Onderzoek of het mogelijk is om de Nieuwe Waterweg ondieper te maken. Want dat zorgt voor meer ruimte voor natuur en minder verzilting van rivierwater. Dat pleidooi houden ARK Natuurontwikkeling, het Wereld Natuur Fonds en emeritus hoogleraar Han Meyer.
De honderdvijftig jaar geleden gegraven Nieuwe Waterweg wordt steeds dieper gemaakt, zodat de steeds grotere zeeschepen de Rotterdamse haven kunnen blijven bereiken. Zo is er in 2018 nog anderhalve meter bijgedaan met op het diepste stuk nu een gegarandeerde diepgang van ongeveer 16,40 meter onder NAP. Maar ARK Natuurontwikkeling, het Wereld Natuur Fonds en stedenbouwkundige Han Meyer, die in 2016 afscheid nam als hoogleraar aan de TU Delft, vinden dat deze ontwikkeling een halt moet worden toegeroepen.
Einde van houdbaarheidsdatum
Zij stellen in het rapport De Rijnmonding als estuarium dat de houdbaarheidsdatum van de kunstmatige, extreem diepe riviermonding – te midden van het meest verstedelijkte gebied van Nederland – verstreken is of binnenkort bereikt wordt. Ze wijzen met name op twee problemen: er is een gebrek aan ruimte voor natuur op de oevers en zout zeewater kan ver de rivier opkomen.
Het door Meyer geschreven rapport bevat daarom een pleidooi voor een onderzoek naar de mogelijkheid en effecten van een natuurlijke ‘verondieping’ van de Nieuwe Waterweg. Dat kan door minder vaak en minder diep uit te baggeren. De Rijnmonding zou een meer natuurlijke vorm terugkrijgen, want een estuarium is doorgaans van nature ondiep en breed.
Meerdere voordelen
Dit idee biedt volgens het rapport verschillende voordelen. Zo wordt een ondiepere Nieuwe Waterweg essentieel genoemd voor het herstel van het estuarien ecosysteem. Door de flauwere oevers komt er meer ruimte voor natuur die hoort bij een delta. Voorbeelden zijn ooibossen op oevers en onderwaternatuur waar trekvissen zich kunnen aanpassen aan het zoutere water, voordat ze met hun tocht op zee beginnen. Een dergelijke natuur wordt in het kader van het programma Rivier als getijdenpark nu al op diverse plekken in Rotterdam ontwikkeld.
Een ander voordeel van een minder diepe Nieuwe Waterweg is dat de zoutwatertong minder ver de zoete rivier kan binnendringen. Dat is gunstig voor zowel de drinkwatervoorziening als de landbouw, zeker gezien de zeespiegelstijging. Ook hoeft er minder rivierwater te worden afgevoerd door de Nieuwe Waterweg om het zout water tegen te gaan en kan er juist meer water worden afgevoerd via het Haringvliet. De Haringvlietsluizen zouden dan alleen bij extreem hoogwater worden gesloten en blijven daarmee vaker open voor de zalm en andere trekvissen.
In het rapport wordt ook gewezen op het aspect van waterveiligheid. De verondieping levert een bijdrage aan het reduceren van de getijdeslag in de rivier in het stedelijk gebied en van de invloed van extreme hoogwaterstanden op zee in het stedelijk gebied. De Maeslantkering zal dan minder vaak worden gesloten.
Passend bij energietransitie
Vraag is uiteraard: gaat een ondiepere Nieuwe Waterweg niet ten koste van haven en scheepvaart? Meyer en co denken dat dit past bij een duurzame ontwikkeling, in het licht van de energietransitie. Zo zullen het opslaan, overslaan en verwerken van toekomstige energiedragers als waterstof mogelijk om minder oppervlakte vragen dan nu bij fossiele brandstoffen het geval is.
Ook zijn er dan minder diepe transportschepen nodig. De Nieuwe Waterweg blijft in het plan bevaarbaar voor binnenvaartschepen en kleinere zeeschepen, terwijl mammoettankers nog steeds terechtkunnen bij de twee Maasvlaktes en Europoort.
Nog geen harde data
ARK Natuurontwikkeling, het Wereld Natuur Fonds en Meyer erkennen dat deze voordelen momenteel nog niet hard kunnen worden gemaakt met harde data. Het idee van de Rijnmonding als estuarium is in hun ogen echter de moeite waard om in het kader van het Kennisprogramma Zeespiegelstijging nader te onderzoeken.
In een artikel over het rapport in het NRC zegt watergezant Henk Ovink dat hij niet kan beoordelen of dit plan het beste is. Het principe van meebewegen met de natuur is volgens hem heel gezond en past in de Nederlandse traditie. Een woordvoerder van de Rotterdamse haven reageert met grote terughoudendheid. Ga uiterst voorzichtig om met de ligging, diepgang en achterlandverbindingen van de haven, is de opmerking. Het huidige watersysteem van de Rijnmonding kan nog tot zeker 2070 mee, ook bij een snellere zeespiegelstijging.
MEER INFORMATIE
Toelichting door ARK Natuurontwikkeling
Rapport De Rijnmonding als estuarium
H2O Actueel (2018): verdieping Nieuwe Waterweg