Met de aanleg van een kanaal parallel aan de IJssel tussen Arnhem en Zutphen, kan de vaarroute voor de binnenvaart in de toekomst behouden blijven. Dat oppert Koninklijk Binnenvaart Nederland in de Laagwatervisie voor de binnenvaart in Nederland en op de Rijn.
Koninklijke Binnenvaart Nederland - brancheorganisatie voor de binnenvaart - verkent in de laagwatervisie de problemen en mogelijke oplossingen van de lage waterstanden in de grote rivieren als gevolg van klimaatverandering. Voor de beroepsvaart is dat problematisch.
Om de Waal bij droogte op de diepte te houden voor de scheepvaart stelt Koninklijke Binnenvaart Nederland (KBN) voor om langsdammen te plaatsen en gericht baggerwerk uit te voeren. Daarmee kan 10 tot 20 centimeter waterdiepte worden gewonnen.
Ook roept KBN op om bij lage waterstanden duwbakken te gebruiken, want die hebben minder diepgang. KBN ziet geen heil in het verkleinen van vrachtschepen. Dat is economisch onrendabel.
Het advies is om vrachtschepen te bouwen van lichtere materialen, zodat schepen met een diepgang van 1,20 meter nog altijd 800 ton lading kunnen vervoeren. Het almaar uitdiepen van de rivieren is volgens KBN heilloos, want dat versterkt de uitslijting van de rivierbodems. "Enkel een baggerprogramma is niet toereikend, maar moet wel onderdeel zijn van de totaaloplossing."
Smal en bochtig
Het grootste nautische zorgenkindje voor de binnenvaart bij lage waterstanden is de bovenstroom van de IJssel. Tussen Westervoort en Zutphen is de IJssel smal en bochtig, waardoor schepen meer afstand tot elkaar moeten bewaren en elkaar niet kunnen passeren.
De oplossing zou kunnen zijn om meer water door de IJssel te laten stromen en iets minder door de Waal. Nu komt 15 procent van het Rijnwater in de IJssel terecht. Het wijzigen van de waterverdeling wordt overwogen door het Integraal Rivier Management.
Als toekomstige oplossing oppert KBN om een kanaal te graven tussen Arnhem en Zutphen voor vrachtvervoer, zodat de IJssel kan worden vermeden. Zo’n zijdelings kanaal voor de vrachtvaart bestaat ook langs de Maas tussen Maasbracht en Maastricht: het Julianakanaal. "Het scheiden van functies geeft mogelijkheden voor zoetwatervoorziening, natuur, recreatie en scheepvaart", aldus KBN. Als de beroepsvaart van de bovenloop van de IJssel verdwijnt, kan de IJssel zich op dit traject als natuurlijke en recreatieve rivier ontwikkelen.