Duitse wetenschappers hebben biosensoren ontwikkeld die moleculen van medicijnresten in het water opsporen. Zo kunnen waterorganismen beter beschermd worden tegen schadelijke medicijnresten.
Onderzoekers van de Universität Tübbingen en de Hochschule Mannheim ontwikkelden biosensoren die de resten van twee veel gebruikte medicijnen kunnen aantonen: ontstekingsremmers en bètablokkers. Hun bevindingen worden gepubliceerd in de mei uitgave van het tijdschrift Water Research.
Volgens de onderzoekers verrichten de biosensoren zelfs bij lage concentraties nog nauwkeurige metingen, werken ze sneller dan tot nu toe bekende detectiemethoden en geven ze in real time de effecten van de medicijnresten op waterorganismen weer.
In Nederland vormen medicijnresten in het oppervlaktewater een groot probleem. Per jaar wordt er naar schatting minstens 140 ton geneesmiddelresten via de rioolwaterzuivering op het oppervlaktewater geloosd. Dit zet de kwaliteit van de waterbronnen onder druk. In oktober 2016 bleek uit onderzoek van het RIVM dat er meer resten van geneesmiddelen in het Nederlandse oppervlaktewater zitten dan veilig is voor waterorganismen. De rijksoverheid probeert samen met de Unie van Waterschappen, de drinkwaterbedrijven, gemeenten en verschillende partijen uit de zorgsector het probleem aan te pakken via de Ketenaanpak medicijnresten uit het water.
Het artikel in Water Research over de ontwikkeling van de biosensoren (tegen betaling) en een samenvatting zijn hier te lezen