Meer groen in en om de stad en een betere balans van het bodem- en watersysteem. Dat wil het kabinet bereiken met de landelijke maatlat voor een groene klimaatadaptieve gebouwde omgeving. Hierin staan doelen, prestatie-eisen en richtlijnen voor de thema’s overstromingen, wateroverlast, droogte, hitte, biodiversiteit en bodemdaling. De maatlat schrijft geen specifieke maatregelen voor.
De landelijke maatlat is op 23 maart aan de Tweede Kamer aangeboden door de ministers Hugo de Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening), Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) en Christianne van der Wal-Zeggelink (Natuur en Stikstof). Zij stuurden het achterliggende bouwstenenrapport van de ingenieurs- en adviesbureaus TAUW en Arcadis mee. Hierin wordt de inhoud van de maatlat belicht (zie verderop de overzichtstabel met hoofdlijnen).
Onderdeel van nationale aanpak
In hun Kamerbrief schrijven de ministers dat de landelijke maatlat onderdeel is van de nationale aanpak voor versnelling van klimaatadaptatie in de gebouwde omgeving die het kabinet in november 2022 presenteerde.“Hiermee wordt invulling gegeven aan het regeerakkoord om water en bodem sturend te maken in de ruimtelijke inrichting en aan het eindadvies van de Beleidstafel wateroverlast en hoogwater, waarin wordt geadviseerd de maatlat wettelijk te borgen en te verkennen hoe deze in de bestaande bebouwde omgeving kan worden toegepast.”
Verder wordt opgemerkt dat de ontwikkeling van de maatlat aansluit op het nadrukkelijke advies van de deltacommissaris om te komen tot een landelijke aanpak die duidelijke kaders biedt aan medeoverheden en de bouwsector.
Minder vrijblijvendheid nodig
In het licht van de klimaatverandering is het volgens de drie bewindslieden nodig maatregelen te nemen en de gebouwde omgeving aan te passen, om nu en in de toekomst te zorgen voor een prettige, groene, veilige en gezonde leefomgeving. “Dit doen we door toepassing van meer groen in en om de stad en door een betere balans van het bodem- en watersysteem te creëren. Groen vraagt om water, maar is ook nodig voor waterberging en verkoeling in warme periodes.” Verder wordt erop gewezen dat groen ook andere doelen ondersteunt zoals het versterken van de biodiversiteit en tevens een economische en soms cultuurhistorische waarde heeft.
Daarvoor moet de aanpak wel minder vrijblijvend worden. “Een versnelling en opschaling is nodig om Nederland in 2050 klimaatbestendig en waterrobuust te hebben ingericht.” Hier draagt de maatlat aan bij. Dit instrument wordt de basis voor het klimaatadaptief bouwen, waaraan moet worden voldaan om toekomstbestendig te ontwikkelen.
Landelijk gelijk speelveld
De maatlat geeft een landelijk uniform referentiekader. De ministers De Jonge, Harbers en Van der Wal-Zeggelink schrijven daarover het volgende: “De landelijke maatlat definieert eenduidig voor nieuwbouw wat we onder klimaatadaptief bouwen en inrichten verstaan en bestaat uit kwalitatieve doelen, kwantitatieve prestatie-eisen en richtlijnen voor de thema’s overstromingen, wateroverlast, droogte, hitte, biodiversiteit en bodemdaling. Met deze maatlat wordt het voor medeoverheden, vastgoedeigenaren en de bouwsector duidelijk wat nodig is voor klimaatbestendige nieuwbouwontwikkelingen. Door eenduidigheid en transparantie ontstaat er een landelijk gelijk speelveld.”
De uitwerking van de doelen uit de maatlat is en blijft specifiek voor een locatie. “Hoge zandgronden vragen immers om andere oplossingen dan veenpolders en een dichtstedelijk gebied om andere oplossingen dan een gebied in een landelijke omgeving. De maatlat schrijft dan ook geen maatregelen voor en laat zo ruimte voor innovatie en slimme oplossingen. Regionale en lokale partijen kunnen deze afweging samen met ontwikkelende partijen ook het beste maken vanuit gebiedsspecifieke kennis.”
Nu aantal vervolgstappen
De komende tijd worden enkele vervolgstappen gezet. De maatlat is nu nog niet wetttelijk verplicht. Daarom wordt er een verkenning naar de mogelijkheden voor juridische borging uitgevoerd. “Parallel daaraan doen we via pilots praktijkervaringen op met de toepassing van de maatlat en brengen zo in beeld hoe toepassing door medeoverheden, vastgoedeigenaren en bouwende partijen verder verbeterd kan worden.”
Verder krijgen de decentrale overheden en de bouwsector ondersteuning via kennisontwikkeling en -ontsluiting en worden de kosten en baten van een brede toepassing van de maatlat op een rij gezet. De landelijke maatlat wordt in de periode tot 2026 gemonitord en geëvalueerd en in lijn met het Deltaprogramma periodiek herijkt.
Deltacommissaris: goede richting
Deltacommissaris Peter Glas was betrokken bij de totstandkoming van de landelijke maatlat. Hij vindt dat de maatlat een goede richting geeft voor klimaatbestendige bouw. “De woningen die we nu bouwen staan er over 50 tot 100 jaar nog en de wegen en openbare voorzieningen liggen er nog langer. Daarom is het zo belangrijk dat er bij iedere schop die de grond ingaat rekening wordt gehouden met de klimaatverandering, ook op de lange termijn. De maatlat van het kabinet gaat daar zeker bij helpen”, aldus Glas in zijn reactie.
Hij wijst erop dat er zo’n 820.000 nieuwe woningen zijn voorzien in overstroombare gebieden, gebieden met een slappe ondergrond of gebieden met een natte bodem. Het water levert volgens Glas echter ook veel moois op. “We kunnen het gebruiken om de woonwijken aantrekkelijker te maken, met meer groen en blauw in de wijken, meer recreatiemogelijkheden en meer natuur.”