Na jaren die zich kenmerkten door lange periodes van droogte, was 2023 een extreem nat jaar. Maar ook zeer zonnig. En bijzonder warm. In het weeroverzicht van het KNMI over 2023 regent het weer records.
De combinatie van een extreem nat en zeer zonnig jaar is bijzonder, aldus het meteorologisch instituut in het jaaroverzicht. “Eerdere natte jaren verliepen meestal ook somber.” Kijkend naar de seizoenen was de winter zacht, de lente zeer nat, de zomer zeer warm en zeer zonnig en de herfst uitzonderlijk zacht en nat.
Het weeroverzicht is nog niet officieel. Die status krijgt het als de meetgegevens van 13 neerslagstations verspreid over het land zijn gevalideerd. Die zijn eind januari beschikbaar, schrijft het KNMI. Het voorlopige overzicht is gebaseerd op de metingen van de automatische weerstations. Daarvan zijn er 48, waarvan 34 op land en 14 op zee.
Natste jaar
Met een gemiddelde temperatuur van 11,8 °C was 2023 het warmste jaar sinds 1901, het jaar waarin het KNMI begon met zijn metingen. 2023 was ook het natste jaar sinds het begin van de metingen. Landelijk gemiddeld viel op de KNMI-weerstations ongeveer 1.060 mm, normaal is dat 795 mm. Het natste jaar tot nu toe was 1998 met landelijk gemiddeld 1.054 mm op alle KNMI-weerstations.
Het was ook een zeer zonnig jaar. Landelijk gemiddeld scheen de zon 1.910 uur. Normaal is 1.774 uur. Het grootste deel van het overschot kwam op naam van de zeer zonnige zomer met een recordzonnige junimaand.
Het jaar begon al met een record. De 16,9 °C in de nacht van 1 januari was de hoogste temperatuur in januari in Nederland sinds het begin van de metingen, schrijft KNMI. Echt winterweer ontbrak, al waren er wel twee koudere periodes van ongeveer vijf dagen met ’s nachts vorst.
Top-10 warmste zomers
De lente was zeer nat met een gemiddelde neerslag van 205 mm (langjarig gemiddeld 148 millimeter). De zomer staat in de top-10 warmste zomers sinds 1901. De gemiddelde temperatuur was 18,4 °C (normaal is 17,4 °C). Juli was iets minder warm dan normaal, maar wel nat, met op 5 juli zomerstorm Poly die in het noordwesten leidde tot code rood.
De herfst was uitzonderlijk zacht en bijzonder nat. In recordtermen: het was de op één na zachtste en de één na natste herfst sinds het begin van de metingen. Het jaar eindigde in december met een periode van aanhoudende regen en een storm (Pia), die zorgden voor wateroverlast in kust- en riviergebieden.
De hoogste temperatuur, 34,8 °C, werd op 9 juli in Arcen gemeten. Het Limburgse dorp had ook de meeste warme dagen: 136. Ell (Midden-Limburg) had met 52 dagen het grootste aantal zomerse dagen. In Eindhoven werd het met 15 dagen het vaakst tropisch warm.