Door de coronacrisis verwacht Delfland 4,1 miljoen euro minder aan heffingen te innen. Aan kosten is het Hoogheemraadschap 0,6 miljoen euro meer kwijt. De effecten van de coronacrisis voor de langere termijn zijn ongewis.
Dit staat in de bestuursrapportage die morgen in de verenigde vergadering van het hoogheemraadschap aan de orde komt. De Regionale Belasting Groep (RBG), die de heffingen voor Delfland int, verwacht dat er 4,1 miljoen euro minder aan belastingopbrengsten zijn. De prognose is gemaakt op 31 juli, dus voor de nu ontstane tweede coronagolf.
De lagere belastingopbrengsten houden verband met hogere kwijtschelding en oninbaarheid van heffingen, die de RBG verwacht. Een gevolg van de coronacrisis waardoor meer belastingplichtigen moeite hebben om hun belasting te betalen.
Thuiswerken
De coronacrisis heeft ook impact op de bedrijfsvoering. Door de crisis zijn de meeste werknemers van Delfland thuis gaan werken. Het hoogheemraadschap moet extra kosten maken om het thuiswerken te faciliteren. Tegenover deze extra kosten staan onder meer afname van reiskosten en minder aanvragen uit het innovatiefonds. Ook dalen de kosten voor de Delfland-academie.
De (fysieke) beperkingen als gevolg van de coronamaatregelen hebben een vertragende impact op processen. “Het gaat veelal om strategische processen en processen die nog in de ontwikkelfase zitten”, schrijft het dagelijks bestuur.
Zo loopt het proces om de samenwerking met gemeenten te versterken vertraging op. Hetzelfde geldt voor een programma als Waterbewustzijn en internationale activiteiten. Ook in het baggerwerk is vertraging opgetreden. Door de coronacrisis zijn er geen nieuwe strategische ontwikkelingen gestart.
Langere termijn
De effecten van corona voor de langere termijn zijn ongewis, aldus het bestuur. Maar het thuiswerken trekt wel een wissel op individuele medewerkers en op de organisatie als geheel, staat in de bestuursrapportage. Het op afstand werken heeft indirecte gevolgen, zoals psychische belasting en wijzigingen in persoonlijke omstandigheden.
Het bestuur stelt voor om de financiële tegenvaller door de coronacrisis te verwerken in de toevoeging aan de 'reserve niet vrij besteedbaar'. Die bijdrage zal dan niet 21,7 miljoen euro, maar 17,3 miljoen euro zijn. Het saldo van de begroting 2020 blijft hierdoor gelijk, aldus het bestuur.