In de oceanen drijft zo’n 3,2 miljoen ton plastic en dat is veel minder dan tot nu toe werd aangenomen. En jaarlijks komt er via rivieren, kusten en de visserij ongeveer 500 miljoen kg plastic bij. Ook dat is veel minder dan tot dusverre werd gedacht. Dat blijkt uit een artikel van onderzoekers van de Universiteit Utrecht dat vandaag is gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Geoscience.
Over de hoeveelheid plastic in de wereldzeeën werden in de afgelopen jaren uiteenlopende schattingen gedaan, oplopend tot 250 miljoen ton. En dat gold ook voor de hoeveelheden die jaarlijks via rivieren naar de open zee stromen, dat zou een veelvoud zijn van de plasticvervuiling die al in de oceanen dreef.
De ramingen konden nooit worden gestaafd met de hoeveelheden plastics die daadwerkelijk werden gevonden, dat was hooguit 1 procent van de geschatte hoeveelheden. En dat stelde onderzoekers voor raadsels - in de oceanen dreef een enorme hoeveelheid plastic die niet te vinden was.
Het Utrechtse onderzoek werpt nu een ander licht op deze ‘paradox of the missing plastic’: de ramingen waren veel te hoog, de werkelijke omvang van de plasticsoep is veel kleiner dan gedacht.
Wiskundig model
De onderzoekers gebruikten een wiskundig model voor hun berekeningen. Dat model werd gevoed met zo’n 20.000 metingen, gedaan in het oppervlaktewater (14.977), op stranden (7.114) en in de diepe oceaan (120). De onderzoekers richtten zich daarbij op kunststoffen, zoals polyethyleen, polypropyleen en polystyreen. Van deze polymeren is aangetoond dat ze de meerderheid vormen van de voorwerpen in het oceaanoppervlak, de diepere lagen en de stranden, aldus het onderzoek.
In een wereldwijde 3D-kaart werd de vervuiling in het jaar 2020 (3,2 miljoen ton) in kaart gebracht. Het grootste deel van het plastic (59 tot 62 procent) bevindt zich aan de oppervlakte, meer dan een derde (36-39 procent) zit in dieper water en de rest (1,5 tot 1,9 procent) ligt op het strand.
Microplastics
De hoeveelheid massa in plastic zit eigenlijk heel weinig in microplastics, zegt onderzoeker Erik van Sebille in een vraaggesprek met Radio 1. “95 procent van al het gewicht aan plasticafval in de oceanen bestaat uit grote stukken plastic. Dat is het goede nieuws van ons onderzoek. Als we heel erg focussen op het opruimen van die grote stukken plastic, kunnen we niet alleen heel veel van de totale hoeveelheid plastic in de oceanen weghalen, maar ook voorkomen dat heel veel microplastics ontstaan.”
Jaarlijks komt er zo’n 500 miljoen kg plastic bij in de oceanen, afkomstig van de kust, de visserij en via de rivieren. Opvallend is dat de aanvoer door de rivieren ook veel kleiner is dan tot nu toe gedacht. De Utrechtse onderzoekers komen uit op zo’n 60 miljoen kg rivierplastic, veel minder dan de schattingen die wel opliepen tot 2.400 miljoen kg.
Van de aanvoer van plastic in de zeeën en oceanen komt maar 12 procent via de rivieren, de rest via de visserij (45 procent) en vanuit de kust (40 procent). "Volgens onze metingen komt een relatief groot deel van de vervuiling van vissersschepen. Als je daar met regelgeving kan voorkomen dat dat afval in zee belandt, heb je meteen al heel veel gewonnen", zegt onderzoeker Mikael Kaandorp in een vraaggesprek met dagblad Trouw.