Het water van de Rijn is nog steeds niet schoon genoeg. Het doel van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW), om het zuiveringsniveau voor drinkwaterproductie te verlagen, is dan ook nog niet behaald.
Dat is een van de conclusies van het vandaag verschenen jaarrapport 2018 van RIWA-Rijn, een samenwerkingsverband van Nederlandse drinkwaterbedrijven. ''Een beetje een treurige vaststelling als we daar al achttien jaar mee bezig zijn’’, zegt directeur Gerard Stroomberg van RIWA-Rijn.
De Kaderrichtlijn Water is het meest omvattende instrument van het waterbeleid van de Europese Unie. De richtlijn schrijft voor dat de kwaliteit van het oppervlaktewater moet verbeteren, zodat het zuiveringsniveau voor drinkwaterproductie kan worden verlaagd.
Dit jaar voert de Europese Commissie een ‘fitness-check’ uit voor de KRW, die beoordeelt hoe effectief en efficiënt deze in 2000 ingevoerde wetgeving is.
Index
RIWA-Rijn presenteert in zijn jaarrapport voor het eerst een index die de ontwikkeling van de waterkwaliteit van de Rijn vanuit dit oogpunt beschrijft. ''Alle stoffen waar we last van hebben zitten nu in één getal’’, verklaart Stroomberg. Daaruit blijkt dat de beoogde vermindering van het zuiveringsniveau nog niet is waargemaakt.
''Dat wil niet zeggen dat er sinds de invoering van de KRW niets is gedaan om de waterkwaliteit van de Rijn te verbeteren’’, relativeert de directeur. ''Er is al veel verbeterd of in gang gezet, maar dat voorkomt niet dat de Rijn nog steeds niet zo schoon is als we zouden willen.’’
Het jaarrapport 2018 biedt een overzicht van de gemeten stoffen in het Nederlandse deel van het Rijnstroomgebied. De aangetroffen concentraties industriële chemicaliën, geneesmiddelen, bestrijdingsmiddelen en hun afbraakproducten zijn vergeleken met de streefwaarden in het European River Memorandum (ERM).
Ook dit jaar werden veel stoffen aangetroffen waarvan de concentraties deze streefwaarden overschreden, zoals bijvoorbeeld glyfosaat, pyrazool en diverse röntgencontrastmiddelen.
Droogte
Het rapport gaat tevens in op de impact van de droogte op de drinkwatervoorziening en beschrijft hoe de Nederlandse drinkwaterbedrijven die geheel of gedeeltelijk van de Rijn afhankelijk zijn daarmee zijn omgegaan.
''In 2018 ging het nog goed, maar de vraag hoe we ons kunnen voorbereiden op structurele droogte wordt steeds dringender’’, aldus Stroomberg. ''Je zag deze zomer al hoe het afgelopen jaar doorwerkt op het volgende. In die zin was 2018 een wake up-call: de langdurige droogte liet zien hoe kwetsbaar we zijn, met enerzijds de oprukkende verzilting vanaf de Noordzee en anderzijds de lage afvoer op de rivier, waardoor concentraties van verontreinigingen stegen.’’
Volgens RIWA-Rijn vraagt de bescherming van oppervlaktewater dat gebruikt wordt voor de drinkwaterproductie een wet- en regelgeving die beter is afgestemd op stoffen die voor drinkwater relevant zijn.
''Bij de Europese registratie van nieuwe stoffen, REACH, zou meer aandacht moeten worden gegeven aan stofeigenschappen als persistentie (slechte afbreekbaarheid) en mobiliteit (hoge wateroplosbaarheid), die ervoor zorgen dat stoffen moeilijk te verwijderen zijn bij de productie van drinkwater.’’
Register
Samen met RIWA-Maas, dat binnenkort met zijn jaarrapport komt, pleitte RIWA-Rijn vorig jaar voor een register voor industriële lozingen op de rivieren. Dat heeft nog niet tot resultaat geleid. ''Het blijft voor ons helaas een zoekplaatje’’, aldus Stroomberg.
MEER INFORMATIE
Jaarrapport 2018 – De Rijn
RIWA wil register van lozingen op Maas en Rijn