secundair logo knw 1

Gemeenten moeten stresstests gaan doen om de gevolgen en risico’s van weersextremen in stad en op het platteland in kaart te brengen. Na de test volgen dialoog, strategie, plan van aanpak, uitvoering. Een complexe klus, die snel moeten worden opgepakt en uitgevoerd met de opdracht dat in samenhang en efficiënt te doen. Een krachttoer. Gaat het lukken?

Nederland moet de aanpassing aan de verandering van het klimaat versnellen. De gevolgen van wateroverlast, hittestress, droogte en overstromingen laten zich al gelden. “Nú al vallen er slachtoffers bij extreme hitte en nú al treedt er grote schade op bij extreme regenval en droogte,” staat er in Deltaplan Ruimtelijke adaptatie. En voor het uitgangspunt dat de ruimtelijke adaptatie versneld moet worden, baseert Deltacommissaris Wim Kuijken zich op onderzoeken van onder andere Stowa en KNMI die aangeven dat de weersextremen sneller op ons afkomen dan werd aangenomen.

Gerichter, concreter, actiever
Er wordt al het nodige gedaan aan adaptatie, maar de aanpassing moet 'gerichter, concreter en actiever', staat er in het Deltaplan. “Ook waar dreigingen niet acuut zijn, is een versnelling urgent: om geen kansen te missen bij investeringen in gebouwen en infrastructurele werken, die tenslotte vaak vele decennia blijven bestaan.” 

In het plan zijn zeven ambities geformuleerd:

  • kwetsbaarheid in beeld brengen;
  • risicodialoog voeren en strategie opstellen;
  • uitvoeringsagenda opstellen;
  • meekoppelkansen benutten;
  • stimuleren en faciliteren;
  • reguleren en borgen;
  • handelen bij calamiteiten.

Voor gemeenten is een belangrijke rol weggelegd in de uitvoering. Ze moeten in samenwerking met waterschappen en provincies elke zes jaar stresstests doen om in kaart te brengen wat de uitdagingen en risico’s zijn om weersextremen op te vangen. Daarna moeten ze dialogen voeren met bedrijven, burgers en organisaties en strategieën bepalen. Stap drie is de uitvoering. In de toelichting in het Deltaplan Ruimtelijke adaptatie wordt dat de methode ‘weten, willen, werken’ genoemd.

Snel
Gaat dat wat worden? De resultaten van de eerste test moeten uiterlijk in 2019 beschikbaar zijn. Dat is snel. De Adviescommissie Water gaf in het afgelopen voorjaar het advies de test voor 2023 in te voeren. Deltacommissaris Kuijken heeft er 2019 van gemaakt, met instemming van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de Unie van Waterschappen en provincies. Een jaar na de test moeten de gemeenten na dialoog met alle relevante betrokkenen hun strategie en uitvoeringsagenda al klaar hebben.

De stresstest is bedoeld om de kwetsbaarheid in beeld te brengen. Dat is de basis voor de ruimtelijke adaptatie, staat in het Deltaplan. De test heeft een aantal kenmerken:

  • ze is gebiedsdekkend (stad en platteland),
  • is gericht op kwetsbaarheid voor wateroverlast, hittestress, droogte en overstromingen
  • heeft specifieke aandacht voor vitale en kwetsbare functies
  • heeft aandacht voor andere ontwikkelingen die de kwetsbaarheid vergroten (bodemdaling, grondwaterstand).

Uit het commentaar van demissionair minister van Infrastructuur en Milieu bij de presentatie van het Deltaplan kan worden afgeleid dat veel gemeenten nog niet klaar zijn voor het traject van ruimtelijke adaptatie zoals beschreven in het Deltaplan. Schultz van Haegen sprak over een kopgroep en een peloton.

'Peloton blijft achter'
De koplopers - Amsterdam, Rotterdam, Breda, Dordrecht en Zwolle worden genoemd – zijn al bezig met het waterrobuust maken van de stad. Maar het peloton blijft achter, zei de minister. “Veel gemeenten moeten nog in actie komen.” Daar komt bij, aldus het statement van de bewindsvrouw, dat de adaptatie van stad en platteland complex is door de vele partijen – overheden, bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties, burgers - die moeten meedoen aan het traject van consultatie, strategie bepalen, uitvoering en borging.

Een op de vier gemeenten heeft inmiddels een vorm van stresstest uitgevoerd, staat in het Deltaplan Ruimtelijke adaptatie. Deze gemeenten hebben een voorsprong in het adaptatietraject dat nu is uitgestippeld, ze kunnen en mogen al werk gaan maken van de dialogen en risicoanalyses. Het gros van de gemeenten moet daar dus nog aan beginnen.

Standaardisering is van belang 
De tot dusverre gehouden stresstests hebben gewerkt, aldus het Deltaplan. “In de zin dat partijen gevoel hebben gekregen voor de problematiek en concreet hebben kunnen maken welke dreigingen en kansen voor hen relevant zijn.”

Maar de testen zijn niet op elkaar afgestemd. “Methoden, beschouwde thema’s en diepgang lopen nog uiteen,” aldus het Deltaplan. En die standaardisering is nou juist van belang, zei burgemeester Andries Heidema van Deventer op Prinsjesdag na afloop van de presentatie van het Deltaplan in Den Haag.

Aan die standaardisatie wordt gewerkt. Het Rijk neemt daarin het voortouw. ”De ‘gestandaardiseerde’ stresstest zal naast de standaard uitgangspunten voldoende ruimte bieden voor lokaal en regionaal maatwerk, gezien de locatiespecifieke problematiek en behoeften.”

Standaardisering heeft voordelen, aldus het Deltaplan: “Niet elke partij hoeft zelf het wiel uit te vinden, de vergelijkbaarheid wordt groter, het wordt gemakkelijker ervaringen uit te wisselen en er ontstaat een landelijk beeld van de omvang van de opgaven”. De gemeenten worden verplicht om met de gestandaardiseerde tests te gaan werken.

Slim en efficiënt
Na de tests volgen de dialogen en het opstellen van de uitvoeringsagenda (uiterlijk 2020 klaar). In de uitvoering ligt er niet alleen de opdracht om stad en land klimaatbestendig in te richten, dat moet ook slim en efficiënt gebeuren. Dat betekent samenhang en synergie zoeken met andere projecten, zoals onderhoud aan gebouwen, openbare ruimte, groen en infrastructuur, de energietransitie en transitie naar circulaire economie. “Alleen de straat openbreken voor ruimtelijke adaptatie is niet efficiënt,” staat er in het Deltaplan.

Een integrale aanpak dus. "Zo’n aanpak sluit aan bij de intentie van de Omgevingswet," schrijft het Deltaplan. En ook minister Schultz noemde de wet als handig instrument om te verbinden én om spijkers met koppen te slaan. Alleen zal dat instrument niet te gebruiken zijn in 2019, want de bewindsvrouw heeft de ingangsdatum van de wet (1 juli 2019) opgeschoven vanwege juridische complicaties.

Vanaf 2020 moet de eerste grote golf aan ruimtelijke adaptatie zich over Nederland uitrollen. Burgemeester Heidema van Deventer beaamt dat het plan om met stresstests, risicodialogen, strategieën, uitvoeringsagenda's en integrale aanpak binnen drie jaar te komen tot een slim en efficiënt uitgevoerde ruimtelijke adaptatie van stad en platteland ‘een enorme ambitie’ is. Maar het gaat lukken, stelt hij. Bovendien, er is ook niet veel keus: “Die enorme hoosbuien vallen nu al.”

 

Meer over stresstests en ruimtelijke adaptatie:

Deltaplan Ruimtelijke adapatie: 'extreem weer komt sneller dan verwacht'
'Maak van uitstel Omgevingswet geen afstel'
Adviescommissie Water: Voer verplichte stresstest in

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte redactie, ik ben verheugd dat eindelijk het besef is dat het klepelbeleid nu ter discussie is gesteld. Ik heb bij waterschap Hollandse delta al jaren als bestuurslid aangedrongen om het klepelen alleen als noodzaak te gebruiken. Ook heb ik div gesprekken gehad met SBB mbt klepelen in de duinen van Ouddorp waarbij de structuur volledig werd vernield. Dit jaar is eindelijk door beherende organisatie alleen maar gemaaid en wel in oktober waar mi de hele natuur in dit duingebied mee is geholpen. Het waterschap heeft nu ook bepaald dat klepelbeleid op de schop moet en in de toekomst alleen maar met maaibeleid mag worden uitgevoerd. Dus goed resultaat waar ik blij mee ben. Dit is natuurbehoud zoals het moet.
@JWBoehmerSommige desinformatie is te simplistisch om op te reageren. Zelfs citeren van een nieuwsbericht blijkt lastig (aanpak van dijken is lang niet altijd verhogen). Instabiliteit en kans op zettingsvloeiing worden ook aangepakt. Daarmee wordt ook de invloed van zee en maan beperkt, maar dan wel op basis van logische en bewezen relaties ipv dubieuze, onwaarschijnlijke en onbewezen hypotheses. Oei, toch gereageerd. Dom van me. Ik kan dit beter negeren.
Het zou me niet verbazen als ze me een keer komen halen omdat ik de verkeerde dingen beweer  - volgens de VLOEK van ZEE en MAAN en Jan Willem Boehmer..auteur Jongedijk Bijv.  op pag 5 over “Het ophogen van dijken (€15mln/km over 800 km vlgs HWBP) vergroot alleen maar het gevaar: Hoe hoger de dijk hoe groter het aantal slachtoffers”. Voor het uitdiepen van vaarwegen (meer Ruimte voor de Rivier) geldt hetzelfde: Hoe groter, (dieper én breder) de badkuip hoe groter het overstromings gevaar en hoe groter ook hierbij het aantal slachtoffers”. Ik vrees dat ik daarmee het gezag erger heb geïrriteerd dan Zwagerman deed met haar verkeerde opmerking over “de kerf”. Ik heb nooit gedacht dat het zou gebeuren: Nou zijn we klaar met je”
Even terug denken in de tijd: waarvoor waren dijken ook al weer uitgevonden? Dat was -vroeger- om ons tegen het water te beschermen. Nu gaan we buitendijks bouwen, dus is de vraag:  is dat water dan weg? Nee, dat moet juist nog komen , en,  als dat echt komt -misschien pas volgende eeuw- dan helpt dat dijkje toch ook niet meer, alle inspanningen van dijkversterkingen ten spijt.
Een goede actie van de UvW. Logisch zou nu ook zijn om een vergelijkbare brief naar de regering te sturen ten aanzien van het verbieden van bestrijdingsmiddelen en te veel aan mest.