Bij de planvorming voor de bouw van 1 miljoen woningen moeten waterbeheerders aan het begin van het proces meepraten. En zelfs moet er een waterstempel op, maar het recht op een veto voor de waterbeheerders gaat wel weer wat ver. Aldus politieke woordvoerders in het waterdebat van BNR Nieuwsradio dat maandagavond werd gehouden.
door Bert Westenbrink
In het debat (BNR: 'mede mogelijk gemaakt door de Unie van Waterschappen en Vewin') debatteerden de politici aan de hand van drie stellingen, waarvan de laatste luidde: ‘Bij nieuwbouwlocaties heeft de waterbeheerder een veto.’ Met dat veto zouden waterbeheerders een instrument in handen hebben waarmee ze kunnen voorkomen dat woningen worden gebouwd op locaties waar dat gezien de klimaatverandering niet verstandig is en het een kwestie van tijd is dat het waterbeheer complex en duur gaat worden als gevolg van verzilting, verdroging, vernatting, rivierwaterafvoer of zeespiegelstijging.
Een veto ging de politici te ver, maar dat ‘water’ een belangrijke stem moet krijgen in de plannenmakerij en uitvoering van de immense bouwopgave in de komende jaren, werd door elke politicus onderschreven. Dat waren William Moorlag (PvdA), Roelof Bisschop (SGP), Laura Bromet (GroenLinks), Marcel Beukeboom (D66), Pieter Grinwis (ChristenUnie) en Eva van Esch (Partij voor de Dieren). De coalitiepartijen VVD en CDA ontbraken, ook de grootste oppositiepartij (PVV) deed niet mee.
Brandweer
“Ik ben bijna geneigd om het eens te zijn met de stelling, de watertoets kan niet krachtig genoeg zijn”, zei Grinwis. “De waterbeheerder moet aan de voorkant van het proces meedoen.” Bisschop zocht de vergelijking met de inbreng van de brandweer in bouwplannen: “Als die geen stempel zet, gaat een bouwplan niet door. Ik zou er wel voor zijn dat we in wet- en regelgeving vastleggen dat op bouwprojecten een stempel van de waterbeheerder moet komen te staan. Het risico van water wordt bij bouwen zwaar onderschat.”
Beukeboom: “Waterdeskundigheid moet aan tafel zitten. Watermensen kunnen als geen ander langetermijnperspectief inbrengen.” En als het moet, wordt dat, als het aan D66 ligt, 'keihard' vastgelegd in het regeerakkoord, zei de D66’er in reactie op discussieleider Maarten Bouwhuis. “Water, klimaat en milieu moeten op gelijk niveau komen met de harde afwegingen in de ruimtelijke ordening. Daar gaan deze verkiezingen over.”
Wichelroede
Moorlag pakte spreekwoordelijk de wichelroede erbij. “Daarmee moeten we op zoek naar geschikte locaties. En geschikt is goede ontsluiting, geschikt is betaalbare woningen en geschikt is ook dat het waterveilig is. Maar we moeten wel tempo maken, want woningnood is het grootste probleem van deze tijd.”
De PvdA’er pleitte voor terugkeer van het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. In die gedachte zat opgesloten dat 'Den Haag' de komende jaren de regie over de woningbouwopgave naar zich toetrekt. Landelijk aansturing van bouwlokaties is nodig om de immense bouwopgave in goede banen te leiden, want zonder centrale regie wordt het 'bouwen, bouwen, bouwen'. Die mening werd door meer aanwezigen aangehangen. Bromet: “De overheid moet meer vanuit Den Haag gaan bepalen.” Beukeboom: “De regie nationaal, de uitwerking lokaal. Zo is het ook gegaan met het programma Ruimte voor de Rivier.”
Een staatssecretaris voor water in het volgende kabinet? Ja, waarom niet, zei Van Esch. “’Water’ is te versnipperd. Niemand is écht verantwoordelijk voor water.”
Landbouw
In de discussie over de andere stellingen ‘De prijs van drinkwater mag omhoog om schoon en voldoende drinkwater te garanderen’ en ‘Bodemdaling in veenweidegebieden vereist radicaal hogere grondwaterstanden’ werd het vizier met name gericht op de 'intensieve landbouw'. Deze moet, zo werd beleden, in omvang terug en de sector moet ook de bedrijfsvoering aanpassen richting kringlooplandbouw, om enerzijds de vervuiling van drinkwaterbronnen tegen te gaan en anderzijds de verdrogingsproblemen in de veenweidegebieden met waterpeilverhoging te lijf te gaan.
In de wijze waarop de transitie moet worden gerealiseerd liepen de meningen uiteen, waarbij SGP’er Bisschop het als enige nadrukkelijk opnam voor behoud van de boeren, hun bedrijfsvoering en het landbouwareaal en het zonder meer inkrimpen of halveren van de veestapel afwees. Hij ontkende niet dat er iets moet gebeuren om bronvervuiling en bodemdaling tegen te gaan, maar stelde wel dat daarbij moet worden ingezet op een mix aan maatregelen, met innovatie en nieuwe technieken als nadrukkelijk onderdeel van de aanpak.
MEER INFORMATIE
Weinig tegenstellingen in Waterdebat: 'Iedereen voelt de urgentie'
BNR Podcast over verkiezingsdebat