De eerste resultaten met de inzet van een borstelcentrifuge bij slibontwatering zijn veelbelovend, blijkt uit een onderzoek in opdracht van het kenniscentrum STOWA en het Hoogheemraadschap van Rijnland. Bij deze duurzame techniek worden geen chemicaliën gebruikt.
De borstelcentrifuge is een nieuwe techniek voor het ontwateren van zuiveringsslib die in Nederland is ontwikkeld. Het apparaat bestaat hoofdzakelijk uit een verticale trommel en een borstel die met grote snelheid ronddraaien. De werking van de borstelcentrifuge berust enerzijds op centrifugaalkracht en anderzijds op het principe dat het slib tussen de haren van de borstel weinig stroming vertoont, hetgeen de effectiviteit van de afscheiding ten goede komt.
Bij de centrifuges en zeefbandpersen die nu doorgaans worden ingezet, wordt polymeer gebruikt. Bij de borstelcentrifuge is dat niet nodig. Daarom zijn opslag van polymeer en een doseerinstallatie niet meer noodzakelijk. Dit opent de deur naar slibontwatering op kleinere rioolwaterzuiveringen.
STOWA en het Hoogheemraadschap van Rijnland hebben onderzoek laten doen naar deze techniek bij de rioolwaterzuiveringsinstallaties van Haarlem Waarderpolder en Zwanenburg. Nadat al in 2013 een klein type borstelcentrifuge werd getest, is vorig jaar bij rwzi Zwanenburg een full scale duurtest met het grotere type RBS-500 uitgevoerd. De resultaten daarvan zijn positief, aldus het door advies- en ingenieursbureau Tauw opgestelde onderzoeksrapport.
Na enkele aanpassingen is de borstelcentrifuge goed in staat gebleken om onder toezicht volautomatisch spuislib van de rwzi Zwanenburg te ontwateren. Het droge stofgehalte lag gemiddeld op ongeveer 14 procent. Bij rwzi Haarlem Waarderpolder is het ontwateren van vezelrijk vergist slib onderzocht. Daar is het droge stofgehalte door de bank genomen zo’n 19 procent.
STOWA-directeur Joost Buntsma stelt in het voorwoord van het onderzoeksrapport dat de borstelcentrifuge een veelbelovende techniek is voor de ontwatering van zuiveringsslib. Hij noemt diverse voordelen: er hoeven geen chemicaliën te worden toegevoegd en de techniek is toepasbaar op kleinere rwzi’s, verbruikt minder energie en is ook nog eens goedkoper dan de huidige technieken. “Wel moeten er nog optimalisaties doorgevoerd worden om de borstelcentrifuge stand alone te kunnen laten draaien. Een vervolgduurtest met een aangepaste borstelcentrifuge is daarom voorzien.”