In het Nederlandse deel van de Rijn overschreden vorig jaar meer dan zestig stoffen de streefwaarden uit het European River Memorandum. Dat blijkt uit het jaarrapport 2022 van RIWA-Rijn. “Door de jaren heen neemt de zuiveringsopgave van de drinkwaterbedrijven eigenlijk alleen maar toe in plaats van af, zoals de bedoeling is van de Kaderrichtlijn Water.”
Het RIWA-Rijn jaarrapport 2022 is te zien als een scorekaart voor maatregelen om de waterkwaliteit van de Rijn te verbeteren, zegt directeur Gerard Stroomberg van RIWA-Rijn. “In ons rapport meten we eigenlijk alleen de temperatuur door de ontwikkelingen bij stoffen in kaart te brengen. En we vragen ons af of de patiënt aan de beterende hand is. Het resultaat stemt niet optimistisch.”
De aandacht voor de waterkwaliteit van de rivier neemt weliswaar toe, maar volgens Stroomberg is er nog een lange weg te gaan. “Deze aandacht moet zich vertalen in maatregelen in het stroomgebied van de Rijn. Want hoeveel rioolwaterzuiveringen zijn de laatste jaren aangepast? Hoeveel vergunningen zijn er aangescherpt? Bij hoeveel stoffen zijn er restricties opgelegd? Er moet nog veel gebeuren, niet alleen in eigen land maar met name ook in Duitsland. We hopen dat beslissers en overheden echt in actie komen.”
Waterkwaliteit getoetst aan drie doelstellingen
Bij de vereniging RIWA-Rijn zijn de drinkwaterbedrijven Oasen, PWN, Vitens en Waternet aangesloten. RIWA-Rijn toetst in het rapport de waterkwaliteit van de Rijn aan drie doelstellingen: de streefwaarden van het European River Memorandum (ERM), het artikel 7.3 van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het reductiedoel van 30 procent van de Rijnministersconferentie. Voor alle drie de doelstellingen geldt dat de waterkwaliteit achterblijft. In totaal zijn er vorig jaar ruim 34 duizend metingen uitgevoerd op vier meetlocaties.
Het ERM geeft streefwaarden voor een dusdanige waterkwaliteit dat drinkwaterbedrijven met eenvoudige natuurlijke zuiveringstechnieken schoon en gezond drinkwater kunnen produceren. Bij meer dan 60 stoffen worden de streefwaarden overschreden. “Die zijn te hoog waardoor drinkwaterbedrijven meer moeten zuiveren. Als we echt naar natuurlijke zuiveringstechnieken toe willen, zullen de gemeten waarden bij deze stoffen naar beneden moeten.”
Het beeld is grotendeels vergelijkbaar met dat in voorgaande jaren. Stroomberg: “Ondanks allerlei veranderingen in beleid en regelingen zoals de Europese verordening REACH over de productie van en handel in chemische stoffen, is het aantal stoffen waarbij overschrijdingen plaatsvinden niet kleiner geworden. Het geldt ook voor de concentraties die worden gemeten. Het lukt nog steeds niet om bijvoorbeeld nieuwe stoffen goed te reguleren.”
Vooral industriële chemicaliën en medicijnresten
Twee stofgroepen komen het meest voor: industriële chemicaliën (14 stoffen) en medicijnresten (25 stoffen). Stroomberg wijst in de eerste groep op hexa(methoxymethyl)-melamine (HMMM) dat onder andere wordt gebruikt voor autobanden. “We zien sinds 2018 een toename van 80 procent per jaar, ofwel 400 procent in de laatste vijf jaar. Opvallend want je mag ervan uitgaan dat de concentraties bovenstrooms nog hoger zijn. Dat vraagt om een bronaanpak.”
De som van 22 per- en polyfluoralkylstoffen (PFAS) in het oppervlaktewater voldoet aan de nieuwe norm van 100 nanogram per liter uit het Drinkwaterbesluit, die in januari 2026 van kracht wordt. Dat is slechts het halve verhaal, zegt Stroomberg. Hij verwijst naar de door het RIVM afgeleide indicatieve richtwaarde die rekening houdt met vernieuwde gezondheidskundige inzichten over de mogelijke effecten van PFAS en daarom strenger is. “Dan zien we in de Rijn concentraties die, bij elkaar opgeteld, ruim boven de richtwaarde uitkomen die het RIVM voorstelt. Ook op dit punt zou de waterkwaliteit van de Rijn nog moeten verbeteren.”
Bij de medicijnresten worden grote hoeveelheden contrastmiddelen – zowel röntgen- als MRI-contrastmiddelen – aangetroffen, en ook veel pijnbestrijders en bloeddrukverlagende middelen. “Contrastmiddelen zijn nog steeds de grootste groep, terwijl uitgerekend bij deze middelen er een heel goed handelingsperspectief is.”
Stroomberg noemt het uitdelen van plaszakken aan patiënten die een röntgen- of MRI-scan hebben gehad, waardoor er minder contrastmiddelen door het riool gaan. Een aantal ziekenhuizen is daarmee al begonnen. “Ook kunnen artsen in ziekenhuizen nadenken over hoeveel materiaal zij gebruiken en wat ze doen met restanten. In 2022 hebben we hierover samen met radiologen van het Radboudumc in Nijmegen een onderzoeksartikel gepubliceerd.”
Zuiveringsopgave alleen maar groter
In het jaarrapport wordt de waterkwaliteit van de Rijn ook getoetst aan artikel 7.3 van de KRW. Daarin is als doelstelling voor het Rijnwater geformuleerd: ‘achteruitgang van de kwaliteit daarvan te voorkomen, teneinde het niveau van zuivering dat voor de productie van drinkwater is vereist, te verlagen’. RIWA-Rijn gebruikt hiervoor de zuiveringsopgave-index.
De indexwaarde bij Lobith was in 2022 lager dan het hoogtepunt uit 2021, maar op de innamepunten waren alle indexwaarden hoger. De conclusie is dan ook volgens het jaarrapport niet veranderd: de waterkwaliteit van de Rijn in Nederland is vanuit het drinkwaterperspectief verslechterd sinds de invoering van de KRW in 2000. Stroomberg licht toe: “Door de jaren heen neemt de zuiveringsopgave van de drinkwaterbedrijven eigenlijk alleen maar toe in plaats van af, zoals de bedoeling is van de KRW.”
Waterkwaliteit van Rijn nog belangrijker
De derde doelstelling waaraan RIWA-Rijn toetst, is het besluit van de Rijnministersconferentie uit 2020 om het aantal lozingen van stoffen in de Rijn met 30 procent te verminderen tot aan 2040. Volgens Stroomberg zijn er zowel verbeteringen als verslechteringen te zien. “Van ruim 50 stoffen die we hebben kunnen beoordelen, gaat ruim een derde het doel niet halen. Sterker nog, er zitten stoffen tussen waarvan de vrachten zelfs stijgen. Daar zul je echt iets extra’s moeten doen. Hiervoor is helemaal niet zoveel tijd.”
Vijf miljoen Nederlanders zijn voor hun drinkwater momenteel afhankelijk van de Rijn. De waterkwaliteit van deze rivier is een thema dat alleen maar aan belang wint, verwacht Stroomberg. “We hebben gewoon behoefte aan meer drinkwater in Nederland, alleen al omdat de bevolking groeit en er veel meer huizen nodig zijn. Door de groeiende drinkwatervraag wordt de waterkwaliteit van de Rijn nog belangrijker voor de Nederlandse drinkwatervoorziening dan die altijd al was.”