Het nieuwe consortium Netherlands Enabling Watertechnology (NEW) heeft een bijdrage van acht miljoen euro van het Rijk ontvangen. Het grootste deel van het bedrag wordt gestoken in de financiële ondersteuning van kennisstarters die innovaties op watertechnologieterrein op de markt willen brengen. Hierbij doet ook een aantal private investeerders een duit in het zakje.
De subsidietoekenning aan NEW en nog twee andere consortia op het gebied van kunstmatige intelligentie en medische technologie is vandaag bekendgemaakt door de ministeries van Economische Zaken en Klimaat en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. “Wij zijn uiteraard erg blij dat we het bedrag hebben gekregen”, reageert Jantienne van der Meij, liaison officer van Wetsus / WaterCampus Leeuwarden.
Het is volgens Van der Meij een “fantastische toekenning” voor het vermarkten van kennis uit watertechnologie-onderzoek. “Wij kunnen hiermee innovaties en kennisstarters helpen om sneller de weg naar markt en maatschappij te vinden. Het uiteindelijke doel is nieuwe oplossingen te bieden voor de waterproblemen wereldwijd.”
Samenwerking van vier partijen
Binnen Netherlands Enabling Watertechnology werken de drie kennisinstellingen Wetsus, Deltares en Rijksuniversiteit Groningen (RUG) en de Noord-Nederlandse investerings- en ontwikkelingsmaatschappij NOM samen. Het consortium ontvangt het bedrag van acht miljoen euro vanuit de regeling voor ‘thematische technology transfer’ (TTT). De regeling wordt uitgevoerd door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en is erop gericht dat de komende jaren enkele tientallen nieuwe kennisintensieve bedrijven in de gesubsidieerde sectoren van de grond komen.
NEW heeft geld gekregen voor twee onderdelen: een subsidiebedrag van 2,5 miljoen euro voor kennisoverdracht en een geldlening van ongeveer 5,3 miljoen euro voor een fonds voor kennisstarters. De toekenning is volgens Van der Meij de kroon op twee jaar werk. “We hebben deze tijd gebruikt om iedereen op één lijn te krijgen en met een goed voorstel te komen. Eind vorig jaar dienden we het plan voor de beide onderdelen in en begin maart was er nog een pitch.”
'We kunnen starters helpen om door de vallei des doods te komen'
Daarna volgde een telefoontje van RVO met de felicitaties. Er is nog geen uitgebreide terugkoppeling geweest, vertelt Van der Meij. “Wel hoorden wij al dat we hebben gescoord met de combinatie van enerzijds het kennisdeel met kennisinstellingen die zich richten op praktisch toepasbare kennis en anderzijds het fonds. We bieden een mooi pakket voor jonge ondernemers in de watertechnologiesector aan. Daarmee kunnen we ze helpen om door de beruchte ‘vallei des doods’ bij innovaties te komen, wanneer opschaling aan de orde is.”
Scouten van starters
In verband met de kennisoverdracht willen de drie kennisinstellingen nieuwe ideeën en starters scouten. Van der Meij: “We begeleiden bij het beschermen van intellectueel eigendom, het maken van spin-offs van kennis die relevant is voor de markt en het valideren van de nieuwe technologie. Dwars eroverheen loopt netwerkvorming. Want goede connecties zijn voor beginnende bedrijven natuurlijk heel belangrijk om verder te groeien.”
De meest kansrijke starters worden voorgedragen bij het NEW-fonds. Zij kunnen financiering krijgen via aandelenkapitaal of converteerbare leningen (leningen met een aflossingsvrije periode die op een gegeven moment worden omgezet naar bedrijfsaandelen). Het fonds richt zich op kennisstarters met nieuwe producten, procedés of diensten in de ‘enabling watertechnology’: technologie om water te behandelen, om grondstoffen en energie uit water te produceren of in water op te slaan en om het watersysteem en de waterinfrastructuur slimmer te beheren.
De NOM beheert het NEW-fonds dat een looptijd van vijftien jaar heeft. In juni gaat het fonds van start met een kapitaal van ongeveer 5,8 miljoen euro. Hieraan leveren private investeerders eveneens een bijdrage: Pâques/SKion, PMH Investments, Rabobank Leeuwarden-Noordwest Friesland, RUG Houdstermaatschappij en Stichting Bison. “Samen investeren zij 10 procent van het fondsbudget, iets meer dan een half miljoen euro”, zegt Van der Meij. “Dat was ook een eis van de TTT-regeling. Zeker niet elke innovatie zal op de markt slagen, maar het is wel de bedoeling dat een aantal investeringen renderend terugkomt. Dan zit er ook later steeds voldoende geld in het fonds.”
Verbinding met andere sectoren
De ondersteuning bij de kennisoverdracht en de financiering is niet louter voorbehouden aan initiatieven die uit Deltares, RUG en Wetsus voortkomen. Van der Meij: “Ook goede ideeën van elders zijn welkom. In principe kan elke beginnende ondernemer in de watertechnologiesector die nog geen commerciële verkoop heeft gedaan, een aanvraag doen bij het fonds.”
'Ook goede ideeën van elders zijn welkom'
Van der Meij wijst nog op de voordelen van de samenwerking voor de vier deelnemende partijen. Zo heeft RUG al veel ervaring met startups, maar dan op andere terreinen. “Binnen het versnellingsprogramma VentureLab North van de universiteit wordt een afdeling watertechnologie opgericht. Het kennisdeel komt terecht op WaterCampus Leeuwarden.”
NEW richt zich op meer dan afvalwater en drinkwater. Ook de raakvlakken van watertechnologie met veel andere sectoren zijn belangrijk, besluit Van der Meij. “Dan gaat het om de verbinding van water met onder meer energie, gezondheid, land- en tuinbouw en voedsel. Innovaties daarvoor hebben effect op verschillende maatschappelijke uitdagingen, zoals circulaire economie, klimaatverandering en waterkwaliteit. We willen een steentje bijdragen aan het slagen van innovaties die echt zorgen voor doorbraken.”
MEER INFORMATIE
Wetsus over de subsidietoekenning
Bericht van de twee ministeries