Ruim twintig jaar na de legionella-uitbraak onder bezoekers van de Westfriese Flora wordt de Nederlandse regelgeving voor legionellapreventie geëvalueerd. Volgens brancheorganisatie Envaqua kan die efficiënter en effectiever.
Zo moet de GGD niet alleen bij uitbraken maar ook bij individuele besmettingsgevallen de bron opsporen, moet meer onderzoek gedaan worden naar alternatieve besmettingsbronnen en is meer ruimte nodig voor innovaties.
Dat schrijft de Expertgroep Legionella van Envaqua in een brief aan het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Envaqua vertegenwoordigt ruim honderd Nederlandse water- en milieutechnologiebedrijven, waarvan er dertig actief zijn in de legionallabeheersing. Zij vormen samen de Expertgroep Legionella.
"Wij willen graag vanaf het begin actief deelnemen aan de evaluatie", zegt voorzitter Egbert Leiting van de expertgroep. "En niet pas als het traject al een eind onderweg is, zoals vaak gebeurt."
Thermostaatkranen
Envaqua heeft daarom zijn standpunten en ideeën alvast op papier gezet en naar Den Haag verstuurd. Daarbij worden ook de zaken benadrukt die in de ogen van de experts wel goed zijn. Want hoewel Nederland volgens een Europees rapport slecht scoort met het aantal legionellabesmettingen, is de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in preventie, aldus Leiting.
Ook is er steeds meer kennis, bijvoorbeeld over het risico van thermostaatkranen, waar warm en koud water bij elkaar komen, en van jacuzzi’s en mistsystemen. Daarvoor bestaat in de regelgeving echter nog onvoldoende aandacht.
Leiting: "Er worden nu materialen toegepast die de vorming van biofilm onvoldoende beperken, bijvoorbeeld rubbers in thermostaatkranen. Maar nieuwere technieken zijn niet altijd toegestaan. Daar moeten we nog eens goed naar kijken."
Dat geldt volgens hem ook voor de risico’s in koelwatersystemen en biologische afvalwaterzuiveringen. Voor die laatste zijn nog helemaal geen richtlijnen, zo bleek twee jaar geleden na incidenten in Boxtel en Son.
Klimaatverandering
Een belangrijke factor is verder de klimaatverandering, waardoor de zogeheten basistemperatuur van het water hoger wordt. "Dat zorgt voor meer bacteriën die tot problemen kunnen leiden", aldus Leiting. "We moeten ons daarom niet blindstaren op legionella, maar ook kijken naar andere pathogene micro-organismen, bijvoorbeeld enterokokken. En we moeten ons afvragen of de eisen die aan de temperatuur gesteld worden nog wel haalbaar zijn."
De lijst van zogeheten prioritaire en niet-prioritaire instellingen tot slot is volgens de voorzitter aan herziening toe. "In de vroegere verzorgingshuizen waren mensen beschermd door de legionellawetgeving, maar nu ze steeds meer zelfstandig wonen is dat niet meer zo. Maar het gaat nog steeds om dezelfde kwetsbare mensen. De volksgezondheid moet vooropstaan, daar willen wij graag ons steentje aan bijdragen."
MEER INFORMATIE
Brief Envaqua aan het ministerie van I&W
Regels voor legionellapreventie
H2O-artikel: Industrie worstelt met legionellarisico
H2O-artikel: RIVM pleit voor maatregelen bij waterzuiveringen met verhoogd legionellarisico