Vervuiling door onvoldoende gezuiverd afvalwater van steden en industrie en diffuse vervuiling door landbouw zijn volgens het Europees Milieuagentschap (EEA) twee van de belangrijkste redenen dat heel wat Europese wateren onder druk staan. Daar komen nog uitdagingen voor het waterbeheer bij als kunstmatige obstakels en de opmars van invasieve exoten. Er is wel een breed scala aan maatregelen beschikbaar. Een beter gebruik daarvan zou veel helpen.
Dat stelt het EEA in het rapport Drivers of and pressures coming from selected key water management challenges – A European overview. Het agentschap geeft hierin een overzicht van geselecteerde cruciale uitdagingen voor het waterbeheer in Europa (zie tabel onderaan) en een aantal oplossingsrichtingen.
Veel diffuse vervuiling door landbouw
De belangrijkste problemen zijn vervuiling door stedelijk en industrieel afvalwater, diffuse vervuiling door de landbouw en vervuiling door mijnbouw en woningen die niet zijn aangesloten op een rioleringssysteem. Zo hebben 22 procent van de oppervlaktewateren en 28 procent van het grondwateroppervlak in Europa aanzienlijk te kampen met verontreiniging vanuit de landbouw. Het gaat om zowel nutriënten als pesticiden. Afzetting van luchtverontreinigende stoffen, met name kwik, leidt tot de slechte chemische toestand van Europese wateren.
Daarnaast wordt zo’n 34 procent van de oppervlaktewateren flink beïnvloed door structurele veranderingen, bijvoorbeeld in verband met de stabilisatie van de riviergeul, waterberging, waterkracht, bescherming tegen overstromingen of irrigatie. Deze veranderingen hebben invloed op de loop en stroming van rivieren en dat kan een grote impact hebben op de biodiversiteit van rivieren en uiterwaarden. Het EEA signaleert dat er allerlei soorten kunstmatige barrières kunnen zijn, waarbij het doel hiervan onduidelijk is voor 40 procent van de waterlichamen.
Wateronttrekking aanzienlijk probleem
Er zijn ook nog diverse andere belangrijke uitdagingen. Waterschaarste en droogte vormen een toenemend probleem in veel Europese gebieden, zowel permanent als seizoensgebonden. Ongeveer 6 procent van de oppervlaktewateren en 17 procent van het grondwateroppervlak ondervinden behoorlijke last van wateronttrekking, vooral in verband met industrie, landbouw en openbare watervoorziening.
Aquacultuur en invasieve uitheemse dieren- en plantensoorten zorgen voor aanzienlijke druk op de ecologische toestand van Europese wateren. Volgens recente gegevens van het European Alien Species Information Network zijn de meeste exotische zoetwatersoorten geregistreerd in stroomgebieden in Frankrijk, Duitsland, Nederland, België, Zweden en Ierland. Ook invasieve planten hebben een negatieve impact. Zo haalt het EEA een recente publicatie van BirdLife International aan, waaruit blijkt dat Nederland alleen al aan de bestrijding van de grote waternavel jaarlijks een miljoen euro kwijt is.
Breed scala aan maatregelen beschikbaar
Er kan echter veel worden gedaan om de toestand van de Europese waterlichamen te verbeteren, stelt het EEA. Daarvoor is een breed scala aan maatregelen beschikbaar, zoals maatregelen om water vast te houden, op de natuur gebaseerde oplossingen en maatregelen voor verandering van landgebruik. Zij bieden meerdere voordelen. Het afgeronde programma Ruimte voor de Rivier wordt als voorbeeld genoemd van de implementatie van op de natuur gebaseerde oplossingen in het kader van het verbeteren van risicobeheer en de veerkracht van aquatische ecosystemen.
Het EEA pleit ook voor een betere en meer coherente uitvoering van de wet- en regelgeving van de Europese Unie, zoals de Kaderrichtlijn Water en de Richtlijn Stedelijk Afvalwater. Dat zou volgens het milieuagentschap de voornaamste druk op het water verminderen. Verder is het zaak dat alle sectoren die water verbruiken, beheerpraktijken toepassen die waterecosystemen gezond en veerkrachtig kunnen houden. Dit geldt onder meer voor de landbouw, energiesector, mijnbouw, aquacultuur en scheepvaart.
MEER INFORMATIE
Rapport EEA