te gebruiken. Ook heb ik div gesprekken gehad met SBB mbt klepelen in de duinen van Ouddorp waarbij de structuur volledig werd vernield. Dit jaar is eindelijk door beherende organisatie alleen maar gemaaid en wel in oktober waar mi de hele natuur in dit duingebied mee is geholpen. Het waterschap heeft nu ook bepaald dat klepelbeleid op de schop moet en in de toekomst alleen maar met maaibeleid mag worden uitgevoerd. Dus goed resultaat waar ik blij mee ben. Dit is natuurbehoud zoals het moet.
@JWBoehmerSommige desinformatie is te simplistisch om op te reageren. Zelfs citeren van een nieuwsbericht blijkt lastig (aanpak van dijken is lang niet altijd verhogen). Instabiliteit en kans op zettingsvloeiing worden ook aangepakt. Daarmee wordt ook de invloed van zee en maan beperkt, maar dan wel op basis van logische en bewezen relaties ipv dubieuze, onwaarschijnlijke en onbewezen hypotheses. Oei, toch gereageerd. Dom van me. Ik kan dit beter negeren.
Het zou me niet verbazen als ze me een keer komen halen omdat ik de verkeerde dingen beweer  - volgens de VLOEK van ZEE en MAAN en Jan Willem Boehmer..auteur Jongedijk Bijv.  op pag 5 over “Het ophogen van dijken (€15mln/km over 800 km vlgs HWBP) vergroot alleen maar het gevaar: Hoe hoger de dijk hoe groter het aantal slachtoffers”. Voor het uitdiepen van vaarwegen (meer Ruimte voor de Rivier) geldt hetzelfde: Hoe groter, (dieper én breder) de badkuip hoe groter het overstromings gevaar en hoe groter ook hierbij het aantal slachtoffers”. Ik vrees dat ik daarmee het gezag erger heb geïrriteerd dan Zwagerman deed met haar verkeerde opmerking over “de kerf”. Ik heb nooit gedacht dat het zou gebeuren: Nou zijn we klaar met je”
Even terug denken in de tijd: waarvoor waren dijken ook al weer uitgevonden? Dat was -vroeger- om ons tegen het water te beschermen. Nu gaan we buitendijks bouwen, dus is de vraag:  is dat water dan weg? Nee, dat moet juist nog komen , en,  als dat echt komt -misschien pas volgende eeuw- dan helpt dat dijkje toch ook niet meer, alle inspanningen van dijkversterkingen ten spijt.
Een goede actie van de UvW. Logisch zou nu ook zijn om een vergelijkbare brief naar de regering te sturen ten aanzien van het verbieden van bestrijdingsmiddelen en te veel aan mest.