Het kabinet Schoof wil ervoor waken dat het beleidsprincipe ‘Water en bodem sturend’ belemmerend werkt bij de ruimtelijke inrichting en in het bijzonder de woningbouwopgave. Daarom kiest het voor het uitgangspunt ‘rekening houden met water en bodem’. Dat schrijft minister Barry Madlener in een brief aan de Tweede Kamer.
“Door sommigen werd ‘Water Bodem Sturend’ ingevuld als ‘Water en Bodem Bepalend’, en daarmee werd het onbedoeld allesbepalend en dat werd vooral een belemmering gezien voor de ruimtelijke ordening en inrichting van ons land, en meer in het bijzonder voor de grote woningbouwopgave. Dat is niet waar we voor staan”, schrijft Madlener.
Hij stuurt de brief mede namens minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Zij gaf recent in een commissiedebat Ruimtelijke Ordening aan dat er geen sprake meer zal zijn van ‘water en bodem sturend’ maar van ‘rekening houden met water en bodem’.
Een meerderheid in de Tweede Kamer zit op de lijn van het kabinet. Een motie van VVD, ChristenUnie en CDA gebaseerd op de constatering dat woningbouw niet in het gedrang mag komen door ‘een te rigide invulling van het goede principe water en bodem sturend’ kon vorige week rekenen op een ruime meerderheid.
Daarmee is het door het vorige kabinet geïntroduceerde beleidsprincipe geen beleid meer. Daarvoor in de plaats komt ‘rekening houden met water en bodem’. In zijn Kamerbrief schrijft Madlener dat hij en Keijzer zich willen richten op wat 'wél kan' en dat ‘gebaseerd op de kennis die we hebben van ons water- en bodemsysteem in een veranderend klimaat’. “We willen op zoek naar oplossingen die de verschillende belangen verenigen in plaats van scheiden, door zoveel mogelijk multifunctioneel ruimtegebruik en creatieve oplossingen.”
Dat wordt de basis voor de Nota Ruimte, die, als het aan Keijzer ligt, voor de zomer van volgend jaar ter inzage ligt. “In deze Nota Ruimte worden integrale en gebiedsgerichte ruimtelijke keuzes gemaakt voor nu en de toekomst”, staat in de Kamerbrief.
Maar los van de nota zijn er al voorbeelden van gebiedsontwikkelingen waarbij in een vroeg stadium rekening is gehouden met water en bodem, schrijft Madlener, waarbij hij de Gnephoek in Alphen aan den Rijn, Zwolle, en de Lange Weeren in Volendam als voorbeelden noemt.
Om het uitgangspunt ‘rekening houden met water en bodem’ handen en voeten te geven zijn er al instrumenten ontwikkeld: het ruimtelijk afwegingskader ('waar kun je verstandig bouwen') en de landelijke voor een groene en klimaatadaptieve gebouwde omgeving ('hoe kun je verstandig bouwen').
Beide instrumenten zijn ontwikkeld op basis van goede regionale en lokale voorbeelden, schrijft Madlener. “Het kabinet zal de genoemde instrumenten (nogmaals) toetsen op te vergaande beperkingen en randvoorwaarden voor woningbouwplannen.” Daarmee komt het kabinet tegemoet aan de aangenomen motie.